EP debatteert over rapport-Maaten inzake verkoop van tabaksproducten

maandag 14 mei 2001, Jules MAATEN

Jules MAATEN (ELD, NL)

Onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de productie, de presentatie en de verkoop van tabaksproducten

 

Doc.: A5-0162/2001

Procedure : Medebeslissing, derde lezing

Debat : 14 mei 2001

In tweede lezing diende het EP nog 32 amendementen in op het gemeenschappelijk standpunt van de Raad. Bemiddeling tussen Raad en EP bleek onvermijdelijk, maar dankzij intensieve contacten - vooral vóór de tweede lezing van het EP - waren de standpunten over een aantal kwesties al zeer dicht bij elkaar komen te liggen.

De laatste knopen werden doorgehakt op de vergadering van het bemiddelingscomité van 27 februari 2001. Rapporteur Jules MAATEN (ELD, NL) spreekt van een zeer geslaagde overeenkomst die veel verder gaat dan vóór de tweede lezing mogelijk was. De hoofdlijnen van het compromis kunnen als volgt worden samengevat:

-voor export bestemde tabaksproducten zullen na een overgangsperiode tot uiterlijk 2007 moeten voldoen aan dezelfde strenge grenswaarden voor teer, nicotine en koolmonoxide als tabaksproducten voor de EU-markt ;

-de tabaksfabrikanten moeten jaarlijks een lijst met de ingrediënten van hun producten voorleggen aan de autoriteiten van de lidstaten, die het publiek toegang verlenen tot deze informatie; uiterlijk eind 2004 dient de Commissie een voorstel in voor een positieve lijst van alle voor tabaksproducten toegestane ingrediënten;

-op de voorzijde van een sigarettenpakje moeten de boodschappen « Roken is dodelijk/kan dodelijk zijn » en « Roken brengt ernstige schade toe aan uzelf en de mensen om u heen » elkaar afwisselen; de waarschuwingsboodschappen moeten 30% (bij gebruik van meer talen tot 35%) van de voorzijde beslaan;

-op de achterkant moet voor specifieker risico's zoals longziektes worden gewaarschuwd; boodschappen als deze moeten 40% (bij gebruik van meer talen tot 50%) van de achterzijde beslaan;

-de lidstaten moeten het gebruik van foto's en afbeeldingen op sigarettenpakjes kunnen toestaan en de Commissie dient uiterlijk eind 2002 met regels voor het gebruik van afbeeldingen te komen;

-het gebruik van termen of merknamen die suggereren dat een bepaald merk minder schadelijk zou zijn dan een ander (« mild », « light », « low tar »_) wordt op termijn verboden.

Opmerkelijk is dat op 28 februari - voor het eerst in het kader van een bemiddelingsprocedure - de Raad, het EP en de Commissie een gezamenlijke persconferentie over het resultaat van de bemiddeling hielden.

1. Rapporteur

Jules MAATEN (ELD, NL) vertelt dat de conciliatie in belangrijke mate beheerst werd door de uitspraak van het Hof over de reclamerichtlijn. De vraag was of er nu zekerheid was over alle juridische aspecten. Dat is maar ten dele zo, omdat de uitspraak over een andere richtlijn ging, maar de tabaksrichtlijn ligt nu wel in de geest van deze uitspraak. Voor de export moeten vanaf 2007 dezelfde normen gelden als voor tabaksproducten die in de EU zelf verkocht worden.

Overeenstemming is er ook over het openbaar maken van de ingrediënten en over een gemeenschappelijke lijst van ingrediënten. Dat laatste is van groot belang voor de interne markt en ook bij de toekomstige beoordeling van minder ongezonde tabaksproducten.

Tevreden is Maaten ook dat de lidstaten hebben ingestemd met de mogelijkheid om plaatjes aan te brengen als waarschuwing. Een probleem is er met misleidende beschrijving. Grote fabrikanten als Philip Morris stemmen in met wat het EP en de Raad op dit vlak overeen zijn gekomen. Misleidende beschrijvingen mogen natuurlijk niet maar juridisch ligt het moeilijk, met name als het gaat om worden als "mild".

Maaten prijst de constructieve opstelling van de opeenvolgende voorzitterschappen en de snelle besluitvorming waarmee de richtlijn in amper een jaar tot stand is gekomen. Langzaam kan het Brusselse apparaat dus niet genoemd worden. Bovendien is het uiteindelijke resultaat beter dan het gemeenschappelijk standpunt van de Raad en ook dan de tweede lezing van het EP, waarmee de medebeslissingsprocedure zijn waarde weer eens bewezen heeft.

2. Fractiewoordvoerders

Maria MARTENS (EVP/ED, NL) spreekt van een lastig dossier met tegenstrijdige belangen, zoals gezondheid, industrie en werkgelegenheid. De Commissie is gelukkig met een voorstel gekomen om het maximale te doen voor de gezondheid en om ongelijke handelsposities tegen te gaan. Martens hoopt dat het komt tot wederzijdse erkenning van testmethodes. Met de exportbepalingen is Martens het eens, want wat in de EU ontoelaatbaar wordt geacht, mag natuurlijk niet naar derde landen, zelfs als dat ten koste gaat van de werkgelegenheid.

Al moet Martens wel kwijt dat de sector zelf meer banen verliest dan de Brusselse regelgeving veroorzaakt. Martens vindt dat de lidstaten meer inspanningen moeten doen om het roken onder jongeren te demotiveren. Dat kan met de prijsstelling en met lastig bereikbare verkooppunten, terwijl ook te denken valt aan een verbod op het aanbieden van sigaretten in de buurt van terrassen of scholen. Tot slot vindt Martens dat de subsidie op de tabaksteelt moet worden afgebouwd.

