Verordening (EU) nr. 1315/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 betreffende richtsnoeren van de Unie voor de ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk en tot intrekking van Besluit nr. 661/2010/EU Voor de EER relevante tekst

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Tekst

20.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 348/1


VERORDENING (EU) Nr. 1315/2013 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 11 december 2013

betreffende richtsnoeren van de Unie voor de ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk en tot intrekking van Besluit nr. 661/2010/EU

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 172,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),

Gezien het advies van het Comité van de Regio’s (2),

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

 

(1)

Beschikking nr. 1692/96/EG van het Europees Parlement en de Raad (3) is omwille van de duidelijkheid herzien bij Besluit nr. 661/2010/EU van het Europees Parlement en de Raad (4).

 

(2)

De planning, de ontwikkeling en de exploitatie van trans-Europese vervoersnetwerken dragen bij tot de verwezenlijking van belangrijke doelstellingen van de Unie, zoals onder meer uiteengezetin de Europa 2020-strategie en in het witboek met als titel "Stappenplan voor een interne Europese vervoersruimte" ("het Witboek"), zoals de goede werking van de interne markt en de versterking van de economische, sociale en territoriale samenhang. De specifieke doelstellingen daarvan omvatten ook het mogelijk maken van een vlotte, veilige en duurzame mobiliteit van personen en goederen, het garanderen van de bereikbaarheid en connectiviteit van alle regio's van de Unie en ook het bijdragen tot verdere economische groei en concurrentiekracht in een mondiaal perspectief. Deze specifieke doelstellingen dienen te worden verwezenlijkt door op hulpbronnenefficiënte en duurzame wijze verbindingen en interoperabiliteit tussen nationale vervoersnetwerken tot stand te brengen. Zo zou bij het vervoer over spoor de interoperabiliteit kunnen worden vergroot met behulp van innovatieve oplossingen waarin de verschillende systemen beter op elkaar aansluiten; daarbij valt te denken aan boorduitrusting en sporen die geschikt zijn voor meerdere spoorbreedtes.

 

(3)

De toename van het verkeer heeft geleid tot een grotere congestie in het internationale vervoer. Voor een optimale internationale mobiliteit van reizigers en goederen dienen de capaciteit van het trans-Europees vervoersnetwerk en het gebruik daarvan, te worden geoptimaliseerd en dient die capaciteit zo nodig te worden uitgebreid door infrastructuurknelpunten weg te werken en ontbrekende schakels te overbruggen binnen en tussen lidstaten en, in voorkomend geval, buurlanden en rekening houdend met de lopende onderhandelingen met andere kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten.

 

(4)

Zoals vermeld in het Witboek kan het vervoer beduidend efficiënter en doeltreffender worden gemaakt door een betere intermodale integratie van het gehele netwerk op het gebied van infrastructuur, informatiestromen en procedures.

 

(5)

Het Witboek pleit voor de invoering van een vervoersgerelateerde informatie- en communicatietechnologie om enerzijds het verkeersbeheer te verbeteren en te integreren, en anderzijds de administratieve procedures te vereenvoudigen dankzij een verbeterde goederenlogistiek en -tracering, alsook door optimale planningen en verkeersstromen. Daar dergelijke maatregelen een efficiënt beheer en gebruik van de vervoersinfrastructuur bevorderen, dienen zij ook onder deze verordening te vallen.

 

(6)

Bij het beleid inzake het trans-Europees vervoersnetwerk moet rekening worden gehouden met de ontwikkelingen van vervoersbeleid en inzake de eigendom van infrastructuur. Vervoersinfrastructuur wordt nog steeds hoofdzakelijk aangelegd en onderhouden door de lidstaten. Inmiddels zijn echter ook andere entiteiten, waaronder partners uit de private sector, relevant voor de implementatie van een multimodaal Europees vervoersnetwerk en de daarmee verband houdende investeringen, zoals regionale en lokale autoriteiten, infrastructuurbeheerders, concessiehouders of haven- en luchthavenautoriteiten.

 

(7)

Het trans-Europees vervoersnetwerk is grotendeels samengesteld uit bestaande infrastructuur. Om de doelstellingen van het nieuwe beleid inzake het trans-Europees vervoersnetwerk volledig te verwezenlijken, dienen in een verordening uniforme eisen inzake infrastructuur te worden vastgesteld waaraan de infrastructuur van het trans-Europees vervoersnetwerk moet voldoen.

 

(8)

Het trans-Europees vervoersnetwerk moet worden ontwikkeld door het totstandbrengen van nieuwe vervoersinfrastructuur, door het rehabiliteren en het opschalen van bestaande infrastructuur en door maatregelen die de hulpbronnenefficiënte benutting ervan bevorderen. Rehabilitatie van spoorweginfrastructuur is in specifieke gevallen nodig vanwege het ontbreken van regulier onderhoud in het verleden. Rehabilitatie is een proces dat leidt tot de verwezenlijking van de oorspronkelijke constructieparameters van bestaande spoorweginfrastructuurfaciliteiten in combinatie met een kwalitatieve verbetering op de lange termijn ten opzichte van de huidige toestand, onder toepassing van de vereisten en bepalingen van deze verordening.

 

(9)

Bij de tenuitvoerlegging van projecten van gemeenschappelijk belang dient terdege rekening te worden gehouden met de bijzondere omstandigheden van het desbetreffende afzonderlijk project. Waar mogelijk dient gebruik te worden gemaakt van synergieën met ander beleid, bijvoorbeeld met toerismegerelateerde aspecten door in wegen- en waterbouwkundige werken, zoals bruggen of tunnels, fietsinfrastructuur voor lange-afstandsfietspaden zoals de EuroVelo-routes op te nemen.

 

(10)

Het trans-Europees vervoersnetwerk kan het best worden ontwikkeld middels een structuur met twee lagen, bestaande uit een uitgebreid netwerk en een kernnetwerk, gebaseerd op gemeenschappelijke en transparante methoden, waarbij deze twee lagen het hoogste infrastructuurplanningsniveau binnen de Unie zouden moeten vormen.

 

(11)

Het uitgebreide netwerk dient een transportnetwerk te zijn dat Europa geheel bestrijkt, en dient bereikbaarheid en connectiveit te verzekeren van alle regio’s in de Unie, waaronder afgelegen, insulaire en perifere regio’s, zoals ook wordt nagestreeft middels het geïntegreerd maritiem beleid dat is vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 1255/2011 van het Europees Parlement en de Raad (5), en dient de sociale en economische cohesie tussen de regio's te versterken. De in deze verordening ingestelde richtsnoeren ("de richtsnoeren") dienen de eisen voor de infrastructuur van het uitgebreide netwerk te stellen, om te bevorderen dat vóór 2050 een hoogwaardig netwerk in de gehele Unie ontstaat.

 

(12)

In het witboek wordt ook erkend dat aanzienlijke verschillen blijven bestaan tussen de vervoersinfrastructuur in oostelijke en westelijke delen van de Unie. Deze verschillen moeten worden weggewerkt om een volledig geïntegreerd Europees vervoersinfrastructuurnetwerk tot stand te brengen.

 

(13)

Het kernnetwerk moet worden bepaald en er dienen passende maatregelen te worden genomen om het kernnetwerk uiterlijk 2030 tot ontwikkeling te laten komenals een prioriteit binnen het door het uitgebreide netwerk voorziene kader. Het kernnetwerk dient de ruggengraat te vormen voor de ontwikkeling van een duurzaam multimodaal vervoersnetwerk en dient de ontwikkeling van het volledige uitgebreide netwerk te stimuleren. Het moet de Unie in staat stellen haar beleid toe te spitsen op die delen van het trans-Europees vervoersnetwerk die de hoogste Europese meerwaarde bieden, in het bijzonder grensoverschrijdende trajecten, ontbrekende schakels, multimodale knooppunten en grote knelpunten, daarbij gevolg gevend aan de in het Witboek vervatte doelstelling om de uitstoot van broeikasgassen door het vervoer uiterlijk 2050 met 60 % te verlagen ten opzichte van de uitstoot in 1990.

 

(14)

In terdege gemotiveerde gevallen moeten vrijstellingen op de voor het kernnetwerk geldende infrastructuureisen kunnen worden verleend. Dit zou ook moeten gelden voor gevallen waarin investeringen niet te rechtvaardigen zijn, zoals in dunbevolkte gebieden.

 

(15)

De bijzondere situatie van geïsoleerde of ten dele geïsoleerde spoorwegnetwerken dient te worden erkend door middel van vrijstellingen van sommige infrastructuurvereisten.

 

(16)

Bij het verrichten van de evaluatie van de totstandbrenging van het kernnetwerk uiterlijk 2023 dient de Commissie rekening te houden met de nationale uitvoeringsplannen en de toekomstige uitbreidingen.

 

(17)

Het trans-Europees vervoersnetwerk omvat slechts een deel van de bestaande vervoersnetwerken. In het kader van de herziening van de uitvoering van het kernnetwerk uiterlijk 2023 dient de Commissie in samenwerking met de betrokken lidstaten te bekijken of andere delen, zoals de binnenwateren van klasse III, in het netwerk moeten worden opgenomen. De Commissie dient in het kader van deze evaluatie ook de voortgang van de projecten te beoordelen en zij dient de mogelijkheid te hebben, waar nodig, de termijnen te heroverwegen, rekening houdend met ontwikkelingen die het halen van de termijnen kunnen beïnvloeden.

 

(18)

Wanneer de Commissie de uitvoering van het kernnetwerk uiterlijk 2023 evalueert, dient zij in overleg met de lidstaten te beoordelen of andere delen in het netwerk moeten worden ingepast, met name de prioritaire projecten opgenomen in Besluit nr. 661/2010/EU.

 

(19)

Teneinde het kernnetwerk op een gecoördineerde manier en tijdig tot stand te brengen, waardoor de voordelen van een netwerk ten volle kunnen worden benut, dienen de betrokken lidstaten passende maatregelen te nemen om de projecten van gemeenschappelijk belang uiterlijk 2030 te voltooien. Wat het uitgebreide netwerk betreft, dienen de lidstaten zich tot het uiterste in te spannen om dat netwerk uiterlijk 2050 te voltooien en te voldoen aan de desbetreffende bepalingen van deze richtsnoeren.

 

(20)

Het is noodzakelijk de projecten van gemeenschappelijk belang aan te wijzen die zullen bijdragen tot het verwezenlijken van het trans-Europees vervoersnetwerk en die bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen en beantwoorden aan de prioriteiten die in de richtsnoeren zijn vastgesteld. De tenuitvoerlegging van deze projecten dient af te hangen van de mate waarin zij voldragen zijn, de naleving door hen van wettelijke procedures van de Unie en nationale wettelijke procedures, en de beschikbaarheid van financiële middelen, zonder dat daarbij wordt vooruitgelopen op de financiële toezeggingen van een lidstaat of de Unie.

 

(21)

Projecten van gemeenschappelijk belang dienen een Europese meerwaarde te bieden. Grensoverschrijdende projecten hebben doorgaans een grote Europese meerwaarde, maar in vergelijking met zuiver nationale projecten hebben ze mogelijk beperktere directe economische effecten. Dergelijke grensoverschrijdende projecten moeten voorwerp zijn van prioritair optreden van de Unie om te garanderen dat deze worden uitgevoerd.

 

(22)

Projecten van gemeenschappelijk belang waarvoor financiering van de Unie wordt aangevraagd, dienen te worden onderworpen aan een op een erkende methodologie gebaseerde sociaaleconomische kosten-batenanalyse waarbij de uit sociaal, economisch, klimaat- en milieu-oogpunt relevante kosten en baten in aanmerking worden genomen. De analyse van de kosten en baten voor klimaat en milieu dient gebaseerd te zijn op een milieueffectbeoordeling krachtens Richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad (6).

 

(23)

Ten einde bij te dragen tot de reductiedoelstellingen in verband met klimaatverandering van het Witboek vervoer, namelijk een daling in de uitstoot van broeikasgassen met 60 % vóór 2050 ten opzichte van het niveau in 1990, moet het broeikaseffect van projecten van gemeenschappelijk belang in de vorm van nieuwe, uitgebreide of verbeterde vervoersinfrastructuur worden beoordeeld.

 

(24)

Sommige gedeelten van het netwerk worden door andere actoren dan de lidstaten beheerd. Het is de verantwoordelijkheid van de lidstaten ervoor te zorgen dat deze wetgeving op hun grondgebied correct wordt toegepast. Aangezien de ontwikkeling en de uitvoering van het trans-Europees vervoersnetwerk de gemeenschappelijke toepassing van deze verordening vergt, dienen alle gedeelten van het netwerk aan de rechten en plichten als voorzien bij deze verordening te voldoen, alsmede aan die welke zijn opgenomen in ander, toepasselijk Unierecht en nationaal recht.

 

(25)

Samenwerking met buurlanden en derde landen is noodzakelijk om de verbinding en interoperabiliteit tussen de respectieve infrastructuurnetwerken te verzekeren. Daarom moet de Unie waar nodig projecten van gemeenschappelijk belang met deze landen bevorderen.

 

(26)

Om intermodale integratie in het gehele netwerk te bewerkstelligen, moet het trans-Europees vervoersnetwerk goed worden gepland. Dat omvat eveneens de toepassing van specifieke eisen voor infrastructuur, telematicatoepassingen, uitrusting en diensten op het gehele netwerk. Daarom moet ervoor worden gezorgd dat deze eisen in heel Europa voor elke vervoerswijze en voor de onderlinge verbinding van vervoerswijzen op het gehele trans-Europees vervoersnetwerk en daarbuiten correct en op een gecoördineerde manier worden toegepast, zodat voordeel kan worden behaald uit het netwerkeffect en een efficiënt trans-Europees vervoer over lange afstand mogelijk wordt.

 

(27)

Er dienen kaarten te worden opgesteld om de bestaande en geplande vervoersinfrastructuur voor het kernnetwerk en het uitgebreide netwerk af te bakenen. Deze kaarten moeten na verloop van tijd worden aangepast aan veranderde verkeersstromen. De technische achtergrond voor deze kaarten komt uit het interactieve geografische en technische informatiesysteem voor het trans-Europees vervoersnetwerk ("het TENtec-systeem") van de Commissie, waarin de trans-Europese vervoersinfrastructuur meer in detail is beschreven.

 

(28)

De richtsnoeren dienen prioriteiten te stellen zodat de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet binnen het gegeven tijdsbestek kan worden ontwikkeld.

 

(29)

Telematicatoepassingen zijn nodig als basis voor de optimalisering van het verkeer en het vervoer, voor de verkeersveiligheid en om bijbehorende diensten te verbeteren. Reizigersinformatie, met inbegrip van informatie over systemen voor de afgifte van vervoersbewijzen en boekingssystemen, moet worden verschaft overeenkomstig Verordening (EU) nr. 454/2011 van de Commissie (7).

 

(30)

De richtsnoeren dienen, overeenkomstig de doelstellingen van de Unie inzake duurzame stedelijke mobiliteit, te voorzien in de ontwikkeling van het uitgebreide netwerk op basis van stedelijke knooppunten, die het vertrekpunt of de eindbestemming ("last mile") vormen voor het verkeer van passagiers en goederen over het trans-Europees vervoersnetwerk en tevens overstappunten respectievelijk overlaadplaatsen zijn binnen of tussen de verschillende vervoerswijzen.

 

(31)

Dankzij zijn grote schaal kan het trans-Europees vervoersnetwerk de basis leggen voor de grootschalige introductie van nieuwe technologieën en innovatie, die op hun beurt bijvoorbeeld de algemene efficiëntie van de Europese vervoerssector kunnen helpen bevorderen en de koolstofvoetafdruk kunnen helpen reduceren. Aldus wordt een bijdrage geleverd aan de doelstellingen van de Europa 2020-strategie en aan de doelstelling van het Witboek, namelijk een daling in de uitstoot van broeikasgassen met 60 % in 2050 (ten opzichte van het niveau in 1990), en wordt tegelijkertijd werk gemaakt van de beoogde grotere brandstofvoorzieningszekerheid voor de Unie. Om deze doelstellingen te verwezenlijken, dient de beschikbaarheid van alternatieve schone brandstoffen langs het gehele trans-Europees vervoersnetwerk te worden verbeterd. De beschikbaarheid van alternatieve schone brandstoffen dient te worden gebaseerd op de vraag naar deze brandstoffen en toegang tot alle alternatieve schone brandstoffen aan alle tankstations mag geen vereiste zijn.

