De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is Jan Anthonie Bruijn (VVD). De staatssecretarissen zijn Nicki Pouw-Verweij (BBB), Judith Tielen (VVD).
De ambtelijke leiding over het ministerie is in handen van een secretaris-generaal, Anita van den Ende.
Inhoud
Diensten
Diensten die onder het ministerie voor VWS vallen zijn:
- College ter beoordeling van Geneesmiddelen (CBG)
- CIBG
- Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ)
- Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
- Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP)
- Dienst uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I)
- Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO)
Taakverdeling
De minister is verantwoordelijk voor onder andere de zorgverzekeringswet, genees- en hulpmiddelen, betaalbaar- en duurzaamheid van de zorg en infectieziektebestrijding.
De staatssecretaris Tielen is verantwoordelijk voor medisch-ethische vraagstukken, Oorlogsgetroffenen en herdenken Tweede Wereldoorlog, Jeugd, Preventie (incl. vaccinaties, bevolkingsonderzoeken) en gezondheidsbevordering, Drugs, Sport, GGZ, Corona en procescoördinatie verantwoording Covid-19 binnen VWS en interdepartementaal, Uitvoering rijksvaccinatieprogramma, jeugdgezondheidszorg en seksuele gezondheid, Suïcidepreventie, Duurzaamheid in de zorg en Gezondheidsbescherming: voedsel- en productveiligheid en toezicht daarop door NVWA.
De staatssecretaris Pouw-Verweij is verantwoordelijk voor WMO en mantelzorg, maatschappelijke opvang en beschermd wonen, langdurige zorg: ouderenzorg, gehandicaptenzorg, mensen met een beperking, wijkverpleegkundige zorg, paramedische zorg, kwaliteitsbeleid care, Persoonsgebonden budget, Verslavingszorg en Patiënten- en cliëntenorganisaties.
Historische ontwikkeling
Het eerste afzonderlijke departement voor volksgezondheid werd opgericht in 1971 onder het kabinet-Biesheuvel. Dit nieuwe ministerie ging Volksgezondheid en Milieuhygiëne (VoMil) heette. Voor 1971 werd volksgezondheid wisselend ondergebracht bij Arbeid, Binnenlandse Zaken en Sociale Zaken.
In 1952 kwam er een afzonderlijk ministerie van Maatschappelijk Werk. Daaronder viel onder meer armenzorg (vanaf 1963 bijstandzaken) en zorg voor bijzondere groepen (bijvoorbeeld Molukkers). In 1965 werd het departement van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM) gevormd, waaronder zowel het welzijnswerk als onder meer het kunst- en mediabeleid vielen.
Het ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne werd in 1982 opgeheven, waarna CRM werd omgevormd tot Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. Het bijstandsbeleid ging toen over naar Sociale Zaken.
Cultuur ging in 1994 over naar Onderwijs en Wetenschappen. De naam van het zorg- en welzijnsdepartement werd toen Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Onder welk(e) ministerie(s) vielen huidige taken eerder
| Periode | Naam | |
|---|---|---|
| 1994-heden | Volksgezondheid, Welzijn en Sport | |
| 1982-1994 | Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur | |
| 1971-1982 | Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk | Volksgezondheid en Milieuhygiëne |
| 1965-1971 | Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk | Sociale Zaken en Volksgezondheid |
| 1952-1965 | Maatschappelijk Werk | Sociale Zaken en Volksgezondheid |
| 1951-1952 | Sociale Zaken en Volksgezondheid | |
| 1933-1951 | Sociale Zaken | |
| Voor 1951 | Geen specifiek departement, Volksgezondheid ondergebracht bij Arbeid (1918-1923), Arbeid, Handel en Nijverheid (1923-1932) en Binnenlandse Zaken (1813-1918 en 1932-1933) | |
Overzicht ministers
+ In 2010 vond er in het vierde kabinet-Balkenende een wisseling plaats in de coalitie door het uittreden van de PvdA
* in bovenstaand overzicht zijn de ministers van Volksgezondheid en Milieuhygiëne en de ministers van Sociale Zaken en Volksgezondheid niet opgenomen.
Overzicht secretarissen-generaal
Meer over