Standpunten over diplomatieke dienst tijdens Europees Parlement nader uitgelicht

De Europarlementariërs die vandaag met Catherine Ashton debatteerden over de EDEO, vertelden haar dat het politieke akkoord dat in Madrid is gesloten, een uitstekend uitgangspunt is. Dit akkoord beschermt de ‘communautaire methode’ en waarborgt de politieke en budgettaire bevoegdheden van het Parlement. Sommige leden hadden kritiek op het 'dubbelzinnige standpunt' van enkele lidstaten t.a.v. de Dienst.

Volgens Elmar BROK (EPP, DE) zal de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) de EU in staat stellen om op het internationale toneel "een wereldspeler te zijn in plaats van de betaler". Brok onderstreepte de verwezenlijkingen van het Parlement op het gebied van de bescherming van de Parlementaire bevoegdheden en het verdedigen van de communautaire methode.

"We willen zeker niet het EU buitenlands beleid leiden, maar we willen het controleren en zorgen voor een verstandige begroting", zei Elmar Brok, die in Madrid met Guy VERHOFSTADT (ALDE, BE) en Roberto GUALTIERI (S&D, IT) samen over het politieke akkoord had onderhandeld.

Brok, die eraan wilde herinneren dat de oorsprong van de EDEO dateert uit de Conventie voorafgaand aan het Verdrag voor de Europese Grondwet, zei: "We hebben een belangrijke stap genomen in de oprichting van de EDEO met de overeenkomst van Madrid, maar het is nog niet definitief. Het Parlement moet nog besluiten nemen over het Statuut en de budgettaire kwesties, waar we samen met de Raad over beslissen."

Guy Verhofstadt was heel duidelijk en zei dat "de Dienst nu is opgericht". Hij richtte zich tot Ashton en zei: "Sta me toe u een advies te geven. Ontwikkel de dienst als een communautaire instelling. Het verleden heeft bewezen dat alleen wanneer de communautaire methode werd toegepast, er successen zijn geweest, zoals op het gebied van de interne markt."

Roberto Gualtieri uitte zijn tevredenheid over het feit dat de EDEO nauw verbonden is met de communautaire methode en democratisch gecontroleerd zal worden.

Catherine Ashton prees de "constructieve betrokkenheid van het Europees Parlement en zijn onderhandelaars. Door hen is de tekst voor het EDEO-voorstel op vele punten verbeterd." Ashton: "Er ligt een goede deal op tafel. Daarom wil ik graag twee verklaringen over de politieke verantwoording en de fundamentele organisatie van de Dienst indienen voor de notulen van deze vergadering." Dit deed zij, omdat enkele Europarlementariërs twijfelden aan de juridische waarde van de verklaringen die in Madrid waren opgesteld.

Charles TANNOCK (ECR, UK) zei dat mevrouw Ashton enig krediet had opgebouwd in de langdurige strijd over de EDEO. "De Britse conservatieven hebben zich ermee verzoend en zijn klaar om te werken met de EDEO." Daarnaast zei hij dat ook de nationale parlementsleden betrokken moesten worden bij de toetsing van de EDEO en de EU-defensiemissies.

Volgens Heidi Anneli HAUTALA (GREENS/EFA, FI), voorzitter van de commissie mensenrechten, krijgen mensenrechten een belangrijke plaats in de dienst door de overeenkomst. "Ik wil de Hoge Vertegenwoordiger dan ook vragen om het compromis van Madrid te respecteren."

Tijdens het debat hadden veel Europarlementariërs vragen over de geografische vertegenwoordiging in de Dienst. Catherine Ashton steunde deze leden op dit onderwerp.

Kritiek op de dubbelzinnige standpunten van enkele regeringen

"We hebben een goed resultaat dat alle instellingen kunnen ondersteunen en waar ze trots op kunnen zijn. Ik zeg dit ondanks de opmerkingen van de Franse premier Fillon, die gisteren vertelde dat de dienst niet verder kan gaan dan de grenzen die worden gesteld. Graag wil ik tegen De heer Fillon zeggen: "Je bent te laat!" "Wat we juist niet nodig hebben is een 'achterhoedegevecht,’ maar een Dienst die we kunnen gebruiken."

Dit zei het Oostenrijkse parlementslid Hannes SWOBODA (S&D, AT) namens de S&D-fractie: "De Franse regering moet ophouden met beperkingen te noemen, aangezien er een zeer goed compromis is uitgekomen, dat onze fractie volledig steunt."