 

(32)

Het trans-Europees vervoersnetwerk moet voldoende multimodaal zijn, zodat betere en meer duurzame keuzen tussen vervoerswijzen kunnen worden gemaakt voor personen- en vrachtvervoer en zodat het mogelijk wordt gemaakt grote volumes te bundelen voor vervoer over lange afstanden. Hierdoor wordt multimodaliteit economisch aantrekkelijker voor passagiers, gebruikers en expediteurs.

 

(33)

Om een efficiënte en hoogwaardige vervoersinfrastructuur voor alle vervoerswijzen tot stand te brengen, dient bij de ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk rekening te worden gehouden met de beveiliging en veiligheid van het verkeer van passagiers en goederen, de bijdrage tot klimaatverandering en de gevolgen van de klimaatverandering en van mogelijke door de natuur of de mens veroorzaakte rampen voor de infrastructuur, en met toegankelijkheid voor alle gebruikers.

 

(34)

Bij infrastructuurplanning dienen de lidstaten en andere initiatiefnemers van infrastructuurprojecten voldoende aandacht te besteden aan de risicobeoordelingen en maatregelen om de infrastructuur voldoende bestand te maken tegen de klimaatverandering en tegen milieurampen.

 

(35)

De lidstaten en andere initiatiefnemers van projecten dienen een milieueffectbeoordeling van de plannen en projecten te verrichten overeenkomstig Richtlijn 92/43/EEG van de Raad (8), Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad (9), Richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad (10), Richtlijn 2009/147/EC van het Europees Parlement en de Raad (11) en Richtlijn 2011/92/EU teneinde negatieve milieu-effecten zoals fragmentatie van het landschap, bodemafdekking, vervuiling van land en water en geluidsoverlast te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, te mitigeren of te compenseren, en de biodiversiteit op doeltreffende wijze te beschermen.

 

(36)

De bescherming van het milieu en van de biodiversiteit alsook de strategische vereisten van de binnenvaart dienen in beschouwing te worden genomen.

 

(37)

De lidstaten en andere initiatiefnemers van projecten dienen ervoor te zorgen dat beoordelingen van projecten van gemeenschappelijk belang efficiënt worden uitgevoerd en dat onnodige vertragingen worden vermeden.

 

(38)

De vervoersinfrastructuur dient een vlotte mobiliteit en de toegankelijkheid voor alle gebruikers, in het bijzonder bejaarden, personen met beperkte mobiliteit en personen met een handicap, te bevorderen.

 

(39)

De lidstaten dienen voorafgaande beoordelingen uit te voeren van de toegankelijkheid van de infrastructuur en van de daarmee samenhangende diensten.

 

(40)

Het kernnetwerk dient een onderdeel te vormen van het overlappende uitgebreide netwerk. Het dient de strategisch belangrijkste knooppunten en verbindingen te omvatten van het trans-Europees vervoersnetwerk in termen van vervoersbehoeften. Het netwerk moet bovendien multimodaal zijn, met andere woorden het moet alle vervoerswijzen en hun verbindingen omvatten, alsmede relevante verkeers- en informatiebeheersystemen.

 

(41)

Het kernnetwerk is vastgesteld op basis van een objectieve planningsmethodologie. Met behulp van deze methodologie zijn de belangrijkste stedelijke knooppunten, havens, luchthavens alsmede grensovergangen bepaald. Deze knooppunten zijn waar mogelijk verbonden met multimodale verbindingen voor zover die economisch levensvatbaar en ecologisch duurzaam zijn en voor 2030 kunnen worden gerealiseerd. Deze methodologie heeft ervoor gezorgd dat alle lidstaten onderling worden verbonden en dat de belangrijkste eilanden in het kernnetwerk zijn opgenomen.

 

(42)

Om het kernnetwerk binnen de vastgestelde termijn te realiseren, kan een corridoraanpak worden gehanteerd voor de transnationale coördinatie van de verschillende projecten alsook om de ontwikkeling van de corridor te stroomlijnen, zodat netwerkeffecten maximaal worden benut. Deze methode mag niet worden beschouwd als een grondslag voor het prioriteren van bepaalde projecten op het kernnetwerk. De kernnetwerkcorridors moeten de infrastructuur van het kernnetwerk zodanig helpen ontwikkelen dat knelpunten worden aangepakt, grensoverschrijdende verbindingen worden bevorderd en efficiëntie en duurzaamheid worden verbeterd. Ze zullen bijdragen tot samenhang door verbeterde territoriale samenwerking.

 

(43)

De kernnetwerkcorridors dienen daarnaast een antwoord te bieden op bredere doelstellingen van het vervoersbeleid, alsmede de interoperabiliteit, de intermodale integratie en het multimodale vervoer te vergemakkelijken. Op die manier ontstaan specifieke corridors met een sterk gereduceerde uitstoot, die bijgevolg een minimale impact op het milieu hebben en de concurrentiekracht versterken, en die bovendien aantrekkelijk zijn door hun betrouwbaarheid, beperkte congestie en lage exploitatie- en administratiekosten. De corridoraanpak dient transparant en helder te zijn en het beheer van deze corridors mag niet tot een buitensporige toename van de administratieve lasten of kosten leiden.

 

(44)

De Europese coördinatoren waarin deze verordening voorziet, dienen, met instemming van de betrokken lidstaat, maatregelen te bevorderen om voor complexe grensoverschrijdende projecten voor iedere kernnetwerkcorridor een passende bestuursstructuur uit te tekenen en zowel private als publieke financieringsbronnen te vinden. Europese coördinatoren dienen de gecoördineerde uitvoering van de kernnetwerkcorridors te faciliteren.

 

(45)

De rol van de Europese coördinatoren is van groot belang voor de ontwikkeling van corridors en de samenwerking tussen corridorlanden.

 

(46)

De kernnetwerkcorridors dienen toegesneden te zijn op de corridors voor goederenvervoer per spoor die zijn vastgesteld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 913/2010 van het Europees Parlement en de Raad (12), alsook met het Europese implementatieplan voor (ERTMS) dat is vastgesteld bij Beschikking 2009/561/EG van de Commissie (13).

 

(47)

Met het oog op een maximale consistentie tussen de richtsnoeren en de programmering van de relevante financiële instrumenten op EU-niveau, moet de financiering van het trans-Europees vervoersnetwerk in overeenstemming zijn met deze verordening en gebaseerd zijn op Verordening (EU) nr. 1316/2013 van het Europees Parlement en de Raad (14). Dienovereenkomstig moet worden gestreefd naar een stroomlijning en combinatie van de financiering via interne en externe instrumenten, zoals de structuurfondsen en het Cohesiefonds, de ENB-investeringsfaciliteit en het Instrument voor pretoetredingssteun (IPA) (15), met de financiering door de Europese Investeringsbank, de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling en andere financiële instellingen.

 

(48)

Teneinde de in bijlage I opgenomen kaarten bij te werken en deze aan te passen aan mogelijke wijzigingen die voortvloeien uit de toetsing van het werkelijke gebruik van bepaalde delen van de vervoersinfrastructuur aan de vooraf vastgestelde kwantitatieve drempels voor de verkeersstromen, dient aan de Commissie de bevoegdheid te worden overgedragen om overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), met inachtneming van artikel 172 VWEU, handelingen vast te stellen ten aanzien van wijzigingen van de bijlagen I en II. Het is van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden tot passende raadpleging overgaat, onder meer op deskundigenniveau. De Commissie dient bij de voorbereiding en opstelling van de gedelegeerde handelingen ervoor te zorgen dat de desbetreffende documenten tijdig en op gepaste wijze gelijktijdig worden toegezonden aan het Europees Parlement en aan de Raad.

 

(49)

De belangen van regionale en lokale autoriteiten als ook die van het lokale maatschappelijk middenveld die de gevolgen van een project van gemeenschappelijk ondervinden, moeten terdege in aanmerking worden genomen bij planfase en de bouwfase van projecten.

 

(50)

Het Europese kader en de nationale kaders voor de planning en uitvoering van vervoersinfrastructuur en voor de verlening van vervoerdiensten bieden belanghebbenden mogelijkheden om bij te dragen aan het verwezenlijken van de doelstellingen van deze verordening. Het nieuwe instrument voor de implementatie van het trans-Europees vervoersnetwerk – bijvoorbeeld kernnetwerkcorridors – vormt een krachtig middel om het respectieve potentieel van de betrokken partijen te ontsluiten, de samenwerking tussen die partijen te bevorderen en het complementaire karakter van dat instrument ten opzichte van het optreden van de lidstaten te versterken.

 

(51)

Om eenvormige voorwaarden te waarborgen voor de uitvoering van deze verordening, dienen aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden te worden toegekend. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (16).

 

(52)

Daar de doelstelling van deze verordening, met name de gecoördineerde verwezenlijking en ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en derhalve wegens de behoefte aan coördinatie van deze doelstellingen, beter door de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen, Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken.

 

(53)

Besluit nr. 661/2010/EU moet worden ingetrokken.

 

(54)

Deze verordening moet in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, teneinde een tijdige goedkeuring van de gedelegeerde en uitvoeringshandelingen uit hoofde van deze verordening mogelijk te maken,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

HOOFDSTUK I

ALGEMENE BEGINSELEN

Artikel 1

Doel

Artikel 2

Toepassingsgebied

Artikel 3

Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

a)

"project van gemeenschappelijk belang": een project dat overeenkomstig de voorschriften van en onder naleving van het bepaalde in deze verordening wordt uitgevoerd;

 

b)

"buurland": een land dat onder het Europees nabuurschapsbeleid valt, met inbegrip van het strategisch partnerschap, het uitbreidingsbeleid, de Europese Economische Ruimte en de Europese Vrijhandelsassociatie;

 

c)

"derde land": elk buurland of elk ander land waarmee de Unie kan samenwerken om de met deze verordening nagestreefde doelstellingen te verwezenlijken;

 

d)

"Europese meerwaarde": de door een project vertegenwoordigde waarde die, naast de potentiële waarde voor de betreffende lidstaat alleen, leidt tot een aanzienlijke verbetering van vervoersverbindingen of vervoersstromen tussen de lidstaten, zoals aantoonbaar blijkt uit verbeteringen op het vlak van efficiëntie, duurzaamheid, concurrentievermogen of cohesie, overeenkomstig de in artikel 4 genoemde doelstellingen;

 

e)

"infrastructuurbeheerder": een instantie of onderneming die in het bijzonder belast is met de totstandbrenging of het onderhoud van vervoersinfrastructuur. Het beheer van de regelings- en veiligheidssystemen van de infrastructuur kan daaronder zijn begrepen;

 

f)

"telematicatoepassingen": systemen die gebruikmaken van informatie-, communicatie-, navigatie- en plaatsbepalings-/lokalisatietechnologieën om de infrastructuur, de mobiliteit en het verkeer op het trans-Europees vervoersnetwerk effectief te beheren en om burgers en exploitanten diensten met een meerwaarde te verlenen, met inbegrip van systemen voor een veilig, betrouwbaar, milieuvriendelijk en efficiënt gebruik van het netwerk. Ook boordapparatuur kan hieronder vallen, mits die een onlosmakelijke eenheid vormt met de overeenkomstige infrastructuurcomponenten. Ze omvatten ook de in de punten g) tot en met l) bedoelde systemen, technologieën en diensten;

 

g)

"intelligent vervoerssysteem": een systeem als nader omschreven in Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad (17);

 

h)

"luchtverkeersbeveiligingssysteem": een systeem als bedoeld in Verordening (EG) nr. 552/2004 van het Europees Parlement en de Raad (18) en in het Europese masterplan voor luchtverkeersbeveiliging (ATM) als omschreven in Verordening (EG) nr. 219/2007 van de Raad (19);

 

i)

"monitoring- en informatiesystemen voor de zeescheepvaart (VTMIS)": systemen die worden ingezet om het verkeer en zeevervoer in het oog te houden en te beheren door middel van informatie van automatische scheepsidentificatiesystemen, systemen voor identificatie en volgen van schepen op lange afstand (LRIT), kustradarsystemen en radiocommunicatie als vastgesteld in Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad (20), met inbegrip van de integratie van het systeem voor informatie en uitwisseling voor de zeevaart (SafeSeaNet);

 

j)

"rivierinformatiediensten (RIS)": informatie- en communicatietechnologieën op de binnenwateren als nader omschreven in Richtlijn 2005/44/EG van het Europees Parlement en de Raad (21);

 

k)

"elektronische maritieme diensten": diensten op basis van geavanceerde en interoperabele informatietechnologieën in de zeescheepvaartsector om administratieve procedures te vergemakkelijken en de verwerking van vracht op zee en in havengebieden te vereenvoudigen, met inbegrip van diensten via één elektronisch platform zoals het geïntegreerde elektronisch platform voor maritieme diensten als bedoeld in Richtlijn 2010/65/EU van het Europees Parlement en de Raad (22), havencommunicatiesystemen en relevante douaneinformatiesystemen;

 

l)

"Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS)": het systeem dat is omschreven in Beschikking 2006/679/EG van de Commissie (23) en Beschikking 2006/860/EG van de Commissie (24);

 

m)

"grensoverschrijdend traject": het traject dat zorgt voor de continuïteit van een project van gemeenschappelijk belang tussen de dichtstbijzijnde stedelijke knooppunten aan weerszijden van de grens tussen twee lidstaten of tussen een lidstaat en een buurland;

 

n)

"multimodaal vervoer": het vervoer van passagiers en/of goederen met gebruikmaking van twee of meer vervoerswijzen;

 

o)

"interoperabiliteit": het vermogen, omvattende allejuridische, technische en operationele voorwaarden van de infrastructuur in een vervoerswijze om verkeersstromen veilig en zonder onderbreking te laten verlopen teneinde de vereiste prestatieniveaus voor die infrastructuur of vervoerswijze te bereiken;

 

p)

"stedelijk knooppunt": een stedelijk gebied waar de vervoersinfrastructuur van het trans-Europees vervoersnetwerk, zoals havens, passagiersterminals daaronder begrepen, luchthavens, spoorwegstations, logistieke platforms en goederenterminals, die in en rond het stedelijk gebied zijn gelegen, verbonden is met andere delen van die infrastructuur en met de infrastructuur voor regionaal en lokaal verkeer;

 

q)

"knelpunt": een fysieke, technische of functionele belemmering die leidt tot een breuk in een systeem, waardoor de continuïteit van langeafstandsstromen of grensoverschrijdende stromen in het gedrang komt, en die kan worden weggenomen door nieuwe infrastructuur aan te leggen of bestaande infrastructuur ingrijpend te moderniseren, waardoor verbeteringen kunnen optreden die de door het knelpunt veroorzaakte belemmeringen kunnen oplossen;

 

r)

"logistiek platform", een gebied dat rechtstreeks aangesloten is op de vervoersinfrastructuur van het trans-Europees vervoersnetwerk, met inbegrip van ten minste één goederenterminal, en dat de logistieke activiteiten mogelijk maakt;

 

s)

"goederenterminal": een structuur uitgerust voor de overslag tussen ten minste twee vervoerswijzen of tussen twee verschillende spoorwegsystemen, en voor de tijdelijke opslag van goederen, zoals havens, binnenhavens, luchthavens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer;

 

t)

"sociaaleconomische kosten-batenanalyse": een gekwantificeerde, op een erkende methodologie gebaseerde voorafgaande beoordeling van de waarde van een project, waarbij alle uit sociaal, economisch, klimaat- en milieu-oogpunt relevante kosten en baten in aanmerking worden genomen. De analyse van de klimaat- en milieugerelateerde kosten en baten wordt gebaseerd op de krachtens Richtlijn 2011/92/EU verrichte milieueffectbeoordeling.

 

u)

"geïsoleerd net": het spoorwegnet van een lidstaat, of een onderdeel daarvan, met een spoorbreedte die afwijkt van de Europese nominale standaardspoorbreedte (1 435 mm), waarvoor bepaalde grote infrastructuurinvesteringen vanuit een economisch kosten/baten-oogpunt niet gerechtvaardigd zijn wegens de specifieke eigenschappen van dat net die te maken hebben met geografisch isolement of perifere ligging;

 

v)

"NUTS-regio": een regio als omschreven in de nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek;

 

w)

"alternatieve schone brandstoffen": brandstoffen zoals elektriciteit, waterstof, biobrandstoffen (vloeistoffen), synthetische brandstoffen, methaan (aardgas (CNG en LNG) en biomethaan) en vloeibaar petroleumgas (LPG), die ten minste deels dienen als een vervanger van de aardoliein de energievoorziening voor vervoer, ertoe bijdragen dat deze koolstofvrij wordt, en de milieuprestatie van de vervoersector verbeteren.

