OPTA

De Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) bestond sinds 1997 als onafhankelijke toezichthouder op de markt voor post en telecommunicatie in Nederland en was in het bijzonder belast met het afdwingen van concurrentie bij de liberalisering van deze markten. De OPTA hield zich ook bezig met geschillenbeslechting tussen marktpartijen en de uitgifte van telefoonnummers.

Sinds 1 april 2013 vormen de OPTA, de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) en de Consumentenautoriteit, gezamenlijk de Autoriteit Consument en Markt (ACM).

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Taken en bevoegdheden

De Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (OPTA) hield toezicht op de markt voor post en telecommunicatie in Nederland en hielp bij het begeleiden van de stapsgewijze overgang van een monopolistische markstructuur (met KPN als enige aanbieder) naar een markt met concurrentie.

De OPTA had op grond van de post- en telecommunicatiewet- en regelgeving (zoals de Postwet, de Telecommunicatiewet, en aanverwante en Europese regelgeving) in het bijzonder de volgende toezichtstaken:

  • Postnl en TNT Express (de gesplitste onderdelen van het voormalige bedrijf TPG Post) zijn als concessiehouders wettelijk verplicht het vervoer van postzendingen tot tien kilo uit te voeren. De OPTA zag toe op de uitvoering hiervan;
  • toezicht op alle telecombedrijven in Nederland;
  • toezicht op de naleving van de Europese regels (voor het waarborgen van non-discriminatie, transparantie en kostengeoriënteerde tarieven) voor 'Open Netwerk Provision' (ONP) in Nederland;
  • toezicht op de naleving van privacyverplichtingen door marktpartijen;
  • beoordelen en desnoods vaststellen van interconnectie-overeenkomsten, dat wil zeggen overeenkomsten over de onderlinge koppeling (interconnectie) van netwerken van telecomaanbieders;
  • toezicht op nummerportabiliteit, zodat consumenten hun telefoonnummer mee kunnen nemen als ze van aanbieder veranderen.

Andere taken van de OPTA waren:

  • geschillenbeslechting tussen marktpartijen, met name ten aanzien van interconnectie;
  • uitgifte van telefoonnummers;
  • publicatie van beschikbare interconnectievoorzieningen en -voorwaarden.

Bevoegdheden van de OPTA waren, al naar gelang de van toepassing zijnde situatie:

  • het inwinnen van informatie, het inzien van stukken, het onderzoeken van zaken en het eisen van medewerking ten behoeve van het toezicht;
  • het opleggen van boetes naar aanleiding van klachten en overtreding van de regels;
  • het opleggen van een dwangsom om naleving van de wet af te dwingen;
  • het intrekken van een eerder uitgegeven nummer;
  • bindende uitspraak bij geschillenbeslechting. Tegen uitspraken van de OPTA is vervolgens bezwaar en beroep mogelijk op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht;
  • het stellen van deadlines aan interconnectie-onderhandelingen.

2.

Geschiedenis

De OPTA ging op 1 augustus 1997 van start als zelfstandig bestuursorgaan. De voorganger van de OPTA, de Directie Toezicht Netwerken en Diensten (TND) van het ministerie van Verkeer en Waterstaat, werd op aandringen van de Tweede Kamer verzelfstandigd.

De wens tot scheiding van beleid en toezicht werd versterkt doordat de Nederlandse overheid ook grote belangen heeft als aandeelhouder van KPN, de machtigste aanbieder op de Nederlandse post- en telecommarkt.


Meer over