Guido SACCONI (PES, I) spreekt van een duidelijke verbetering ten opzichte van het Commissievoorstel. Voor een keer wordt meer met de gezondheid van de burgers rekening gehouden dan met de belangen van de producenten, en dit is een voorbeeld dat navolging verdient. Sacconi hoopt op een soortgelijke ontwikkeling wat de voedselveiligheid betreft. Hij is blij dat de tekst zijn standpunt weerspiegelt dat wat schadelijk is voor onze burgers even schadelijk is voor onderdanen van derde landen.

Positief is verder dat de exacte samenstelling van stoffen die verslavend werken voortaan zal moeten worden meegedeeld en dat de aanwezigheid van dergelijke stoffen zal moeten worden gerechtvaardigd. In dit verband is de positieve lijst die de Commissie moet opstellen een belangrijke bijdrage in de strijd tegen tabakverslaving.

Nelly MAES (GROENEN/EVA, B) wil uitgebreid de tijd nemen om rapporteur Maaten te feliciteren. Hij heeft immers aangetoond dat als een rapporteur actief en zeer ernstig te werk gaat om mensen aan tafel te krijgen, zeker resultaat kan worden geboekt. In dit geval kunnen we gerust spreken van een modelverslag waarmee je naar de scholen kan stappen, aldus Maes. Hopelijk krijgt dit navolging.

Maes herinnert zich dat haar eerste initiatieven in verband met wetgeving om reclame voor tabak te beperken en waarschuwingen op pakjes door te drukken door velen als totaal onzinning werden bestempeld. Sindsdien is de strijd tegen tabakverslaving echter overal ingeburgerd. Nu is de sociale druk op rokers zodanig toegenomen dat campagnes echt iets kunnen uithalen.

Maes vindt dat er nog meer rookvrije treincoupés moeten komen en dat de jeugd en vooral ook vrouwen nog meer het roken moet worden ontraden. Nog veel te veel mensen beginnen met roken, en het afleren is een stuk moeilijker. Het valt nu te hopen dat de strikte voorschriften die tegen de belangen van de lobbyisten indruisen daadwerkelijk worden opgevolgd. De stopzetting van subsidies voor de teelt zou hierbij een goede stimulans zijn.

Jonas SJÖSTEDT (EUL/NGL, S) is tevreden met het resultaat. Het had misschien nog iets beter gekund, maar daar kan in de toekomst verder aan gewerkt worden. Voor de Zweedse "snuss" is een goede oplossing gevonden met een uitzondering voor Zweden en een verkoopverbod in de andere landen. Sjöstedt vindt eveneens dat de subsidie op de tabaksteelt moet worden afgebouwd.

Pat the Cope GALLAGHER (UENS, IRL) vindt de nieuwe regelgeving een goede stap vooruit. De Raad heeft gelukkig goed geluisterd naar het EP. Roken kost tenslotte meer slachtoffers dan de slachtoffers van het verkeer, drugs, moorden enzovoort bij elkaar.

Hans BLOKLAND (EDD, NL) constateert dat terwijl hij spreekt, weer vier mensen aan de gevolgen van roken zullen zijn overleden. In Noord-Europa zijn het vooral mensen met een laag inkomen en een lage opleiding die roken. Vooral jongeren zijn vatbaar voor het stoere imago dat wordt geprojecteerd door de tabaksfabrikanten, die ook nog verslavende stoffen toevoegen om van levenslange klanten verzekerd te zijn.

De Nederlandse minister van volksgezondheid hekelde na de tweede lezing het Europees Parlement, dat de richtlijn zou hebben afgezwakt en te veel naar het pijpen van de tabaksindustrie zou hebben geluisterd. De lobby was inderdaad keihard, maar heeft gelukkig niet gewerkt. Het EP wilde de waarschuwende tekst juist klemmender maken. Confronterende afbeeldingen kunnen een goede preventieve werking hebben en het is daarom goed dat de Raad dat idee van het EP heeft overgenomen. Blokland had wel liever een duidelijk verbod op ammoniak gehad. En ook hij vindt dat de tabakssubsidie moet verdwijnen.

3. De Commissie

Volgens commissaris David BYRNE is deze richtlijn de bekroning van het jarenlange werk van de Commissie. Hij spreekt van een kwalitatieve sprong waardoor de EU op dit gebied een voortrekkersrol gaat spelen. De amendementen van de rapporteur komen alleszins neer op een verbetering van het voorstel. Ook Byrne spreekt van een voorbeeld van samenwerking tussen de drie instellingen binnen de grenzen van hun bevoegdheden. Maar ook het Hof van Justitie heeft zich verdienstelijk gemaakt. Byrne noemt de tekst van de richtlijn aanbevolen lectuur voor elke student rechten en medicijnen.

De dreigementen van de tabaksfabrikanten over het verloren gaan van banen vindt Byrne niet terecht. Normen voor verslavende en dodende producten zijn noodzakelijk, ook al bestaat er niet zoiets als een veilige sigaret. De regels voor additieven vindt Byrne zowat het belangrijkste element van deze wetgeving. Bijzonder verheugend zijn ook de scherpere regels voor waarschuwingen, waardoor de impact groter wordt. En ook de uitbanning van misleidende termen is een goede zaak.

Ter afronding meldt Byrne dat de Commissie volop bezig is met voorstellen ter vervanging van de richtlijn die vorig jaar door het Hof van Justitie nietig werd verklaard.