Artikel 4

Doelstellingen van het trans-Europees vervoersnetwerk

Het trans-Europees vervoersnetwerk versterkt de sociale, economische en territoriale samenhang van de Unie en draagt bij tot de verwezenlijking van een interne Europese vervoersruimte die duurzaam en efficiënt is, meer voordelen voor de gebruikers biedt en inclusieve groei ondersteunt. Het biedt aantoonbare Europese meerwaarde door bij te dragen tot de doelstellingen als vastgelegd in de volgende vier categorieën:

 

a)

samenhang door:

 

i)

alle regio's van de Unie, met inbegrip van ultraperifere, insulaire, perifere en bergachtige regio's evenals dunbevolkte gebieden, bereikbaar te maken en onderling te verbinden;

 

ii)

verschillen tussen de lidstaten qua kwaliteit van de infrastructuur te verminderen;

 

iii)

zowel voor het passagiers- als voor het goederenvervoer de vervoersinfrastructuur voor langeafstandsverkeer enerzijds en voor regionaal en lokaal verkeer anderzijds onderling te verbinden;

 

iv)

vervoersinfrastructuur te ontwikkelen die is afgestemd op de specifieke situaties in verschillende delen van de Unie en die alle Europese regio's op evenwichtige wijze bestrijkt;

 

b)

efficiëntie door:

 

i)

knelpunten weg te werken en ontbrekende schakels te realiseren, zowel binnen de vervoersinfrastructuren als op verbindingspunten ertussen, zowel binnen als tussen lidstaten;

 

ii)

nationale vervoersnetwerken onderling te verbinden en interoperabel te maken;

 

iii)

alle vervoerswijzen optimaal te integreren en onderling te verbinden;

 

iv)

economisch efficiënt vervoer van hoogstaande kwaliteit te bevorderen en aldus bij te dragen tot verdere economische groei en concurrentiekracht;

 

v)

nieuwe en bestaande infrastructuur efficiënt te gebruiken;

 

vi)

kosteneffectieve toepassing van innovatieve technologische en operationele concepten;

 

c)

duurzaamheid door:

 

i)

alle vervoerswijzen op zodanige wijze te ontwikkelen dat vervoerd wordt gegarandeerd dat op lange termijn houdbaar en economisch efficiënt is;

 

ii)

bij te dragen tot de doelstellingen van een lage uitstoot van broeikasgassen, een schoon vervoer met een lage CO2-uitstoot, brandstofvoorzieningszekerheid, verlaging van externe kosten en milieubescherming;

 

iii)

het bevorderen van vervoer met een lage CO2-uitstoot met teneinde een aanmerkelijke afname van de CO2-uitstoot te bereiken, in overeenstemming met de desbetreffende doelstellingen van de Unie voor het verminderen van CO2;

 

d)

meer voordelen voor de gebruikers door:

 

i)

te voldoen aan de mobiliteits- en vervoersbehoeften van de gebruikers binnen de Unie en in de betrekkingen met derde landen;

 

ii)

te zorgen dat zowel het passagiers- als het goederenvervoer aan strenge veiligheids-, betrouwbaarheids- en kwaliteitsnormen beantwoordt;

 

iii)

ook in het geval van een natuurramp of een door menselijk toedoen veroorzaakte ramp de mobiliteit te ondersteunen en de bereikbaarheid voor nood- en reddingsdiensten te garanderen;

 

iv)

infrastructuurvereisten op te stellen, met name op het vlak van interoperabiliteit, veiligheid en betrouwbaarheid, die kwaliteit, efficiëntie en duurzaamheid van vervoersdiensten garanderen;

 

v)

de toegankelijkheid voor bejaarden, personen met beperkte mobiliteit en personen met een handicap te bieden.

Artikel 5

Een netwerk dat efficiënt omspringt met hulpbronnen

 

a)

bestaande vervoersinfrastructuur te ontwikkelen, te verbeteren en te onderhouden;

 

b)

de integratie van de infrastructuur en onderlinge verbindingen te optimaliseren;

 

c)

nieuwe technologieën en telematicatoepassingen in te voeren, indien het inzetten daarvan economisch gerechtvaardigd is;

 

d)

rekening te houden met mogelijke synergieën met andere netwerken, in het bijzonder de trans-Europese energie- en/of telecommunicatienetwerken;

 

e)

de strategische milieueffecten, mede door de opstelling van passende plannen en programma's, alsook de effecten van klimaatverandering te beoordelen;

 

f)

maatregelen te nemen om de infrastructuurcapaciteit te plannen en waar nodig uit te breiden;

 

g)

gepaste aandacht te schenken aan de kwetsbaarheid van de vervoersinfrastructuur voor veranderende klimaatomstandigheden en voor natuurrampen en door menselijk toedoen veroorzaakte rampen, teneinde op die mogelijke gebeurtenissen voorbereid te zijn.

Artikel 6

Trans-Europees vervoersnetwerk met een tweelagige structuur

Artikel 7

Projecten van gemeenschappelijk belang

 

a)

bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen binnen ten minste twee van de vier in artikel 4 genoemde categorieën;

 

b)

voldoen aan hoofdstuk II en, indien het betrekking heeft op het kernnetwerk, daarnaast aan hoofdstuk III;

 

c)

economisch levensvatbaar zijn op basis van een analyse van de sociaaleconomische kosten en baten.

 

d)

aantoonbaar Europese meerwaarde bieden.

Artikel 8

Samenwerking met derde landen

 

a)

het kernnetwerk aan de grensovergangen verbinden en betrekking hebben op infrastructuur die onontbeerlijk is voor een vlot verloop van de verkeersstromen, de grenscontroles, de grensbewaking en de andere grenscontroleprocedures;

 

b)

de verbinding verzekeren tussen het kernnetwerk en de vervoersnetwerken van de derde landen met als doel de economische groei en het concurrentievermogen te vergroten;

 

c)

de vervoersinfrastructuur in derde landen die de verbinding vormt tussen delen van het kernnetwerk in de Unie, voltooien;

 

d)

in die landen systemen voor verkeersbeheer invoeren;

 

e)

het zeevervoer en snelwegen op zee bevorderen, met uitzondering van financiële steun voor havens in derde landen;

 

f)

het vervoer over binnenwateren met derde landen vergemakkelijken.

Deze projecten dienen de capaciteit of het nut van de trans-Europese netwerken in één of meerdere lidstaten te vergroten.

 

a)

de interoperabiliteit tussen het trans-Europees vervoersnetwerk en netwerken van derde landen te bevorderen;

 

b)

de uitbreiding van het TEN-V-beleid naar derde landen te bevorderen;

 

c)

het luchtvervoer met derde landen te faciliteren teneinde efficiënte en duurzame economische groei en het concurrentievermogen te bevorderen, mede door uitbreiding van het gemeenschappelijk Europees luchtruim en verbetering van de samenwerking inzake luchtverkeersbeheer;

 

d)

het zeevervoer te faciliteren en samen met derde landen de invoering van snelwegen op zee te bevorderen.

HOOFDSTUK II

HET UITGEBREIDE NETWERK

Artikel 9

Algemene bepalingen

 

a)

in overeenstemming zijn met de kaarten en de lijsten in bijlage I en in deel 2 van bijlage II;

 

b)

nader worden gespecificeerd aan de hand van een beschrijving van de infrastructuurcomponenten;

 

c)

voldoen aan de voorschriften betreffende de in dit hoofdstuk omschreven vervoersinfrastructuren;

 

d)

de basis vormen voor de aanwijzing van projecten van gemeenschappelijk belang;

 

e)

rekening houden met de fysieke beperkingen en topografische kenmerken van de vervoersinfrastructuur van de lidstaten zoals vastgesteld in de technische specificaties voor interoperabiliteit (TSI).

Artikel 10

Algemene prioriteiten

 

a)

een goede bereikbaarheid en connectiviteit van alle regio's van de Unie te verzekeren en daarbij rekening te houden met de specifieke omstandigheden van eilanden, geïsoleerde netwerken en dunbevolkte, afgelegen en ultraperifere regio's;

 

b)

een optimale integratie en interoperabiliteit van de vervoerswijzen te verzekeren;

 

c)

ontbrekende schakels te realiseren en knelpunten weg te werken, in het bijzonder op grensoverschrijdende trajecten;

 

d)

het efficiënt en duurzaam gebruik van de infrastructuur te bevorderen en, indien nodig, de capaciteit te vergroten;

 

e)

de kwaliteit van de infrastructuur op het vlak van veiligheid, beveiliging, efficiëntie, klimaat en, in voorkomend geval, herstelcapaciteit na rampen, milieuprestatie, sociale omstandigheden, toegankelijkheid voor alle gebruikers, met inbegrip van ouderen, personen met beperkte mobiliteit en personen met een handicap, en kwaliteit van de diensten en continuïteit van de verkeersstromen te verbeteren of in stand te houden;

 

f)

telematicatoepassingen te implementeren en in te voeren en innoverende technologische ontwikkeling te bevorderen.

 

a)

brandstofzekerheid te bewerkstelligen door middel van meer energie-efficiëntie en door het gebruik van alternatieve energiebronnen en in het bijzonder CO2-arme of CO2-vrije energiebronnen en aandrijfsystemen te bevorderen;

 

b)

de blootstelling van stedelijke gebieden aan de negatieve effecten van doorgaand spoor- en wegvervoer te beperken;

 

c)

administratieve en technische belemmeringen weg te nemen, met name voor de interoperabiliteit van het trans-Europees vervoersnet en voor mededinging;

AFDELING 1

Spoorweginfrastructuur

Artikel 11

Infrastructuurcomponenten

 

a)

hogesnelheidslijnen en conventionele spoorlijnen, met inbegrip van:

 

i)

rangeersporen;

 

ii)

tunnels;

 

iii)

bruggen;

 

b)

goederenterminals en logistieke platforms voor de overslag van goederen tussen treinen of tussen het spoor en een andere vervoerwijze;

 

c)

stations op de in bijlage I vermelde lijnen waar passagiers van de ene trein op een andere of van spoorvervoer op een andere vervoerwijze kunnen overstappen;

 

d)

de verbindingen van stations, goederenterminals en logistieke platforms met andere vervoerswijzen in het trans-Europees vervoersnetwerk;

 

e)

bijbehorende uitrusting;

 

f)

telematicatoepassingen.

 

a)

spoorlijnen voor hogesnelheidsvervoer, met name:

 

i)

speciaal aangelegde hogesnelheidslijnen die uitgerust zijn voor snelheden van ten minste 250 km/u;

 

ii)

conventionele lijnen die speciaal aangepast zijn voor snelheden van ongeveer 200 km/u;

 

iii)

lijnen die speciaal zijn aangepast voor hoge snelheden en die een specifiek karakter hebben omdat de snelheid moet worden afgestemd op topografische belemmeringen, het reliëf of de stedelijke bebouwing. Onder deze categorie vallen de verbindingslijnen tussen hogesnelheids- en conventionele netwerken, de lijnen door stations, verbindingslijnen die toegang geven tot terminals, remises en verbindingslijnen die op conventionele snelheid worden gebruikt door „hogesnelheid” rollend materieel;

 

b)

spoorlijnen voor conventioneel vervoer.

Artikel 12

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

 

a)

wordt uitgerust met ERTMS, behalve in het geval van geïsoleerde netwerken;

 

b)

voldoet aan Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad (25) en de maatregelen ter uitvoering daarvan, zodat het uitgebreide netwerk uiteindelijk interoperabel wordt;

 

c)

voldoet aan de vereisten van de TSIs die is vastgesteld overeenkomstig artikel 6 van Richtlijn 2008/57/EG, behalve indien toegestaan op grond van de toepasselijke TSI of volgens de in artikel 9 van Richtlijn 2008/57/EG bedoelde procedure.

 

d)

behalve in het geval van geïsoleerde netwerken, volledige elektrificatie van de sporen, en voor zover noodzakelijk voor de exploitatie van elektrische treinen, rangeersporen;

 

e)

voldoet aan de vereisten van Richtlijn 2012/34/EU van het Europees Parlement en de Raad (26) wat betreft de toegang tot goederenterminals.

Artikel 13

Prioriteiten voor de ontwikkeling van spoorweginfrastructuur

Bij de ontwikkeling van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot spoorweginfrastructuur wordt, behalve aan de in artikel 10 genoemde prioriteiten, prioriteit verleend aan het volgende:

 

a)

de invoering van het ERTMS;

 

b)

de overstap naar een nominale spoorbreedte van 1 435 mm;

 

c)

de beperking van door spoorvervoer veroorzaakt geluid en trillingen, in het bijzonder met behulp van maatregelen voor het rollend materieel en voor de infrastructuur, met inbegrip van geluidswallen;

 

d)

het voldoen aan de infrastructuurvereisten en het bevorderen van interoperabiliteit;

 

e)

de verbetering van de veiligheid van spoorwegovergangen;

 

f)

in voorkomend geval, de aansluiting van de spoorinfrastructuur op de binnenhaveninfrastructuur.

AFDELING 2

Binnenvaartinfrastructuur

Artikel 14

Infrastructuurcomponenten

 

a)

rivieren;

 

b)

kanalen;

 

c)

meren;

 

d)

daaraan gerelateerde infrastructuur zoals sluizen, liften, bruggen, stuwmeren en bijbehorende hoogwatermaatregelen die de binnenvaart ten goede kunnen komen;

 

e)

de binnenhavens, met inbegrip van de nodige infrastructuur voor het vervoer binnen de haven;

 

f)

bijbehorende uitrusting;

 

g)

telematicatoepassingen, met inbegrip van RIS;

 

h)

de verbindingen tussen binnenhavens en de andere vervoerswijzen in het trans-Europees vervoersnetwerk.

Artikel 15

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

 

a)

rivieren, kanalen en meren voldoen aan de vereisten voor waterwegen van klasse IV als neergelegd in de nieuwe classificatie van de waterwegen zoals die door de Europese Conferentie van de ministers van Vervoer (ECMV) zijn ingesteld, en dat er onder de bruggen continu een vrije hoogte is, onverminderd de artikelen 35 en 36 van deze verordening.

Op verzoek van een lidstaat verleent de Commissie in terdege gemotiveerde gevallen vrijstellingen van de vereisten inzake minimumdiepgang (minder dan 2,50 m) en inzake de minimumhoogte onder bruggen (minder dan 5,25 m);

 

b)

rivieren, kanalen en meren worden dusdanig onderhouden dat een goede status van bevaarbaarheid voor de scheepvaart mogelijkblijft, onder naleving van de toepasselijke milieuwetgeving;

 

c)

rivieren, kanalen en meren worden uitgerust met RIS.

Artikel 16

Prioriteiten voor de ontwikkeling van binnenvaartinfrastructuur

Bij de ontwikkeling van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot binnenvaartinfrastructuur wordt behalve aan de in artikel 10 genoemde algemene prioriteiten aan de volgende aspecten prioriteit verleend:

 

a)

voor bestaande binnenwateren: het uitvoeren van de maatregelen die nodig zijn om deze waterwegen in overeenstemming te brengen met de normen voor binnenwateren van klasse IV;

 

b)

in voorkomend geval, het bereiken van hogere normen voor modernisering van bestaande waterwegen en voor het totstandbrengen van nieuwe waterwegen, in overeenstemming met de technische infrastructuuraspecten van de ECMV, om aan de marktbehoeften tegemoet te komen;

 

c)

telematicatoepassingen, met inbegrip van RIS;

 

d)

het aansluiten van de binnenhaveninfrastructuur op de infrastructuur voor goederenvervoer per spoor en over de weg;

 

e)

het besteden van speciale aandacht aan vrij stromende rivieren die dicht tegen hun natuurlijke positie aan liggen, waarvoor dus specifieke maatregelen kunnen gelden.

 

f)

het bevorderen van duurzame binnenvaart;

 

g)

de capaciteit van de infrastructuur die nodig is voor de modernisering en uitbreiding van het vervoer in het havengebied.

AFDELING 3

Wegeninfrastructuur

Artikel 17

Infrastructuurcomponenten

 

a)

wegen van hoge kwaliteit, met inbegrip van:

 

i)

bruggen;

 

ii)

tunnels;

 

iii)

aansluitingen;

 

iv)

kruispunten;

 

v)

knooppunten;

 

vi)

vluchtstroken.

 

b)

parkeerplaatsen en rustplaatsen;

 

c)

bijbehorende uitrusting;

 

d)

telematicatoepassingen, met inbegrip van ITS;

 

e)

goederenterminals en logistieke platforms;

 

f)

de verbindingen van de goederenterminals en logistieke platforms met de andere vervoerswijzen in het trans-Europees vervoersnetwerk;

 

g)

busstations.

