Commissie reageert op het Europees burgerinitiatief "Stop vivisectie"

De Europese Commissie heeft vandaag uiteengezet welke acties zij van plan is te ondernemen naar aanleiding van het Europees burgerinitiatief "Stop vivisectie". Hoewel de Commissie de overtuiging deelt dat dierproeven moeten worden afgeschaft in Europa, pakt zij de verwezenlijking van die doelstelling anders aan dan in het burgerinitiatief wordt voorgesteld.

Vicevoorzitter Jyrki Katainen (Banen, Groei, Investeringen en Concurrentievermogen): "Het burgerinitiatief "Stop vivisectie" komt in een overgangsperiode. Europa is al bezig het gebruik van dierproeven te verminderen, dankzij belangrijke technologische ontwikkelingen. Een volledig EU-verbod op dierproeven zou echter voorbarig zijn en brengt het risico met zich mee dat biomedisch onderzoek uit Europa verdreven zou worden."

Commissaris Karmenu Vella (Milieu, Maritieme Zaken en Visserij): De EU-wetgeving heeft afschaffing van dierproeven als einddoel. De Europese Commissie neemt naar aanleiding van het burgerinitiatief een aantal maatregelen ter versnelling van de aanvaarding en toepassing van alternatieve methoden."

In de mededeling die vandaag is aangenomen, bevestigt de Commissie dat zij de overtuiging van het burgerinitiatief deelt dat dierproeven moeten worden afgeschaft.Tegelijkertijd wijst de Commissie erop dat dit ook de belangrijkste doelstelling is van de richtlijn die de dieren beschermt die voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt (Richtlijn 2010/63/EU), waarvan het initiatief de intrekking verlangt. De Commissie is van mening dat de richtlijn de juiste wetgeving is om de onderliggende doelstellingen van het initiatief te verwezenlijken en stelt daarom de intrekking van die wetgeving niet voor. De richtlijn is nodig om de dieren die voor onderzoek worden gebruikt een hoog niveau van bescherming te bieden. De Commissie zal de doeltreffendheid van deze richtlijn beoordelen zodra deze lang genoeg van kracht is geweest.

In de mededeling worden een aantal andere maatregelen uiteengezet die de Commissie zal nemen in de richting van de geleidelijke afschaffing van dierproeven. De Commissie zal vóór eind 2016 een conferentie organiseren met de wetenschappelijke gemeenschap en belanghebbenden en zal bij die gelegenheid een voortgangsverslag indienen over de maatregelen die zij heeft genomen.

In de afgelopen tien jaar hebben de technologische ontwikkelingen een radicale omwenteling teweeggebracht in biomedisch onderzoek. Belangrijke doorbraken waren onder meer de ontwikkeling van alternatieve tests op basis van cel- en weefselkweek, en rekenmethoden (computersoftware) die de behoefte aan dierproeven verminderen. Maar vele complexe fysiologische en toxicologische processen en effecten kunnen nog niet adequaat gemodelleerd of beoordeeld worden door alternatieve methoden, en dus zijn bepaalde dierproeven nog nodig voor de voortgang van het onderzoek en ter bescherming van de gezondheid van mens en dier en van het milieu.

De mededeling wijst op de noodzaak om sneller vooruitgang te boeken met de vervanging, vermindering en verfijning van het gebruik van dierproeven door het delen van kennis, en de Commissie zal de ontwikkeling en validatie van alternatieve benaderingen blijven ondersteunen. De dialoog met alle belanghebbenden en met name met de wetenschappelijke gemeenschap wordt voortgezet, om vooruitgang te boeken in de richting van het doel van de geleidelijke afschaffing van dierproeven.

Achtergrond

De EU zet zich in voor het welzijn van dieren, de verbetering van de volksgezondheid en de bescherming van het milieu. EU-regels zorgen ervoor dat geneesmiddelen, chemische stoffen en levensmiddelen pas in de handel worden gebracht als proefondervindelijk is vastgesteld dat zij veilig zijn voor mens, dier en milieu.

Richtlijn 2010/63/EU is erop gericht de wetgeving te versterken en het welzijn te verbeteren van de dieren die nodig zijn voor gebruik in wetenschappelijk onderzoek, en streeft er tegelijkertijd naar het gebruik van dieren te vervangen, verminderen en verfijnen.

"Stop vivisectie" is na "Een van ons" en "Right2Water" het derde Europees Burgerinitiatief dat de vereiste drempels heeft bereikt. Het werd bij de Europese Commissie ingediend op 3 maart 2015, en is ondertekend door 1,17 miljoen burgers.

Het Europees burgerinitiatief (EBI) werd in april 2012 gelanceerd als een manier om burgers een stem te geven bij de bepaling van de agenda. Eén miljoen burgers uit ten minste een kwart van de EU-lidstaten kunnen de Commissie verzoeken actie te ondernemen op de gebieden waarvoor zij bevoegd is.

Zoals uiteengezet in het Verdrag van Lissabon en de EBI-verordening moet de Commissie binnen drie maanden na indiening reageren op EBI's met ten minste 1 000 000 gevalideerde steunbetuigingen. De Commissie had derhalve tot en met 3 juni 2015 de tijd om te beslissen hoe zij zou reageren: wetgeving aannemen, de doelstellingen van het burgerinitiatief op een andere manier nastreven, of geen actie ondernemen. De Commissie heeft haar argumenten uiteen moeten zetten in een mededeling, die door het voltallige college van commissarissen is goedgekeurd.

Op 11 mei 2015 is een openbare hoorzitting over het Europees burgerinitiatief "Stop vivisectie" bij het Europees Parlement gehouden om de leden van het Parlement, het publiek, de aanhangers van het initiatief en deskundigen op dit gebied een platform te bieden voor discussie.

Meer informatie

Europees burgerinitiatief

Het Europees burgerinitiatief "Stop vivisectie"

Mededeling over acties in het kader van het Europees burgerinitiatief "Stop vivisectie": http://ec.europa.eu/citizens-initiative/public/initiatives/finalised/answered

IP/15/5094

 

Contactpersoon voor de pers

Voor het publiek: