EP-rapport over de oprichting van een agentschap voor beheer buitengrenzen

dinsdag 9 maart 2004, Christian Ulrik von BOETTICHER

Christian Ulrik von BOETTICHER (EVP/ED, D)

Voorstel voor een verordening tot oprichting van een Europees agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen

Doc.: A5-0093/2004

Procedure : Wetgevende raadpleging

Debat : 8 maart 2004

Stemming : 9 maart 2004

Verslag aangenomen

Het Europees Parlement is voorstander van de oprichting van een agentschap voor de operationele samenwerking aan de buitengrenzen van de EU, maar wil niet dat de gezamenlijke uitzetting van illegale immigranten tot de taken van het agentschap gaat horen. Er moet eerst een gemeenschappelijk asielbeleid komen, voordat kan worden nagedacht over een gemeenschappelijk uitzettingsbeleid.

Het EP is van mening dat het agentschap te intergouvernementeel van opzet is. Het neemt daarom een aantal amendementen aan, die het Parlement en de Europese Commissie meer zeggenschap in het agentschap moeten geven. Zo wil het EP dat het Parlement meer geïnformeerd wordt over de werkzaamheden van het agentschap. Daarnaast moet de staf van het agentschap bestaan uit Commissiepersoneel. Verder wil het EP dat de Europese Commissie de uitvoerend directeur van het agentschap benoemt. Het EP moet een kandidaat-directeur kunnen horen en kunnen adviseren over diens benoeming. Het Parlement moet de directeur ook te allen tijde kunnen horen met betrekking tot de werkzaamheden van het agentschap. De bevoegdheid om de directeur te ontslaan, moet bij de Commissie komen te liggen.

Volgens het voorstel zal de raad van beheer van het agentschap bestaan uit twaalf door de Raad benoemde leden en twee vertegenwoordigers van de Commissie. Het EP stelt zes door de Raad en zes door de Commissie benoemde leden voor. De voorzitter van de raad van beheer zou een vertegenwoordiger van de Commissie moeten zijn.

De leden zijn tegen de bepaling, dat het agentschap bijkantoren in de lidstaten kan oprichten. Volgens de leden is het om redenen van controle, doeltreffendheid en kosteneffectiviteit niet logisch een onafhankelijk agentschap in een lidstaat op te richten en vervolgens gespecialiseerde bijkantoren in andere lidstaten op te richten. De parlementsleden willen verder dat de Raad uiterlijk op 31 december 2004 een besluit neemt over de vestigingsplaats van het agentschap. Daarbij moet het agentschap worden toegewezen aan die lidstaat die het meest in het agentschap wil investeren, bijvoorbeeld door een onderkomen beschikbaar te stellen.

Het agentschap krijgt als taken onder andere de coördinatie van de operationele samenwerking op het gebied van controle en bewaking van buitengrenzen, het verlenen van bijstand bij de opleiding van nationale grenswachten en het verlenen van bijstand aan lidstaten die worden geconfronteerd met omstandigheden die extra operationele en technische bijstand aan de buitengrenzen vergen. Het agentschap krijgt níet als taak het uitvoeren van de bewaking van de buitengrenzen. Wel wil het EP dat het agentschap moet nagaan of de oprichting van een Europese grensbewakingsdienst noodzakelijk en uitvoerbaar is.