 

a)

Een autosnelweg is een weg die speciaal is ontworpen en aangelegd voor verkeer met motorvoertuigen, zonder toegangen tot aanliggende percelen, en die:

 

i)

behalve op bepaalde plaatsen of bepaalde tijden, is voorzien van gescheiden rijbanen voor beide verkeersrichtingen, welke rijbanen van elkaar gescheiden zijn hetzij door een strook die niet voor het verkeer is bestemd, hetzij, bij uitzondering, op een andere wijze;

 

ii)

geen andere weg, spoorweg of trambaan, fietspad of voetpad gelijkvloers kruist; en

 

iii)

specifiek met behulp van speciale verkeerborden als autosnelweg is aangeduid.

 

b)

Een autoweg is een voor motorvoertuigen ontworpen weg die hoofdzakelijk toegankelijk is via knooppunten of door verkeerslichten geregelde kruispunten en:

 

i)

waarvan de rijbaan niet mag worden gebruikt om te stoppen of te parkeren; en

 

ii)

die geen spoorweg of trambaan gelijkvloers kruist.

 

c)

Een traditionele strategische weg is een weg die geen autoweg of autosnelweg is, maar niettemin een weg van hoge kwaliteit als bedoeld in de leden 1 en 2.

Artikel 18

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

De lidstaten zorgen ervoor dat:

 

a)

de wegen voldoen aan het bepaalde in artikel 17, lid 3, punten a), b), of c);

 

b)

de veiligheid van de infrastructuur voor wegvervoer wordt verzekerd, gecontroleerd en zo nodig verbeterd volgens de procedure die is vastgelegd in Richtlijn 2008/96/EG van het Europees Parlement en de Raad (27);

 

c)

tunnels met een lengte van meer dan 500 m voldoen aan Richtlijn 2004/54/EG van het Europees Parlement en de Raad (28);

 

d)

de interoperabiliteit van tolheffingssystemen wordt in voorkomend geval gewaarborgd overeenkomstig Richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en de Raad (29) en Beschikking 2009/750/EG van de Commissie (30);

 

e)

elk intelligent vervoersysteem dat door een overheid op infrastructuur voor het wegvervoer wordt ingezet, voldoet aan de bepalingen van Richtlijn 2010/40/EU, en wordt ingezet op een wijze die strookt met de krachtens deze richtlijn vastgestelde gedelegeerde handelingen.

Artikel 19

Prioriteiten voor de ontwikkeling van wegeninfrastructuur

Bij het bevorderen van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot wegeninfrastructuur wordt, naast de in artikel 10 genoemde algemene prioriteiten, prioriteit verleend aan:

 

a)

de verbetering en bevordering van de verkeersveiligheid;

 

b)

het gebruik van intelligente vervoerssystemen, in het bijzonder systemen voor multimodale informatie en multimodaal verkeersbeheer en geïntegreerde communicatie- en betalingssystemen;

 

c)

de invoering van nieuwe technologieën en innovatie ter bevordering van vervoer met een lage CO2-uitstoot;

 

d)

het voorzien in adequate parkeergelegenheid voor het commerciële vervoer met een adequaat veiligheids- en beveiligingsniveau.

 

e)

de beperking van verkeerscongestie op bestaande wegen;

AFDELING 4

Zeevaartinfrastructuur en snelwegen op zee

Artikel 20

Infrastructuurcomponenten

 

a)

de maritieme ruimte;

 

b)

de zeekanalen;

 

c)

de zeehavens, met inbegrip van de nodige infrastructuur voor het vervoer binnen de haven;

 

d)

de verbindingen tussen havens en de andere vervoerswijzen in het trans-Europees vervoersnetwerk

 

e)

dijken, sluizen en dokken;

 

f)

navigatiehulpmiddelen;

 

g)

toegangsvaarwegen en vaargeulen;

 

h)

golfbrekers;

 

i)

snelwegen op zee;

 

j)

bijbehorende uitrusting;

 

k)

telematicatoepassingen, met in begrip van elektronische maritieme diensten en VTMIS.

 

a)

het totale jaarlijkse passagiersverkeer vertegenwoordigt meer dan 0,1 % van het totale jaarlijkse passagiersverkeer van alle zeehavens in de Unie. Als referentie voor dit totaalvolume geldt het meest recentelijk beschikbare driejaarlijkse gemiddelde op basis van de statistieken van Eurostat;

 

b)

het totale jaarlijkse goederenvolume, voor bulkgoederen of stukgoederen, bedraagt meer dan 0,1 % van het overeenkomstige totale jaarlijkse volume dat in alle zeehavens van de Unie wordt verwerkt. Als referentie voor dit totaalvolume geldt het meest recentelijk beschikbare driejaarlijkse gemiddelde op basis van de statistieken van Eurostat;

 

c)

de zeehaven bevindt zich op een eiland en vormt het enige toegangspunt tot een NUTS 3-regio in het uitgebreide netwerk;

 

d)

de zeehaven bevindt zich in een ultraperifeer of perifeer gebied, buiten een straal van 200 km rond de dichtstbijzijnde haven van het uitgebreide netwerk.

Artikel 21

Snelwegen op zee

 

a)

zeeverbindingen tussen zeehavens van het uitgebreide netwerk of tussen een haven van het uitgebrede netwerk en een haven van een derde land, indien dergelijke verbindingen van strategisch belang zijn voor de Unie;

 

b)

havenvoorzieningen, goederenterminals, buiten het havengebied gelegen maar met het oog op het havenverkeer aangelegde logistieke platforms en vrachtdorpen, informatie- en communicatietechnologieën (ICT) zoals elektronische systemen voor logistiek beheer, veiligheid en beveiliging, en administratieve en douaneprocedures in ten minste één lidstaat;

 

c)

infrastructuur die een directe toegang biedt tot het vasteland en de zee.

 

a)

een zeeverbinding en de bijbehorende achterlandverbindingen binnen het kernnetwerk tussen twee of meer havens van het kernnetwerk; of

 

b)

een zeeverbinding en de bijbehorende achterlandverbindingen tussen een haven van het kernnetwerk en havens van het uitgebreide netwerk, met bijzondere aandacht voor de verbindingen met het achterland van de havens in het kern- en het uitgebreide netwerk.

Artikel 22

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

 

a)

zeehavens aangesloten zijn op spoorlijnen of wegen en, waar mogelijk, binnenwateren van het uitgebreide netwerk, tenzij er fysieke belemmeringen zijn die deze aansluiting beletten;

 

b)

elke zeehaven waar vrachtgoederenverkeer plaatsvindt, beschikt over ten minste één terminal die op niet-discriminerende wijze en tegen transparante tarieven toegankelijk is voor de gebruikers;

 

c)

zeekanalen, vaargeulen en riviermonden twee zeeën met elkaar verbinden of van op zee toegang bieden tot zeehavens en ten minste voldoen aan de eisen van binnenwateren van klasse VI.

Artikel 23

Prioriteiten voor de ontwikkeling van zeevaartinfrastructuur

Bij de ontwikkeling van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot zeevaartinfrastructuur wordt behalve aan de in artikel 10 genoemde prioriteiten aan de volgende aspecten prioriteit verleend:

 

a)

het bevorderen van snelwegen op zee met inbegrip van de kustvaart, het faciliteren van de ontwikkeling van achterlandverbindingen en het ontwikkelen van, in het bijzonder, maatregelen om de milieuprestaties van de zeevaart te verbeteren, conform het toepasselijke Unierecht of de ter zake geldende internationale overeenkomsten;

 

b)

de onderlinge verbinding tussen zeehavens en binnenwateren;

 

c)

de toepassing van VTMIS en elektronische maritieme diensten.

 

d)

de invoering van nieuwe technologieën en innovatie ter bevordering van alternatieve brandstoffen en energie-efficiënte scheepvaart, met inbegrip van LNG.

 

e)

de modernisering en uitbreiding van de capaciteit van de infrastructuur die nodig is voor het vervoer in het havengebied.

AFDELING 5

Luchtvaartinfrastructuur

Artikel 24

Infrastructuurcomponenten

 

a)

het luchtruim, de vliegroutes en de luchtcorridors;

 

b)

luchthavens;

 

c)

de verbindingen tussen luchthavens en de andere vervoerswijzen in het trans-Europees vervoersnetwerk;

 

d)

bijbehorende uitrusting;

 

e)

luchtnavigatiesystemen, met inbegrip van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR).

 

a)

met betrekking tot luchthavens voor reizigersvervoer: het totale jaarlijkse reizigersverkeer vertegenwoordigt ten minste 0,1 % van het totale aantal passagiers van alle luchthavens in de Unie, tenzij de luchthaven meer dan 100 km verwijderd ligt van de dichtstbijzijnde luchthaven van het uitgebreide netwerk, of meer dan 200 km als de betrokken regio over een hogesnelheidslijn beschikt;

 

b)

met betrekking tot goederenluchthavens bedraagt het totale jaarlijkse goederenvolume ten minste 0,2 % van het totale jaarlijkse goederenvolume van alle luchthavens in de Unie.

Het totale aantal passagiers en het totale jaarlijkse goederenvolume worden bepaald op basis van het meest recentelijk beschikbare driejaarlijkse gemiddelde, gepubliceerd door Eurostat.

Artikel 25

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

Artikel 26

Prioriteiten voor de ontwikkeling van luchtvaartinfrastructuur

Bij de ontwikkeling van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot luchtvaartinfrastructuur wordt, naast de in artikel 10 genoemde prioriteiten, aan de volgende aspecten prioriteit verleend:

 

a)

de uitbreiding van de luchthavencapaciteit;

 

b)

de ondersteuning van de implementatie van het gemeenschappelijk Europees luchtruim alsook van luchtverkeersbeveiligingssystemen, in het bijzonder systemen op basis van Sesar;

 

c)

de verbetering van de multimodale verbindingen tussen de luchthavens en de infrastructuur voor andere vervoerswijzen;

 

d)

de verbetering van duurzaamheid en de beperking van de milieueffecten van de luchtvaart.

AFDELING 6

Infrastructuur voor multimodaal vervoer

Artikel 27

Infrastructuurcomponenten

Goederenterminals en logistieke platforms voldoen aan ten minste een van de volgende criteria:

 

a)

hun jaarlijkse overslag van goederen overschrijdt voor stukgoederen 800 000 ton, en voor bulkgoederen 0,1 % van het overeenkomstige totale jaarlijkse goederenvolume dat in alle zeehavens van de Unie wordt verwerkt;

 

b)

voor een NUTS 2-regio waarin er geen goederenterminals of logistieke platforms zijn die aan punt a) voldoen, is de betreffende goederenterminal of het betreffende logistieke platform door de betrokken lidstaat aangewezen als belangrijkste goederenterminal of belangrijkste logistieke platform en ten minste aangesloten op het wegen- en spoorwegnet van die NUTS 2-regio, of alleen op het wegennet indien de lidstaat geen spoorwegsysteem heeft.

Artikel 28

Vereisten voor de vervoersinfrastructuur

 

a)

de vervoerswijzen op een van de volgende plaatsen met elkaar worden verbonden: goederenterminals, passagiersstations, binnenhavens, luchthavens en zeehavens, om multimodaal passagiers- en goederenvervoer mogelijk te maken;

 

b)

onverminderd het toepasselijke Unierecht en nationale recht, goederenterminals en logistieke platforms, binnen- en zeehavens, alsook luchthavens voor goederenvervoer, zo zijn toegerust dat zij informatiestromen binnen de infrastructuur zelf en tussen de verschillende vervoerswijzen in de logistieke keten kunnen verwerken. Dergelijke systemen moeten in het bijzonder geschikt zijn voor realtime-informatie over de beschikbare infrastructuurcapaciteit, verkeersstromen, plaatsbepaling en tracering. Bovendien moeten ze de veiligheid en beveiliging op het gehele multimodale traject verzekeren;

 

c)

onverminderd het toepasselijke Unierecht en het nationale recht, de continuïteit van het personenverkeer op het gehele uitgebreide netwerk wordt bevorderd door een passende uitrusting en de beschikbaarheid van telematicatoepassingen in treinstations, busstations, luchthavens en indien nuttig in zee- en binnenhavens.

Artikel 29

Prioriteiten voor de ontwikkeling van multimodale vervoersinfrastructuur

Bij het bevorderen van projecten van gemeenschappelijk belang met betrekking tot multimodale vervoersinfrastructuur wordt behalve aan de in artikel 10 genoemde prioriteiten prioriteit verleend aan:

 

a)

het creëren van een effectieve onderlinge verbinding en integratie van de infrastructuur van het uitgebreide netwerk, o.a. door toegangsinfrastructuur, waar nodig, en door goederenterminals en logistieke platforms;

 

b)

het wegwerken van de voornaamste technische en administratieve belemmeringen voor multimodaal vervoer;

 

c)

de ontwikkeling van een vlotte informatiestroom tussen de vervoerswijzen en het mogelijk maken van multimodale dienstverlening en dienstverlening via een enkele vervoerswijze die moet worden aangeboden op het gehele trans-Europese vervoerssysteem.

AFDELING 7

Gemeenschappelijke bepalingen

Artikel 30

Stedelijke knooppunten

Waar mogelijk streven de lidstaten er naar om bij de ontwikkeling van stedelijke knooppunten op het uitgebreide netwerk te zorgen voor:

 

a)

met betrekking tot personenvervoer: een onderlinge verbinding tussen de spoorwegen-, de wegen- en de luchtvaartinfrastructuur en, in voorkomend geval, de binnenvaart- en de zeevaartinfrastructuur van het uitgebreide netwerk;

 

b)

met betrekking tot goederenvervoer: een onderlinge verbinding tussen de spoorwegen-, de wegen- en de luchtvaartinfrastructuur en, in voorkomend geval, de binnenvaart- en de zeevaartinfrastructuur van het uitgebreide netwerk;

 

c)

een passende verbinding tussen verschillende spoorwegstations, havens of luchthavens van het uitgebreide netwerk binnen een stedelijk knooppunt;

 

d)

een vlotte verbinding tussen de infrastructuur van het uitgebreide netwerk en de infrastructuur voor regionaal en lokaal verkeer en stedelijk goederenvervoer, met inbegrip van logistieke consolidatie- en distributiecentra;

 

e)

het beperken van de blootstelling van stedelijke gebieden aan de negatieve effecten van doorgaand spoor- en wegvervoer, in voorkomend geval door omleidingstrajecten rond stedelijke gebieden;

 

f)

het bevorderen van efficiënt stedelijk goederenvervoer met een laag geluidsniveau en een geringe koolstofuitstoot.

Artikel 31

Telematicatoepassingen

 

met betrekking tot het spoorvervoer: het ERTMS;

 

met betrekking tot de binnenvaart: RIS;

 

met betrekking tot het wegvervoer: intelligente vervoerssystemen;

 

met betrekking tot de zeevaart: VTMIS en elektronische maritieme diensten, met inbegrip van maritieme diensten via één elektronisch platform zoals het geïntegreerde elektronisch platform voor maritieme diensten, havencommunicatiesystemen en relevante douane-informatiesystemen;

 

met betrekking tot de luchtvaart: luchtverkeersbeveiligingssystemen, in het bijzonder de systemen die uit Sesar voortkomen.

Artikel 32

Duurzame goederenvervoersdiensten

De lidstaten besteden bijzondere aandacht aan projecten van gemeenschappelijk belang die zowel efficiënte goederenvervoersdiensten opleveren waarvoor de infrastructuur van het uitgebreide netwerk wordt gebruikt, als bijdragen aan terugdringing van de CO2-uitstoot en andere negatieve milieueffecten en die ten doel hebben:

 

a)

het duurzaam gebruik van de vervoersinfrastructuur te verbeteren, onder meer dankzij een efficiënt beheer;

 

b)

de invoering van innovatieve vervoersdiensten te bevorderen, onder meer met snelwegen op zee en telematicatoepassingen en door ontwikkeling van de aanvullende infrastructuur die nodig is om voornamelijk de milieudoelen en de veiligheidsgerelateerde doelen van die diensten te verwezenlijken, alsook door de desbetreffende bestuursstructuren op te zetten;

 

c)

multimodale vervoersdiensten met inbegrip van de noodzakelijke flankerende informatiestromen te faciliteren en de samenwerking tussen vervoerders te verbeteren;

 

d)

een efficiënt gebruik van hulpbronnen en een lage CO2-uitstoot aan te moedigen, in het bijzonder op het vlak van tractie, drijfkracht/stoomkracht, planning van systemen en operaties;

 

e)

informatie over kenmerken en prestaties van het voertuigenpark, administratieve vereisten en menselijke middelen te analyseren en te verstrekken.

 

f)

de verbindingen met de meest kwetsbare en geïsoleerde gebieden van de Unie, met name de ultraperifere, insulaire, afgelegen en bergachtige regio's, te verbeteren.