Mario MAURO (EPP, IT) verwees naar de 'dubbelzinnige standpunten' van bepaalde regeringen over de EDEO, en bekritiseerde het huidige bezoek van de Spaanse minister van Buitenlandse Zaken, Miguel Angel Moratinos, aan Cuba.

Defensiestructuren

Ulrike LUNACEK (GREENS/EFA, AT) stelde de vraag over de kwestie van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GBVB) binnen de EDEO. De volgende structuren zullen onder de directe verantwoordelijkheid van de Hoge Vertegenwoordiger vallen: Crisisbeheer- en Planningsdirectoraat (CMPD), 'Civilian Planning and Conduct Capability' (CPCC), Militaire Staf (EUMS) en 'Situation Centre' (SitCen). "Als u afwijkt van wat de lidstaten willen, zult u de steun van dit Parlement krijgen", zei ze tegen de Hoge Vertegenwoordiger.

Catherine Ashton antwoordde dat "de volledige coördinatie tussen alle diensten van de EDEO, met name tussen de GVBV-structuren en de andere relevante diensten voor de EDEO, verzekerd wordt."

Alexander Graf LAMBSDORFF (ALDE, DE) stelde de verenigbaarheid van de verklaring van vandaag met de verklaring van het Coreper aan de orde. Die laatste stelde dat de specifieke kenmerken van deze structuren, alsmede hun taken, procedures en voorwaarden voor het personeel zouden worden behouden.

Verenigd Links (GUE) en de EFD fractie kritisch over het akkoord van Madrid

Willy MEYER (GUE/NGL, ES) kondigde aan dat zijn fractie niet voor het verslag zou stemmen. "Het is een vergissing om een verband te leggen tussen de EDEO en de militaire structuren". Hij sprak ook zijn scepsis uit ten aanzien van het gebrek aan prominentie voor ontwikkelingssamenwerking.

"Ik geloof dat met het Verdrag van Lissabon, met de rol van Barones Ashton, en met de invoering van de EDEO, de Europese Unie nu alle vier de criteria in handen heeft om zich in overeenstemming met het internationaal recht een natiestaat te noemen, een Verenigde Staten van Europa", zei David CAMPBELL BANNERMAN (EFD, UK) namens de EFD-fractie.

Nederlandse en Belgische sprekers

Tijdens het debat over de EDEO kwamen enkele Nederlandse en Belgische Europarlementariërs aan het woord. Lucas HARTONG (NA, NL) was kritisch over de EDEO. Hij stelde dat de PVV zich op elke mogelijke manier tegen de EDEO zal verzetten. "Het buitenlands beleid behoort niet toe aan de Europese Unie, maar aan de nationale staten."

Ook de Belgische Europarlementariër Philip CLAEYS (NA, BE) was kritisch. "We zijn nu blij dat het Europees Parlement de begroting van de Dienst moet goedkeuren, maar dat lijkt me niet meer dan normaal."

Judith SARGENTINI (GREENS/EFA, NL) benadrukte het genderaspect in de nieuw op te richten Dienst, maar is het vooral eens met de nieuwe aanpassing in het voorstel dat de Eurocommissaris Andris Piebalgs voor Ontwikkelingssamenwerking duidelijk verantwoordelijk blijft voor ontwikkelingssamenwerking. "Het Europees Parlement moet hem helpen ervoor te zorgen dat het buitenlands beleid primair gericht is op armoedebestrijding."

Thijs BERMAN (S&D, NL) sloot zich hierbij aan. "Er is de laatste maanden veel veranderd. Eerst leek de Eurocommissaris van Ontwikkelingssamenwerking een soort manager, zonder eigen verantwoordelijkheid. Nu kan de Eurocommissaris zelf het beleid samenstellen onder supervisie van de Hoge Vertegenwoordiger."

Volgens Bastiaan BELDER (EFD, NL) van de SGP-fractie in het Europees Parlement getuigde het nieuwe voorstel over de Dienst van een 'ongezonde machtshonger' van het Parlement. "Het lijkt erop dat het EP vooral betrokken wil zijn bij Dienst, ongeacht waarbij. Ashton kan haar huidige takenpakket al nauwelijks aan en krijgt nu een zware dienst op de koop toe."

Ria OOMEN-RUIJTEN (EPP, NL) was tenslotte zeer te spreken over het nieuwe voorstel over de EDEO. Ze benadrukte echter het volgende: "De echte test ligt nu bij mevrouw Ashton. Zij moet zorgen dat al die mensen die voor de nieuwe EDEO gaan werken, met één stem gaan spreken in de wereld."