Artikel 33

Nieuwe technologieën en innovatie

Teneinde ervoor te zorgen dat het uitgebreide netwerk gelijke tred houdt met innoverende technologische ontwikkelingen en de introductie daarvan, wordt er in het bijzonder naar gestreefd:

 

a)

het volledig koolstofvrij maken van het vervoer te ondersteunen en te bevorderen door op innovatieve en duurzame vervoerstechnologieën over te schakelen;

 

b)

het koolstrofvrij maken van alle vervoerswijzen mogelijk te maken door energie-efficiëntie te stimuleren, door alternatieve aandrijfsystemen, waaronder elektriciteitsvoorzieningssystemen, in te voeren en in de overeenkomstige infrastructuur te voorzien. Dergelijke infrastructuur kan bestaan in elektriciteitsnetten en andere noodzakelijke uitrusting voor de energievoorziening, en kan rekening worden gehouden met de infrastructuur-voertuiginterface en kan telematicatoepassingen omvatten;

 

c)

het goederenvervoer en het personenverkeer veiliger en duurzamer te maken;

 

d)

de exploitatie, het beheer, de toegankelijkheid, interoperabiliteit, multimodaliteit en efficiëntie van het netwerk te verbeteren, onder meer door multimodale vervoerbewijzen en de coördinatie van de reistijdregelingen;

 

e)

efficiënte manieren te bevorderen voor een toegankelijke en begrijpelijke informatieverstrekking aan alle burgers betreffende verbindingen, interoperabiliteit en multimodaliteit;

 

f)

maatregelen te bevorderen ter beperking van externe kosten, zoals congestie, schade aan de gezondheid en alle soorten van verontreiniging, met inbegrip van geluidshinder en emissies;

 

g)

beveiligingstechnologieën en compatibele identificatienormen op de netwerken in te voeren;

 

h)

de veerkracht ten aanzien van klimaatverandering te vergroten;

 

i)

de ontwikkeling en invoering van telematicatoepassingen binnen en tussen vervoerswijzen voort te zetten.

Artikel 34

Veilige en betrouwbare infrastructuur

De lidstaten streven ernaar dat de vervoersinfrastructuur veilig en betrouwbaar verkeer van personen en goederen garandeert.

Artikel 35

Infrastructuur bestand tegen klimaatverandering en tegen milieurampen

Bij de planning besteden de lidstaten voldoende aandacht aan het vergroten van de veerkracht ten aanzien van klimaatverandering en milieurampen.

Artikel 36

Milieubescherming

Plannen en projecten worden onderworpen aan milieueffectbeoordeling overeenkomstig de milieuwetgeving van de Unie, met inbegrip van de Richtlijnen 92/43/EEG, 2000/60/EG, 2001/42/EG, 2009/147/EG en 2011/92/EU.

Artikel 37

Toegankelijkheid voor alle gebruikers

De vervoersinfrastructuur maakt een vlotte mobiliteit en de toegankelijkheid mogelijk voor alle gebruikers, in het bijzonder ouderen, personen met beperkte mobiliteit en personen met een handicap.

Bij het ontwerpen en aanleggen van de vervoersinfrastructuur worden de toepasselijke voorschriften als neergelegd in het Unierecht nageleefd.

HOOFDSTUK III

HET KERNNETWERK

Artikel 38

Afbakening van het kernnetwerk

De totstandbrenging van het kernnetwerk wordt overeenkomstig artikel 54 uiterlijk 31 december 2023 door de Commissie geëvalueerd.

Artikel 39

Infrastructuureisen

 

a)

met betrekking tot spoorwegeninfrastructuur:

 

i)

volledige elektrificatie van de sporen en, voor zover noodzakelijk voor de exploitatie van elektrische treinen, de rangeersporen;

 

ii)

goederenspoorlijnen van het kernnetwerk als vermeld in bijlage I: een minimale aslast van 22,5 t, een lijnsnelheid van 100 km/u, en de mogelijkheid treinen met een lengte van 740 m te laten rijden;

 

iii)

volledige implementatie van het ERTMS;

 

iv)

nominale spoorbreedte voor nieuwe spoorlijnen: 1 435 mm, behalve in het geval van een nieuwe lijn die een uitbreiding is van een netwerk waarvan de spoorbreedte afwijkt van en los staat van het hoofdspoornet in de Unie.

Geïsoleerde netwerken genieten vrijstelling van de in de punten i), ii) en iii) bedoelde eisen;

 

b)

met betrekking tot binnenvaart- en zeevaartinfrastructuur:

 

beschikbaarheid van alternatieve schone brandstoffen;

 

c)

met betrekking tot wegeninfrastructuur:

 

de eisen die voortvloeien uit artikel 17, lid 3, punt a) of punt b);

 

de aanleg van rustplaatsen langs autosnelwegen op ongeveer 100 km afstand van elkaar, in overeenstemming met de behoeften van de samenleving, van de markt en van het milieu, teneinde onder meer te voorzien in adequate parkeergelegenheid voor het commerciële vervoer, met een adequaat veiligheids- en beveiligingsniveau;

 

beschikbaarheid van alternatieve schone brandstoffen;

 

d)

met betrekking tot luchtvaartinfrastructuur:

 

de mogelijkheid om alternatieve schone brandstoffen ter beschikking te stellen.

Op verzoek van een lidstaat kan de Commissie met betrekking tot spoorwegeninfrastructuur in terdege gemotiveerde gevallen vrijstellingen van het bepaalde in artikel 17, lid 3, punt a) of punt b), verlenen op voorwaarde dat een adequaat veiligheidsniveau gewaarborgd is.

De in dit lid bedoelde terdege gemotiveerde gevallen omvatten de gevallen waarin de investeringen in infrastructuur vanuit een sociaal-economisch kosten/batenoogpunt niet te rechtvaardigen zijn.

Artikel 40

Ontwikkeling van het kernnetwerk

De vervoersinfrastructuur van het kernnetwerk wordt ontwikkeld overeenkomstig de toepasselijke bepalingen van hoofdstuk II.

Artikel 41

Knooppunten van het kernnetwerk

 

a)

stedelijke knooppunten, met inbegrip van hun havens en luchthavens;

 

b)

zeehavens en binnenhavens; grensovergangen naar buurlanden;

 

c)

grensovergangen naar buurlanden;

 

d)

overslagterminals voor weg- en spoorvervoer;

 

e)

luchthavens voor passagiers- en goederenvervoer.

HOOFDSTUK IV

TOTSTANDBRENGING VAN HET KERNNETWERK AAN DE HAND VAN KERNNETWERKCORRIDORS

Artikel 42

Kernnetwerkcorridors

 

a)

intermodale integratie,

 

b)

interoperabiliteit, en

 

c)

een gecoördineerde infrastructuurontwikkeling, in het bijzonder bij grensoverschrijdende trajecten en knelpunten.

Artikel 43

Definitie van kernnetwerkcorridors

Artikel 44

Lijst van kernnetwerkcorridors

Artikel 45

Coördinatie van kernnetwerkcorridors

 

a)

het ondersteunen van de gecoördineerde realisatie van de desbetreffende kernnetwerkcorridor, en in het bijzonder de tijdige uitvoering van het werkplan voor die kernnetwerkcorridor;

 

b)

in samenwerking met de lidstaten het werkplan voor de corridor opstellen en de uitvoering ervan monitoren;

 

c)

overleg plegen met het corridorforum over het werkplan en de uitvoering ervan;

 

d)

verslag uitbrengen aan de lidstaten, de Commissie en alle andere entiteiten die rechtstreeks bij de ontwikkeling van de kernnetwerkcorridor betrokken zijn, over eventuele moeilijkheden en in het bijzonder wanneer de ontwikkeling van een corridor wordt belemmerd, met als doel bij te dragen aan het vinden van passende oplossingen;

 

e)

jaarlijks een verslag opstellen ten behoeve van het Europees Parlement, de Raad, de Commissie en de betrokken lidstaten over de voortgang bij de realisatie van de kernnetwerkcorridor;

 

f)

onderzoek verrichten inzake de vraag naar vervoersdiensten, de mogelijkheden om investeringen te subsidiëren of te financieren, de stappen die moeten worden genomen en de voorwaarden die moeten worden vervuld om de toegang tot die subsidiëring of financiering te vereenvoudigen, en passende aanbevelingen doen.

Artikel 46

Bestuur van de kernnetwerkcorridors

 

a)

intermodale integratie,

 

b)

interoperabiliteit,

 

c)

de gecoördineerde infrastructuurontwikkeling op grensoverschrijdende trajecten.

Artikel 47

Werkplan

werkplan omvat in het bijzonder een beschrijving van de kenmerken, de grensoverschrijdende trajecten en de doelstellingen van de kernnetwerkcorridor, uitgaande van de in artikel 4 bepaalde doelstellingen en de in artikel 10 genoemde prioriteiten. Het werkplan omvat een analyse van:

 

a)

de invoering van interoperabele verkeersbeheersystemen;

 

b)

een plan om de fysieke, technische, operationele en administratieve belemmeringen tussen en binnen vervoerswijzen weg te nemen en een efficiënt multimodaal vervoer en efficiënte multimodale diensten te bevorderen;

 

c)

in voorkomend geval, de maatregelen ter verbetering van de administratieve en technische capaciteit om projecten van gemeenschappelijk belang te ontwikkelen, te plannen, te ontwerpen, aan te besteden, uit te voeren en te controleren;

 

d)

de mogelijke effecten van de klimaatverandering op de infrastructuur en, in voorkomend geval, de voorgestelde maatregelen om de weerstand ten aanzien van klimaatverandering te vergroten;

 

e)

de maatregelen die moeten worden genomen om de uitstoot van broeikasgassen, geluidshinder en, in voorkomend geval, andere negatieve milieugevolgen te verminderen;

Het werkplan bevat nadere bijzonderheden over de openbare raadplegingen die de ontwikkeling en uitvoering van het werkplan voor de corridor ondersteunen.

Het werkplan omvat tevens een analyse van de vereiste investeringen, met inbegrip van:

 

de lijst van projecten voor de uitbreiding, vernieuwing of aanpassing van de in artikel 2, lid 2, bedoelde vervoersinfrastructuur voor elk van de vervoerswijzen op de kernnetwerkcorridor;

 

de verschillende bronnen voor subsidiëring en financiering die in partnerschap met de betrokken lidstaten op internationaal, nationaal, regionaal, lokaal en Unieniveau worden overwogen, waar mogelijk met inbegrip van geoormerkte kruisfinanciering, alsook privékapitaal, onder vermelding van het bedrag aan reeds aangegane betalingsverplichtingen en, indien van toepassing, een verwijzing naar de bijdrage van de Unie zoals voorzien in de financieringsprogramma's van de Unie.

De door de Commissie vastgestelde uitvoeringshandelingen worden met instemming van de betrokken lidstaten aangepast teneinde rekening te houden met gemaakte vorderingen, opgelopen vertragingen of geactualiseerde nationale programma's.

Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 52, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

 

a)

de investeringsplanning, de daaraan gerelateerde kosten en de tijdlijn voor de uitvoering daarvan zoals die noodzakelijk wordt geacht voor het tot stand brengen van de kernnetwerkcorridors;

 

b)

het omschrijven van de maatregelen om de invoering van nieuwe technologieën voor verkeers- en capaciteitsbeheer te bevorderen en, in voorkomend geval, de externe kosten te beperken, in het bijzonder voor de uitstoot van broeikasgassen en geluidshinder.

Artikel 48

Samenwerking inzake corridors voor goederenvervoer per spoor

HOOFDSTUK V

GEMEENSCHAPPELIJKE BEPALINGEN

Artikel 49

Bijwerken en rapporteren

De Commissie zorgt ervoor dat TENtec openbaar en gemakkelijk toegankelijk is en dat het projectspecifieke en actuele informatie bevat over de vormen en bedragen van medefinanciering door de Unie, alsook over de voortgang van elk project.

De Commissie zorgt ervoor dat TENtec geen informatie openbaar maakt die van commercieel vertrouwelijke aard is of die een in een lidstaat lopende procedure voor overheidsopdrachten nadelig of onrechtmatig zou kunnen beïnvloeden.

De Commissie stelt informatie beschikbaar betreffende de krachtens ander Unierecht verstrekte financiële bijstand, zoals bijstand uit het Cohesiefonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en Horizon 2020, en bijstand in de vorm van leningen en financieringsinstrumenten van de Europese Investeringsbank.

In het rapport wordt voorts de ontwikkeling van het trans-Europees vervoersnetwerk geanalyseerd. Ook bevat het rapport informatie over de door de Commissie verrichte coördinatie van alle vormen van financiële bijstand met het oog op een coherente toepassing van de -richtsnoeren overeenkomstig de doelstellingen en prioriteiten van het netwerk.

 

a)

voegt zij de logistieke platforms, goederenterminals, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer, binnenhavens, zeehavens en luchthavens waarvan is aangetoond dat het meest recente tweejaarlijkse gemiddelde van hun verkeersvolume de betreffende drempel overschrijdt, aan het uitgebreide netwerk toe;

 

b)

schrapt zij de logistieke platforms, goederenterminals, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer, binnenhavens, zeehavens en luchthavens waarvan is aangetoond dat het gemiddelde van hun verkeersvolume voor de voorbije zes jaar onder de relevante drempel ligt, uit het uitgebreide netwerk;

 

c)

past zij de kaarten met de wegeninfrastructuur, spoorwegeninfrastructuur en de binnenvaartinfrastructuur aan, in een zeer beperkte mate zodanig dat het de voortgang inzake de voltooiing van het netwerk weergeeft. Bij de aanpassing van de kaarten brengt de Commissie geen tracéwijzigingen aan die verder gaan dan hetgeen volgens de vergunningsprocedure voor het project is toegestaan.

De in de punten a) en b) bedoelde wijzigingen worden gebaseerd op de jongste beschikbare statistieken van Eurostat of, indien deze statistieken niet beschikbaar zijn, van de nationale bureaus voor de statistiek van de lidstaten. De in punt c), bedoelde wijzigingen worden gebaseerd op door de betrokken lidstaat overeenkomstig lid 1 verstrekte informatie.

Projecten van gemeenschappelijk belang die recentelijk uit het trans-Europees netwerk zijn geschrapt, komen niet meer in aanmerking vanaf de datum van inwerkingtreding van de overeenkomstig lid 4 van dit artikel vastgestelde gedelegeerde handelingen. Dat infrastructuur niet langer subsidiabel is, laat vóór die datum door de Commissie genomen beslissingen over financiering en subsidies onverlet.

Artikel 50

Betrokkenheid van publieke en private partijen

 

a)

het verbeteren van regionale mobiliteit en daardoor het bevorderen van de toegankelijkheid van het Trans-Europees vervoersnetwerk voor alle regio's van de Unie;

 

b)

het bevorderen van grensoverschrijdende projecten;

 

c)

het opnemen van stedelijke knooppunten in het Trans-Europees vervoersnetwerk (met inbegrip van het bevorderen van duurzame stedelijke mobiliteit)

 

d)

het bevorderen van duurzame vervoersoplossingen, zoals betere bereikbaarheid met het openbaar vervoer, telematicatoepassingen, intermodale terminals / multimodale vervoersketens, CO2-arme en andere innoverende vervoersoplossingen en verbeteringen op milieugebied;

 

e)

het verbeteren van de samenwerking tussen de verschillende partijen.

Artikel 51

Beginselen te hanteren bij de beoordelen van de sociaaleconomische kosten-batenanalyseen van de Europese meerwaarde

Op basis van de in artikel 4 genoemde doelstellingen maakt de Commissie de beginselen openbaar die zij hanteert bij de sociaaleconomische kosten-batenanalyse en de beoordeling van de Europese meerwaarde met betrekking tot de projecten van gemeenschappelijk belang waarvoor financiering van de Unie wordt gezocht.

Artikel 52

Comitéprocedure

Artikel 53

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

Artikel 54

Evaluatie

 

a)

de naleving van de bepalingen van deze verordening;

 

b)

de vooruitgang die bij de uitvoering van deze verordening is geboekt;

 

c)

de veranderingen in de passagiers- en goederenvervoersstromen;

 

d)

de ontwikkelingen op het vlak van de investeringen in nationale vervoersinfrastructuur;

 

e)

de behoefte aan wijzigingen in deze verordening.

Bij de evaluatie wordt, onder meer, ook aandacht geschonken aan de invloed van veranderende verkeerspatronen en van relevante ontwikkelingen in de plannen voor infrastructuurinvesteringen.

In aanvulling op deze evaluatie beoordeelt de Commissie in samenwerking met de lidstaten of er nieuwe trajecten, zoals bepaalde grensoverschrijdende projecten die in Besluit nr. 661/2010/EU als prioritair waren aangemerkt, in het kernnetwerk moeten worden opgenomen. De Commissie dient daartoe zo nodig een wetgevingsvoorstel in.

De Commissie kan tevens voor dat voorstel de in artikel 9, lid 2, bedoelde voltooiingsdatum van het uitgebreide netwerk vastleggen.

Artikel 55

Eén enkele contactautoriteit

De lidstaten kunnen één enkele contactautoriteit aanwijzen met als taak het afhandelen en coördineren van het vergunningsproces voor projecten van gemeenschappelijk belang, in het bijzonder grensoverschrijdende projecten, in overeenstemming met het toepasselijke Unierecht.

Artikel 56

Vertraging bij de voltooiing van het kernnetwerk

Indien de aanvang of de voltooiing van de werkzaamheden aan het kernnetwerk aanzienlijke vertraging oploopt, kan de Commissie de betrokken lidstaten verzoeken haar de redenen voor deze vertraging mee te delen. De lidstaten reageren binnen drie maanden op dat verzoek. Op basis van hun antwoord raadpleegt de Commissie de betrokken lidstaten om de oorzaak van de vertraging weg te nemen.

Artikel 57

Vrijstellingen

De bepalingen met betrekking tot het spoorvervoer, en in het bijzonder het vereiste om luchthavens en havens te verbinden met het spoor, zijn niet van toepassing op Cyprus en Malta zolang deze lidstaten niet over een spoorwegnet op hun grondgebied beschikken.

Artikel 58

Overgangsbepalingen

Artikel 59

Intrekking

Onverminderd artikel 58 van deze verordening en artikel 7, lid 2, onder d), van Verordening (EU) nr. 1316/2013, wordt Besluit nr. 661/2010/EU ingetrokken.

Artikel 60

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 11 december 2013.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

Voor de Raad

De voorzitter



BIJLAGE I

KAARTEN VAN HET UITGEBREIDE NETWERK EN VAN HET KERNNETWERK

Legenda

 

Kernnetwerk

Uitgebreid netwerk

 
   

Waterweg voor binnenvaart/ Voltooid

Image

 

Waterweg voor binnenvaart/ Te verbeteren

Image

 

Waterweg voor binnenvaart/ Gepland

Image

Image

Conventioneel spoor/ Voltooid

Image

Image

Conventioneel spoor/ Te verbeteren

Image

Image

Conventioneel spoor/ Gepland

Image

Image

Hogesnelheidsspoor/ Voltooid

Image

Image

Hogesnelheidsspoor/Te verbeteren

Image

Image

Hogesnelheidsspoor / Gepland

Image

Image

Weg/ Voltooid

Image

Image

Weg/ Te verbeteren

Image

Image

Weg/ Gepland

Image

Image

Haven, met in voorkomend geval een overslagterminal voor weg- en spoorvervoer

Image

Image

Overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

Image

Luchthavens

 

Image

Kaartenoverzicht voor EU-lidstaten

Image

 

Image

0.1.

Kernnetwerk:

Binnenwateren en binnenhavens

Lidstaten van de Unie

UE

Image

Image

 

Image

0.2.

Kernnetwerk:

Spoorvervoer (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Lidstaten van de Unie

UE

Image

Image

 

Image

0.3.

Kernnetwerk:

Spoorvervoer (personenvervoer) en luchthavens

Lidstaten van de Unie

UE

Image

Image

 

Image

0.4.

Kernnetwerk:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Lidstaten van de Unie

UE

Image

Image

 

Image

1.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

1

Image

Image

 

Image

1.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

1

Image

Image

 

Image

1.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

1

Image

Image

 

Image

1.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

1

Image

Image

 

Image

2.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

2

Image

Image

 

Image

2.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

2

Image

Image

 

Image

2.3.

Uitgebreid netwerken: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

2

Image

Image

 

Image

2.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

2

Image

Image

 

Image

3.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

3

Image

Image

 

Image

3.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

3

Image

Image

 

Image

3.3.

Uitgebreid netwerken: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

3

Image

Image

 

Image

3.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

3

Image

Image

 

Image

4.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

4

Image

Image

 

Image

4.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

4

Image

Image

 

Image

4.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

4

Image

Image

 

Image

4.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

4

Image

Image

 

Image

5.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

5

Image

Image

 

Image

5.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

5

Image

Image

 

Image

5.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

5

Image

Image

 

Image

5.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

5

Image

Image

 

Image

6.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

6

Image

Image

 

Image

6.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

6

Image

Image

 

Image

6.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

6

Image

Image

 

Image

6.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

6

Image

Image

 

Image

7.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

7

Image

Image

 

Image

7.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

7

Image

Image

 

Image

7.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

7

Image

Image

 

Image

7.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

7

Image

Image

 

Image

8.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

8

Image

Image

 

Image

8.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

8

Image

Image

 

Image

8.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

8

Image

Image

 

Image

8.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

8

Image

Image

 

Image

9.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

9

Image

Image

 

Image

9.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

9

Image

Image

 

Image

9.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

9

Image

Image

 

Image

9.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

9

Image

Image

 

Image

10.1.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Binnenwateren en binnenhavens

Image

10

Image

Image

 

Image

10.2.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Image

10

Image

Image

 

Image

10.3.

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Image

10

Image

Image

 

Image

10.4.

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Image

10

Image

Image


BIJLAGE II

LIJST VAN KNOOPPUNTEN VAN HET KERNNETWERK EN UITGEBREIDE NETWERKEN

 
 

BELGIË

 
 

Antwerpen

 
 

Bruxelles/Brussel

 
 

BULGARIJE

Sofia

 
 

TSJECHIË

 
 

Ostrava

 
 

Praha

 
 

DENEMARKEN

 
 

Aarhus

 
 

København

 
 

DUITSLAND

 
 

Berlin

 
 

Bielefeld

 
 

Bremen

 
 

Düsseldorf

 
 

Frankfurt am Main

 
 

Hamburg

 
 

Hannover

 
 

Köln

 
 

Leipzig

 
 

Mannheim

 
 

München

 
 

Nürnberg

 
 

Stuttgart

 
 

ESTLAND

Tallinn

 
 

IERLAND

 
 

Baile Átha Cliath/Dublin

 
 

Corcaigh/Cork

 
 

GRIEKENLAND

 
 

Athína

 
 

Heraklion

 
 

Thessaloniki

 
 

SPANJE

 
 

Barcelona

 
 

Bilbao

 
 

Las Palmas de Gran Canaria/Santa Cruz de Tenerife

 
 

Madrid

 
 

Palma de Mallorca

 
 

Sevilla

 
 

Valencia

 
 

FRANKRIJK

 
 

Bordeaux

 
 

Lille

 
 

Lyon

 
 

Marseille

 
 

Nice

 
 

Paris

 
 

Strasbourg

 
 

Toulouse

 
 

KROATIË

Zagreb

 
 

ITALIË

 
 

Bologna

 
 

Cagliari

 
 

Genova

 
 

Milano

 
 

Napoli

 
 

Palermo

 
 

Roma

 
 

Torino

 
 

Venezia

 
 

CYPRUS

Lefkosía

 
 

LETLAND

Rīga

 
 

LITOUWEN

Vilnius

 
 

LUXEMBURG

Luxembourg

 
 

HUNGARIJE

Budapest

 
 

MALTA

Valletta

 
 

NEDERLAND

 
 

Amsterdam

 
 

Rotterdam

 
 

OOSTENRIJK

Wien

 
 

POLEN

 
 

Gdańsk

 
 

Katowice

 
 

Kraków

 
 

Łódź

 
 

Poznań

 
 

Szczecin

 
 

Warszawa

 
 

Wrocław

 
 

PORTUGAL

 
 

Lisboa

 
 

Porto

 
 

ROMENIË

 
 

București

 
 

Timișoara

 
 

SLOVENIË

Ljubljana

 
 

SLOWAKIJE

Bratislava

 
 

FINLAND

 
 

Helsinki

 
 

Turku

 
 

ZWEDEN

 
 

Göteborg

 
 

Malmö

 
 

Stockholm

 
 

VERENIGD KONINKRIJK

 
 

Birmingham

 
 

Bristol

 
 

Edinburgh

 
 

Glasgow

 
 

Leeds

 
 

London

 
 

Manchester

 
 

Portsmouth

 
 

Sheffield

Luchthavens met een * zijn de belangrijkste luchthavens waarvoor de verplichting van artikel 41, lid 3 geldt

 

LS

NAAM KNOOPPUNT

LUCHTHAVEN

ZEEHAVEN

BINNENHAVEN

Overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

BE

Aalst

   

Uitgebr.

 

Albertkanaal

   

Kern

 

Antwerpen

 

Kern

Kern

Kern

Athus

     

Uitgebr.

Avelgem

   

Uitgebr.

 

Bruxelles/Brussel

Kern

(National/Nationaal)*

 

Kern

 

Charleroi

Uitgebr.

 

Uitgebr. (Can.Charleroi -Bruxelles),

Uitgebr. (Sambre)

 

Clabecq

   

Uitgebr.

 

Gent

 

Kern

Kern

 

Grimbergen

     

Uitgebr.

Kortrijk

   

Kern (Bossuit)

 

Liège

Kern

 

Kern (Can.Albert)

Kern (Meuse)

 

Mons

   

Uitgebr. (Centre/Borinage)

 

Namur

   

Kern (Meuse),

Uitgebr. (Sambre)

 

Oostende, Zeebrugge

Uitgebr. (Oostende)

Kern (Oostende)

Kern (Zeebrugge)

   

Roeselare

   

Uitgebr.

 

Tournai

   

Uitgebr. (Escaut)

 

Willebroek

   

Uitgebr.

 

BG

Burgas

Uitgebr.

Kern

   

Dragoman

     

Uitgebr.

Gorna Orjahovitsa

Uitgebr.

   

Kern

Lom

   

Uitgebr.

 

Orjahovo

   

Uitgebr.

 

Plovdiv

Uitgebr.

   

Kern

Ruse

   

Kern

Kern

Silistra

   

Uitgebr.

 

Sofia

Kern

   

Kern

Svilengrad

     

Uitgebr.

Svishtov

   

Uitgebr.

 

Varna

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Vidin

   

Kern

 

CZ

Brno

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Děčín

   

Kern

Kern

Lovosice

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Mělník

   

Kern

Kern

Ostrava

Kern

   

Kern

Pardubice

   

Kern

Kern

Plzeň

     

Kern

Praha

Kern (Václav Havel)*

 

Kern (Praha Holešovice)

Uitgebr. (Libeň)

Uitgebr. (Radotín)

Uitgebr. (Smíchov)

Kern (Praha Uhříněves)

Přerov

     

Kern

Ústí nad Labem

   

Uitgebr.

Uitgebr.

DK

Aalborg

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Aarhus

 

Kern

 

Kern

Billund

Uitgebr.

     

Branden

 

Uitgebr.

   

Ebeltoft

 

Uitgebr.

   

Esbjerg

 

Uitgebr.

   

Fredericia

 

Uitgebr.

   

Frederikshavn

 

Uitgebr.

   

Fur

 

Uitgebr.

   

Gedser

 

Uitgebr.

   

Helsingør

 

Uitgebr.

   

Hirtshals

 

Uitgebr.

   

Høje-Taastrup

     

Uitgebr.

Kalundborg

 

Uitgebr.

   

København

Kern (Kastrup)*

Kern

 

Kern

Køge

 

Uitgebr.

 

Uitgebr.

Nordby (Fanø)

 

Uitgebr.

   

Odense

 

Uitgebr.

   

Padborg

     

Uitgebr.

Rødby

 

Uitgebr.

   

Rønne

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Sjællands Odde Ferry Port

 

Uitgebr.

   

Spodsbjerg

 

Uitgebr.

   

Tårs (Nakskov)

 

Uitgebr.

   

Taulov

     

Kern

Vejle

 

Uitgebr.

   

DE

Andernach

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Aschaffenburg

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Bendorf

   

Uitgebr.

 

Bensersiel

 

Uitgebr.

   

Bergkamen

   

Uitgebr.

 

Berlin

Kern (Berlin-Brandenburg Intl.)*

 

Kern

Kern (Großbeeren)

Bonn

   

Uitgebr.

 

Bottrop

   

Uitgebr.

 

Brake

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Brandenburg

   

Uitgebr.

 

Braunschweig

   

Kern

Kern

Breisach

   

Uitgebr.

 

Bremen, Bremerhaven

Kern (Bremen)

Kern (Bremen)

Kern (Bremerhaven)

Kern (Bremen)

Kern (Bremerhaven)

Kern (Bremen)

Brunsbüttel

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Bülstringen

   

Uitgebr.

 

Cuxhaven

 

Uitgebr.

 

Uitgebr.

Dormagen

   

Uitgebr.

 

Dörpen

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Dortmund

Uitgebr.

 

Kern

Kern

Dresden

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Duisburg

   

Kern

Uitgebr. (Homberg)

Kern

Düsseldorf

Kern*

 

Kern (Neuss)

 

Emden

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Emmelsum/Wesel

   

Uitgebr.

 

Emmerich

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Erfurt

Uitgebr.

     

Essen

   

Uitgebr.

 

Estorf

   

Uitgebr.

 

Flörsheim

   

Uitgebr.

 

Frankfurt am Main

Kern*

 

Kern

Kern

Gelsenkirchen

   

Uitgebr.

 

Germersheim

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Gernsheim

   

Uitgebr.

 

Großkrotzenburg

   

Uitgebr.

 

Hahn

Uitgebr.

     

Haldensleben

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Haltern am See

   

Uitgebr.

 

Hamburg

Kern*

Kern

Kern

Kern

Hamm

   

Kern

Uitgebr. (Bönen)

Hanau

   

Uitgebr.

 

Hannover

Kern

 

Kern

Kern

Heilbronn

   

Uitgebr.

 

Helgoland

 

Uitgebr.

   

Heringsdorf

Uitgebr.

     

Herne

   

Uitgebr.

Uitgebr. (Herne-Wanne)

Hof, Plauen

Uitgebr.

     

Honau

   

Uitgebr.

 

Ibbenbüren

   

Uitgebr.

 

Karlsruhe

Uitgebr. (Karlsruhe Baden-Baden)

 

Kern

Kern

Kassel

     

Compr

Kehl

   

Uitgebr.

 

Kelheim

   

Uitgebr.

 

Kelsterbach

   

Uitgebr.

 

Kiel

 

Uitgebr.

   

Koblenz

   

Kern

Kern

Köln

Kern (Köln-Bonn)*

 

Kern

Kern

Köln -Neuessen

   

Uitgebr.

 

Krefeld-Uerdingen

   

Uitgebr.

 

Langeoog

 

Uitgebr.

   

Leipzig, Halle

Kern

   

Kern (Schkopau)

Lengfurt-Wetterau

   

Uitgebr.

 

Leverkusen

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Lingen

   

Uitgebr.

 

Lübeck

 

Kern

Kern

Kern

Lünen

   

Uitgebr.

 

Magdeburg

   

Kern

Kern

Mainz

   

Kern

Kern

Mannheim, Ludwigshafen

   

Kern

Uitgebr. (Ludwigshafen Mundenheim)

Kern

Marl

   

Uitgebr.

 

Mehrum

   

Uitgebr.

 

Memmingen

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Minden

   

Uitgebr.

Uitgebr.

München

Kern*

   

Kern (Riem)

Münster

Uitgebr.

(Münster/Osnabrück)

 

Uitgebr.

 

Norddeich

 

Uitgebr.

   

Nordenham

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Norderney

 

Uitgebr.

   

Nürnberg

Kern

 

Kern

Kern

Oldenburg

   

Uitgebr.

 

Orsoy

   

Uitgebr.

 

Osnabrück

   

Uitgebr.

 

Otterstadt

   

Uitgebr.

 

Paderborn

Uitgebr. (Paderborn Lippstadt)

     

Plochingen

   

Uitgebr.

 

Puttgarden

 

Uitgebr.

   

Rees

   

Uitgebr.

 

Regensburg

   

Kern

 

Rheinberg

   

Uitgebr.

 

Rostock

Uitgebr.

Kern

 

Kern

Saarlouis-Dillingen

   

Uitgebr.

 

Sassnitz

 

Uitgebr.

   

Schwarzheide

     

Uitgebr.

Singen

     

Uitgebr.

Speyer

   

Uitgebr.

 

Spyck

   

Uitgebr.

 

Stade-Bützfleth/Brunshausen

 

Uitgebr.

Uitgebr.

Uitgebr.

Stollhofen

   

Uitgebr.

 

Stolzenau

   

Uitgebr.

 

Straubing-Sand

   

Uitgebr.

 

Stürzelberg

   

Uitgebr.

 

Stuttgart

Kern*

 

Kern

Kern (Kornwestheim)

Trier

   

Uitgebr.

 

Ulm

     

Uitgebr. (Dornstadt)

Vahldorf

   

Uitgebr.

 

Weeze

Uitgebr.

     

Wesel

   

Uitgebr.

 

Wesseling

   

Uitgebr.

 

Westerland-Sylt

Uitgebr.

     

Wiesbaden

   

Uitgebr.

 

Wilhelmshaven

 

Kern

   

Wismar

 

Uitgebr.

   

Worms

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Wörth am Rhein

   

Uitgebr.

Uitgebr.

EE

Heltermaa

 

Uitgebr.

   

Kärdla

Uitgebr.

     

Koidula

     

Uitgebr.

Kuivastu

 

Uitgebr.

   

Kuressaare

Uitgebr.

     

Pärnu

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Paldiski South Harbor

 

Uitgebr.

   

Rohuküla

 

Uitgebr.

   

Sillamäe

 

Uitgebr.

   

Tallinn

Kern

Kern (Old City Harbour,

Muuga Harbour,

Paljassaare Harbour)

   

Tartu

Uitgebr.

     

Virtsu

 

Uitgebr.

   

IE

Carraig Fhiáin/Carrickfin

Uitgebr. (Dún na nGall/Donegal)

     

Corcaigh/Cork

Kern

Kern

   

Baile Átha Cliath/Dublin

Kern*

Kern (G.D.A. port cluster)

   

Inis Mór/Inishmore

Uitgebr.

     

Ciarraí/Kerry - An Fearann

Fuar/Farranfore

Uitgebr.

     

An Cnoc/Knock

Uitgebr. (Cúige Chonnacht/Connaught)

     

Luimneach/Limerick

Uitgebr. (Sionainn/Shannon)

Kern (Sionainn-Faing/Shannon-Foynes)

   

Ros Láir/Rosslare

 

Uitgebr. (Europort)

   

Port Láirge/Waterford

Uitgebr.

Uitgebr.

   

EL

Alexandroupolis

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Araxos

Uitgebr.

     

Astipalaia

Uitgebr.

     

Athína

Kern*

Kern (Piraeus)

 

Kern (Piraeus/Thriasso Pedio)

Chalkida

 

Uitgebr.

   

Chania

Uitgebr.

Uitgebr. (Souda)

   

Chios

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Elefsina

 

Uitgebr.

   

Heraklion

Kern

Kern

   

Igoumenitsa

 

Kern

   

Ikaria

Uitgebr.

     

Ioannina

Uitgebr.

     

Kalamata

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Kalymnos

Uitgebr.

     

Karpathos

Uitgebr.

     

Kassos

Uitgebr.

     

Kastelorizo

Uitgebr.

     

Kastoria

Uitgebr.

     

Katakolo

 

Uitgebr.

   

Kavala

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Kefalonia

Uitgebr.

     

Kerkyra

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Kithira

Uitgebr.

     

Kos

Uitgebr.

     

Kozani

     

Uitgebr.

Kyllini

 

Uitgebr.

   

Lamia

     

Uitgebr.

Lavrio (Sounio)

 

Uitgebr.

   

Leros

Uitgebr.

     

Limnos

Uitgebr.

     

Milos

Uitgebr.

     

Mykonos

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Mytilini

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Naxos

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Nea Anchialos

Uitgebr.

     

Paros

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Patras

 

Kern

 

Kern

Preveza

Uitgebr.

     

Rafina

 

Uitgebr.

   

Rodos

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Samos

Uitgebr.

     

Santorini

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Sitia

Uitgebr.

     

Skiathos

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Skiros

Uitgebr.

     

Syros

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Thessaloniki

Kern (Makedonia)

Kern

 

Kern

Volos

 

Uitgebr.

   

Zakinthos

Uitgebr.

     

ES

A Coruña

Uitgebr.

Kern

   

Alcázar de San Juán

     

Kern

Algeciras

 

Kern (Bahía de Algeciras)

   

Alicante

Kern

Uitgebr.

   

Almería

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Antequera (Bobadilla)

     

Kern

Arrecife

Uitgebr. (Lanzarote)

Uitgebr.

   

Arrubal (Logroño)

     

Uitgebr.

Avilés

Uitgebr. (Asturias)

Uitgebr.

   

Badajoz

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Barcelona

Kern*

Kern

 

Kern

Bilbao

Kern

Kern

 

Kern

Burgos

Uitgebr.

     

Cádiz

 

Uitgebr. (Bahía de Cádiz)

   

Cala Sabina (Formentera)

 

Uitgebr.

   

Carboneras

 

Uitgebr.

   

Cartagena

 

Kern

   

Castellón

 

Uitgebr.

   

Ceuta

 

Uitgebr.

   

Córdoba

     

Kern

El Hierro

Uitgebr.

Uitgebr. (La Estaca)

   

El Penedés (El Vendrell)

     

Uitgebr.

Ferrol

 

Uitgebr.

   

Figueras

     

Uitgebr. (El Far d'Emporda)

Fuerteventura

Uitgebr.

Uitgebr. (Puerto Rosario)

   

Gijón

 

Kern

   

Girona

Uitgebr.

     

Granada

Uitgebr.

     

Huelva

 

Kern

   

Huesca

     

Uitgebr. (PLHUS)

Ibiza

Uitgebr.

Uitgebr. (Eivissa)

   

Jerez

Uitgebr.

     

La Palma

Uitgebr.

Compr (Santa Cruz de La Palma)

   

Las Palmas

Kern

Kern

   

León

Uitgebr.

   

Kern

Linares

     

Uitgebr.

Madrid

Kern (Barajas)*

   

Kern (Norte y Sur)

Mahón (Menorca)

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Málaga

Kern

Uitgebr.

   

Melilla

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Monforte de Lemos (Ourense)

     

Uitgebr.

Motril

 

Uitgebr.

   

Murcia

Uitgebr. (San Javier)

   

Kern (ZAL)

Palma de Mallorca

Kern*

Kern

   

Pamplona

Uitgebr.

   

Uitgebr. (Noain)

Pasajes

 

Uitgebr.

   

Reus

Uitgebr.

     

Sagunto

 

Uitgebr.

   

Salamanca

Uitgebr.

   

Uitgebr.

San Cibrao

 

Uitgebr.

   

San Sebastián

Uitgebr.

   

Uitgebr. (Lezo)

San Sebastián de la Gomera

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Santander

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Uitgebr. (Torrelavega)

Santiago de Compostela

Uitgebr.

     

Sevilla

Kern

Kern

Kern

 

Tarragona

 

Kern

   

Tenerife

Uitgebr. (Norte: Los Rodeos)

Kern (Sur: Reina Sofía)

Kern (Santa Cruz)

   

Toledo

     

Uitgebr.

Tudela

     

Uitgebr.

Valencia

Kern

Kern

   

Valladolid

Uitgebr.

   

Kern

Vigo

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Vitoria

Uitgebr.

     

Zaragoza

Uitgebr.

   

Kern

FR

Aiton-Bourgneuf

     

Uitgebr.

Ajaccio

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Avignon

     

Kern

Bastia

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Bayonne

 

Uitgebr.

   

Beauvais

Uitgebr.

     

Biarritz

Uitgebr.

     

Bordeaux

Kern (Merignac)

Kern

 

Kern

Boulogne

 

Uitgebr.

   

Brest

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Caen

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Calais

 

Kern

 

Kern (Eurotunnel)

Cayenne

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Chalon-sur-Saône

   

Kern

 

Chalons-sur-Marne

Uitgebr. (Paris-Vatry)

     

Cherbourg

 

Uitgebr.

   

Clermont-Ferrand

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Dieppe

 

Uitgebr.

   

Dijon

     

Kern

Dunkerque

 

Kern

Kern

Kern

Fort de France

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Guadeloupe

 

Uitgebr.

   

La Rochelle

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Le Boulou

     

Uitgebr.

Le Havre

 

Kern

Kern

Kern

Lille

Kern (Lesquin)

 

Kern

Kern (Dourges)

Limoges

Uitgebr.

     

Lorient

 

Uitgebr.

   

Lyon

Kern (St.Exupéry)*

 

Kern

Kern

Marquion (Cambrai)

   

Uitgebr.

 

Marseille

Kern (Provence)

Kern (Marseille)

Kern (Fos-sur-Mer)

Kern (Fos-sur-Mer)

Kern (Miramas)

Mayotte

Uitgebr.

     

Metz

   

Kern

 

Montpellier

Uitgebr.

     

Mulhouse

Uitgebr. (Mulhouse-Bale)

 

Kern (Ottmarsheim)

 

Nancy

   

Uitgebr.

 

Nantes Saint-Nazaire

Uitgebr. (Nantes Atlantique)

Kern

   

Nesle

   

Uitgebr.

 

Nice

Kern (Côte d'Azur)*

Uitgebr.

   

Nogent-sur-Seine

   

Uitgebr.

 

Noyon

   

Uitgebr.

 

Orléans

     

Uitgebr.

Paris

Kern (Charles de Gaulle)*

Kern (Orly)*

 

Kern

Kern

Perpignan

     

Uitgebr.

Point-à-Pitre

Uitgebr.

     

Péronne

   

Uitgebr.

 

Port Réunion

 

Uitgebr.

   

Rennes

     

Uitgebr.

Roscoff

 

Uitgebr.

   

Rouen

 

Kern

Kern

 

Sète

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Saint-Denis-Gillot

Uitgebr.

     

Saint-Malo

 

Uitgebr.

   

Strasbourg

Uitgebr. (Strasbourg Entzheim)

 

Kern

Kern

Thionville

   

Uitgebr.

 

Toulon

 

Uitgebr.

   

Toulouse

Kern (Blagnac)

   

Kern

Valenciennes

   

Uitgebr.

 

Villefranche-sur-Saône

   

Uitgebr.

 

HR

Dubrovnik

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Osijek

Uitgebr.

 

Uitgebr.

 

Ploče

 

Uitgebr.

   

Pula

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Rijeka

Uitgebr.

Kern

   

Šibenik

 

Uitgebr.

   

Sisak

   

Uitgebr.

 

Slavonski Brod

   

Kern

 

Split

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Vukovar

   

Kern

 

Zadar

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Zagreb

Kern

   

Kern

IT

Alghero

Uitgebr.

     

Ancona

Uitgebr.

Kern

 

Kern (Iesi)

Augusta

 

Kern

   

Bari

Uitgebr.

Kern

 

Kern

Bologna

Kern

   

Kern

Bolzano

Uitgebr.

     

Brescia

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Brindisi

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Cagliari

Kern

Kern (Porto Foxi, Cagliari)

   

Carloforte

 

Uitgebr.

   

Catania

Uitgebr. (Fontanarossa, Comiso emergency runway)

   

Uitgebr.

Cervignano

     

Kern

Chioggia

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Civitavecchia

 

Uitgebr.

   

Cremona

   

Kern

 

Firenze

Uitgebr.

   

Kern (Prato)

Foggia

Uitgebr.

     

Forlì

Uitgebr.

     

Fiumicino

 

Uitgebr.

   

Gaeta

 

Uitgebr.

   

Gallarate

     

Uitgebr.

Gela

 

Uitgebr.

   

Genova

Kern

Kern

 

Kern (Vado)

Gioia Tauro

 

Kern

   

Golfo Aranci

 

Uitgebr.

   

La Maddalena

 

Uitgebr.

   

La Spezia

 

Kern

   

Lamezia Terme

Uitgebr.

     

Lampedusa

Uitgebr.

     

Livorno

 

Kern

 

Kern (Guasticce Collesalvetti)

Mantova

   

Kern

Uitgebr.

Marina di Carrara

 

Uitgebr.

   

Messina

 

Uitgebr.

   

Milano

Kern (Linate)*

Kern (Malpensa)*

Kern (Bergamo Orio al Serio)

 

Uitgebr.

Kern (Milano Smistamento)

Milazzo

 

Uitgebr.

   

Monfalcone

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Mortara

     

Uitgebr.

Napoli

Kern (Capodichino)

Kern

 

Kern (Nola)

Kern (Marcianise-Maddaloni)

Novara

     

Kern

Olbia

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Orte

     

Uitgebr.

Padova

     

Kern

Palau

 

Uitgebr.

   

Palermo

Kern

Kern (Palermo, Termini Imerese terminal)

   

Pantelleria

Uitgebr.

     

Parma

     

Uitgebr. (Bianconese di Fontevivo)

Pescara

Uitgebr.

   

Uitgebr. (Manoppello)

Piacenza

     

Uitgebr.

Piombino

 

Uitgebr.

   

Pisa

Uitgebr.

     

Porto Levante

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Porto Nogaro

   

Uitgebr.

 

Porto Torres

 

Uitgebr.

   

Portoferraio

 

Uitgebr.

   

Portovesme

 

Uitgebr.

   

Ravenna

 

Kern

Kern

 

Reggio Calabria

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Rivalta Scrivia

     

Uitgebr.

Roma

Kern (Fiumicino)*

Uitgebr. (Ciampino)

   

Kern (Pomezia)

Rovigo

   

Uitgebr.

Uitgebr.

Salerno

 

Uitgebr.

   

Savona - Vado

 

Uitgebr.

   

Siracusa

 

Uitgebr.

   

Taranto

 

Kern

   

Torino

Kern

   

Kern (Orbassano)

Trapani

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Trento

     

Uitgebr.

Treviso

Uitgebr.

     

Trieste

Uitgebr.

Kern

Kern

 

Venezia

Kern

Kern

Kern

 

Verona

Uitgebr.

   

Kern

CY

Larnaka

Kern

Uitgebr.

   

Lefkosia

       

Lemesos

 

Kern

   

Pafos

Uitgebr.

     

LV

Daugavpils

Uitgebr.

     

Liepāja

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Rīga

Kern (International)*

Kern

   

Ventspils

Uitgebr.

Kern

   

LT

Kaunas

Uitgebr.

   

Kern

Klaipėda

 

Kern

 

Kern

Palanga

Uitgebr.

     

Vilnius

Kern

   

Kern

LU

Luxembourg

Kern

 

Kern (Mertert)

Kern (Bettembourg)

HU

Baja

   

Uitgebr.

 

Budapest

Kern (Liszt Ferenc)*

 

Kern (Csepel)

Kern (Soroksár)

Debrecen

Uitgebr.

     

Dunaújváros

   

Uitgebr.

 

Győr

   

Uitgebr. (Győr-Gönyű)

 

Komárom

   

Kern

 

Miskolc

     

Uitgebr.

Mohács

   

Uitgebr.

 

Paks

   

Uitgebr.

 

Sármellék

Uitgebr.

     

Sopron

     

Uitgebr.

Szeged

   

Uitgebr.

 

Székesfehérvár

     

Uitgebr.

Záhony

     

Uitgebr.

MT

Cirkewwa

 

Uitgebr.

   

Marsaxlokk

 

Kern

   

Mgarr

 

Uitgebr.

   

Valletta

Kern (Malta - Luqa)

Kern

   

NL

Alblasserdam

   

Uitgebr.

 

Almelo

   

Kern

 

Almere

   

Uitgebr.

 

Alphen aan den Rijn

   

Uitgebr.

 

Amsterdam

Kern (Schiphol)*

Kern

Kern

Kern

Arnhem

   

Uitgebr.

 

Bergen op Zoom

   

Kern

 

Beverwijk

 

Uitgebr.

   

Born

   

Uitgebr.

 

Cuijk

   

Uitgebr.

 

Delfzijl/Eemshaven

 

Uitgebr.

   

Den Bosch

   

Uitgebr.

 

Den Helder

 

Uitgebr.

   

Deventer

   

Kern

 

Dordrecht

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Eemshaven

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Eindhoven

Uitgebr.

     

Enschede

Uitgebr.

 

Uitgebr.

 

Geertruidenberg

   

Uitgebr.

 

Gennep

   

Uitgebr.

 

Gorinchem

   

Uitgebr.

 

Gouda

   

Uitgebr.

 

Grave

   

Uitgebr.

 

Groningen

Uitgebr.

 

Uitgebr.

 

Harlingen

 

Uitgebr.

   

Hengelo

   

Kern

 

Kampen

   

Uitgebr.

 

Lelystad

   

Uitgebr.

 

Lemsterland

   

Uitgebr.

 

Lochem

   

Uitgebr.

 

Maasbracht

   

Uitgebr.

 

Maasdriel

   

Uitgebr.

 

Maassluis

   

Uitgebr.

 

Maastricht

Uitgebr. (Maastricht - Aachen)

 

Uitgebr.

 

Meppel

   

Uitgebr.

 

Moerdijk

 

Kern

Kern

 

Nijmegen

   

Kern

 

Oosterhout

   

Uitgebr.

 

Oss

   

Uitgebr.

 

Reimerswaal

   

Uitgebr.

 

Ridderkerk

   

Uitgebr.

 

Roermond

   

Uitgebr.

 

Rotterdam

Kern

Kern

Kern

Kern

Sneek

   

Uitgebr.

 

Stein

   

Uitgebr.

 

Terneuzen, Vlissingen

 

Kern (Terneuzen)

Kern (Vlissingen)

Kern (Terneuzen)

Kern (Vlissingen)

 

Tiel

   

Uitgebr.

 

Tilburg

   

Uitgebr.

 

Utrecht

   

Kern

 

Veghel

   

Uitgebr.

 

Velsen/IJmuiden

 

Uitgebr.

   

Venlo

   

Uitgebr.

Uitgebr. (Trade Port Noord Limburg)

Vlaardingen

 

Uitgebr.

   

Wageningen

   

Uitgebr.

 

Wanssum

   

Uitgebr.

 

Zaandam

   

Uitgebr.

 

Zaltbommel

   

Uitgebr.

 

Zevenaar

   

Uitgebr.

 

Zuidhorn

   

Uitgebr.

 

Zwijndrecht

   

Uitgebr.

 

Zwolle

   

Uitgebr.

 

AT

Graz

Uitgebr.

   

Kern (Werndorf)

Innsbruck

Uitgebr.

     

Klagenfurt - Villach

Uitgebr. (Klagenfurt)

   

Uitgebr. (Villach-Fürnitz)

Krems

   

Uitgebr.

 

Linz - Wels

Uitgebr. (Linz)

 

Kern (Enns),

Uitgebr. (Linz)

Kern (Wels)

Salzburg

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Wien

Kern (Schwechat)*

 

Kern

Kern

Wolfurt

     

Uitgebr.

Wörgl

     

Uitgebr.

PL

Białystok

     

Uitgebr.

Braniewo

     

Uitgebr.

Bydgoszcz

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Dorohusk / Okopy

     

Uitgebr.

Ełk

     

Uitgebr.

Gdańsk, Gdynia

Kern (Gdańsk)

Kern (Gdańsk)

Kern (Gdynia)

 

Kern

Katowice

Kern (Pyrzowice)

   

Kern (Slawków)

Uitgebr. (Gliwice / Pyrzowice)

Kraków

Kern

   

Kern

Łódź

Kern

   

Kern (Łódź / Stryków)

Małaszewicze / Terespol

     

Uitgebr.

Medyka // Żurawica

     

Uitgebr.

Police

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Poznań

Kern

   

Kern

Rzepin

     

Uitgebr.

Rzeszów

Uitgebr.

     

Szczecin, Świnoujście

Kern (Szczecin)

Kern (Szczecin)

Kern (Świnoujście)

Kern (Szczecin)

Kern (Świnoujście)

Kern (Szczecin)

Kern (Świnoujście)

Warszawa

Kern*

   

Kern

Wrocław

Kern

   

Kern

PT

Abrantes / Entroncamento

     

Uitgebr.

Aveiro

 

Uitgebr.

   

Bragança

Uitgebr.

     

Caniçal

 

Uitgebr.

   

Corvo

Uitgebr.

     

Elvas

     

Uitgebr.

Faro

Uitgebr.

   

Uitgebr. (Loulé)

Flores

Uitgebr.

     

Funchal

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Horta

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Lajes das Flores

 

Uitgebr.

   

Lajes (Terceira)

Uitgebr.

     

Lisboa

Kern*

Kern

   

Pico

Uitgebr.

     

Ponta Delgada

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Portimão

 

Uitgebr.

   

Porto

Kern (Sá Carneiro)

Kern (Leixões)

Kern

 

Poceirão

     

Kern

Porto Santo

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Praia da Vitória

 

Uitgebr.

   

Santa Maria

Uitgebr.

     

São Jorge

Uitgebr.

     

Setúbal

 

Uitgebr.

   

Sines

 

Kern

 

Kern (Grândola)

Vila Real

Uitgebr.

     

RO

Bacău

Uitgebr.

     

Baia Mare

Uitgebr.

     

Brăila

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Brașov

     

Uitgebr.

București

Kern (Henri Coandă)

 

Uitgebr. (1 Decembrie)

Uitgebr. (Glina)

Kern

Calafat

   

Kern

 

Călărași

   

Uitgebr.

 

Cernavodă

   

Kern

 

Cluj-Napoca

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Constanța

Uitgebr.

Kern

Kern

 

Craiova

Uitgebr.

   

Kern

Drobeta Turnu Severin

   

Kern

 

Galați

 

Kern

Kern

 

Giurgiu

   

Kern

 

Iași

Uitgebr.

     

Medgidia

   

Uitgebr.

 

Moldova Veche

   

Uitgebr.

 

Oltenița

   

Uitgebr.

 

Oradea

Uitgebr.

     

Sibiu

Uitgebr.

     

Suceava

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Sulina

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Timișoara

Kern

   

Kern

Tulcea

Uitgebr.

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Turda

     

Uitgebr.

SI

Koper

 

Kern

   

Ljubljana

Kern

   

Kern

Maribor

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Portorož

Uitgebr.

     

SK

Bratislava

Kern

 

Kern

Kern

Komárno

   

Kern

 

Košice

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Leopoldov-Šulekovo

     

Uitgebr.

Poprad Tatry

Uitgebr.

     

Žilina

     

Kern

FI

Eckerö

 

Uitgebr.

   

Enontekiö

Uitgebr.

     

Hanko

 

Uitgebr.

   

Helsinki

Kern (Vantaa)*

Kern

   

Ivalo

Uitgebr.

     

Joensuu

Uitgebr.

     

Jyväskylä

Uitgebr.

     

Kajaani

Uitgebr.

     

Kaskinen

 

Uitgebr.

   

Kemi

Uitgebr. (Kemi-Tornio)

Uitgebr.

   

Kilpilahti (Sköldvik)

 

Uitgebr.

   

Kittilä

Uitgebr.

     

Kokkola

 

Uitgebr.

   

Kotka-Hamina

 

Kern (Hamina)

Kern (Kotka)

   

Kouvola

     

Kern

Kruunupyy

Uitgebr.

     

Kuopio

Uitgebr.

     

Kuusamo

Uitgebr.

     

Lappeenranta

Uitgebr.

     

Maarianhamina

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Oulu

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Pietarsaari

 

Uitgebr.

   

Pori

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Rauma

 

Uitgebr.

   

Rautaruukki/Raahe

 

Uitgebr.

   

Rovaniemi

Uitgebr.

     

Savonlinna

Uitgebr.

     

Tampere

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Turku-Naantali

Kern (Turku)

Kern (Turku)

Kern (Naantali)

   

Vaasa

Uitgebr.

     

SE

Ängelholm

Uitgebr.

     

Älmhult

     

Uitgebr.

Arvidsjaur

Uitgebr.

     

Gällivare

Uitgebr.

     

Gävle

 

Uitgebr.

   

Göteborg

Kern (Landvetter)

Kern

Kern

Kern

Grisslehamn

 

Uitgebr.

   

Hagfors

Uitgebr.

     

Halmstad

 

Uitgebr.

   

Helsingborg

 

Uitgebr.

   

Hemavan

Uitgebr.

     

Jönköping

Uitgebr.

   

Uitgebr.

Kalmar

Uitgebr.

     

Kapellskär

 

Uitgebr.

   

Karlshamn

 

Uitgebr.

   

Karlskrona

 

Uitgebr.

   

Kiruna

Uitgebr.

     

Köping

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Luleå

Uitgebr.

Kern

   

Lycksele

Uitgebr.

     

Malmö

Kern (Sturup)

Kern

 

Kern

Mora

Uitgebr.

     

Norrköping

 

Uitgebr.

   

Nyköping

Uitgebr. (Stockholm Skavsta)

     

Oskarshamn

 

Uitgebr.

   

Örebro

Uitgebr.

   

Kern (Hallsberg)

Östersund

Uitgebr.

     

Oxelösund

 

Uitgebr.

   

Pajala

Uitgebr.

     

Ronneby

Uitgebr.

     

Skellefteå

Uitgebr.

     

Stenungsund

 

Uitgebr.

   

Stockholm

Kern (Arlanda)*

Uitgebr. (Bromma)

Kern (Stockholm)

Uitgebr. (Nynäshamn)

Kern

Kern

Strömstad

 

Uitgebr.

   

Sundsvall

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Sveg

Uitgebr.

     

Trelleborg

 

Kern

 

Kern

Umeå

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Rosersberg

     

Uitgebr.

Varberg

 

Uitgebr.

   

Västerås

 

Uitgebr.

Uitgebr.

 

Vilhelmina

Uitgebr.

     

Visby

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Ystad

 

Uitgebr.

   

UK

Aberdeen

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Barra

Uitgebr.

     

Belfast

Uitgebr. (City)

Uitgebr. (International)

Kern

   

Benbecula

Uitgebr.

     

Birmingham

Kern*

   

Kern

Bournemouth

Uitgebr.

     

Bristol

Kern

Kern

   

Loch Ryan Ports

 

Uitgebr.

   

Campbeltown

Uitgebr.

     

Cardiff-Newport

Uitgebr.

Kern (Cardiff)

Kern (Newport)

   

Corby

     

Uitgebr. (Eurohub)

Cromarty Firth

 

Uitgebr.

   

Daventry

     

Uitgebr. (Intl. Rail Freight Terminal)

Dover/Folkestone

 

Kern

   

Durham

Uitgebr.

     

Edinburgh

Kern*

Kern (Forth, Grangemouth, Rosyth and Leith)

   

Exeter

Uitgebr.

     

Felixstowe-Harwich

 

Kern (Felixstowe)

Kern (Harwich)

   

Fishguard

 

Uitgebr.

   

Glasgow

Kern*

Kern (Clydeport, King George V dock, Hunterston and Greenock)

 

Kern (Mossend/ Coatbridge)

Glensanda

 

Uitgebr.

   

Goole

 

Uitgebr.

   

Grimsby/Immingham

 

Kern (Grimsby and Immingham)

   

Heysham

 

Uitgebr.

   

Holyhead

 

Uitgebr.

   

Hull

 

Uitgebr.

   

Inverness

Uitgebr.

     

Ipswich

 

Uitgebr.

   

Islay

Uitgebr.

     

Kirkwall

Uitgebr.

     

Larne

 

Uitgebr.

   

Leeds

Kern (Leeds/ Bradford)

   

Kern (Leeds/ Wakefield RRT)

Liverpool

Uitgebr.

Kern

 

Kern

London

Kern (City)

Kern (Gatwick)*

Kern (Heathrow)*

Kern (Luton)*

Kern (Stansted)*

Kern (London, London Gateway, Tilbury)

   

Londonderry

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Manchester

Kern*

Uitgebr. (Manchester and Port Salford)

   

Medway

 

Uitgebr. (Thamesport, Sheerness)

   

Milford Haven

 

Kern

   

Newcastle

Uitgebr.

     

Newquay

Uitgebr.

     

Norwich

Uitgebr.

     

Nottingham

Kern (East Midlands)

     

Orkney

 

Uitgebr.

   

Plymouth

 

Uitgebr.

   

Poole

 

Uitgebr.

   

Port Salford

 

Uitgebr.

   

Port Talbot

 

Uitgebr.

   

Prestwick

Uitgebr.

     

Ramsgate

Uitgebr. (Kent International)

Uitgebr.

   

River Hull and Humber

 

Uitgebr.

   

Scilly Isles

Uitgebr.

     

Scrabster

 

Uitgebr.

   

Selby

     

Uitgebr.

Sheffield

Uitgebr. (Doncaster - Sheffield)

   

Kern (Doncaster RRT)

Shetland Islands

Uitgebr.

Uitgebr. (Sullom Voe)

   

Southampton, Portsmouth

Uitgebr. (Southampton)

Kern (Southampton)

Uitgebr. (Portsmouth)

   

Stornoway

Uitgebr.

Uitgebr.

   

Sumburgh

Uitgebr.

     

Teesport

 

Kern

   

Tiree

Uitgebr.

     

Tyne

 

Uitgebr.

   

Ullapool

 

Uitgebr.

   

Warrenpoint

 

Uitgebr.

   

Wick

Uitgebr.

     
 

EU-lidstaat

Buurland

Grensovergang (weg)

Grensovergang (spoor)

FINLAND

RUSLAND

Vaalimaa

Vainikkala

ESTLAND

RUSLAND

Luhamaa

Koidula

LETLAND

RUSLAND

Terehova

Zilupe

BELARUS

Pāternieki

Indra

LITOUWEN

RUSLAND

Kybartai

Kybartai

BELARUS

Medininkai

Kena

POLEN

RUSLAND

Grzechotki

Braniewo

BELARUS

Kukuryki

Terespol

OEKRAÏNE

Korczowa

Przemyśl

SLOWAKIJE

OEKRAÏNE

Vyšné Nemecké

Čierna nad Tisou

HONGARIJE

OEKRAÏNE

Beregsurány

Záhony

SERVIË

Röszke

Kelebia

KROATIË

SERVIË

Lipovac

Tovarnik

BOSNIË EN HERZEGOVINA

Svilaj

Slavonski Šamac

MONTENEGRO

Karasovići

/

ROEMENIË

OEKRAÏNE

Siret

Vicșani

MOLDAVIË

Ungheni

Cristești Jijia

SERVIË

Stamora Moravița

Stamora Moravița

BULGARIJE

SERVIË

Kalotina

Kalotina

FYROM

Gueshevo

Gueshevo

TURKIJE

Svilengrad

Svilengrad

GRIEKENLAND

ALBANIË

Kakavia

Krystallopigi

FYROM

Evzoni

Idomeni

TURKIJE

Kipi

Pythion


BIJLAGE III

INDICATIEVE KAARTEN VAN HET TRANS-EUROPEES VERVOERSNETWERK MET UITBREIDING NAAR SPECIFIEKE BUURLANDEN

 

Image

Kaartenoverzicht voor de buurlanden

Image

 

Image

11.1.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken: Binnenwateren en binnenhavens

Kongeriket Norge / Kongeriket Noreg - Lýðveldið Ísland

11

Image

Image

 

Image

11.2.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kongeriket Norge / Kongeriket Noreg - Lýðveldið Ísland

11

Image

Image

 

Image

11.3.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerken: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Kongeriket Norge / Kongeriket Noreg - Lýðveldið Ísland

11

Image

Image

 

Image

11.4.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Kongeriket Norge / Kongeriket Noreg - Lýðveldið Ísland

11

Image

Image

 

Image

12.1.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken: Binnenwateren en binnenhavens

Schweiz / Suisse / Svizzera / Svizra - Liechtenstein

12

Image

Image

 

Image

12.2.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Kernnetwerk: Spoorwegen (vrachtvervoer), havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Schweiz / Suisse / Svizzera / Svizra - Liechtenstein

12

Image

Image

 

Image

12.3.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerken: Spoorwegen en luchthavens

Kernnetwerk: Spoorwegen (passagiersvervoer) en luchthavens

Schweiz / Suisse / Svizzera / Svizra - Liechtenstein

12

Image

Image

 

Image

12.4.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken:

Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Schweiz / Suisse / Svizzera / Svizra - Liechtenstein

12

Image

Image

 

Image

13.1.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken: Binnenwateren en binnenhavens

Regio Westelijke Balkan

13

Image

Image

 

Image

13.2.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Regio Westelijke Balkan

13

Image

Image

 

Image

13.3.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Regio Westelijke Balkan

13

Image

Image

 

Image

13.4.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken: Wegen, havens, overslagterminals voor weg- en spoorvervoer en luchthavens

Regio Westelijke Balkan

13

Image

Image

 

Image

14.1.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreide & kernnetwerken: Binnenwateren en binnenhavens

Türkiye

14

Image

Image

 

Image

14.2.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Türkiye

14

Image

Image

 

Image

14.3.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen en luchthavens

Türkiye

14

Image

Image

 

Image

14.4.

Indicatieve uitbreiding naar buurlanden

Uitgebreid netwerk: Spoorwegen, havens en overslagterminals voor weg- en spoorvervoer

Türkiye

14

Image

Image


Verklaringen van de Commissie

 

1.

„De Commissie wijst erop dat het besluit om projecten voor financiering in het kader van de CEF voor te stellen een voorrecht van de lidstaten is. Dit voorrecht wordt op geen enkele manier beïnvloed door de indicatieve percentages voor specifieke vervoersdoelstellingen in deel IV van de bijlage.”

 

2.

„De Commissie betreurt ten zeerste de opneming van artikel 18 waarbij de onderzoeksprocedure als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 wordt ingevoerd voor de toekenning van financiële bijstand van de Unie aan de projecten of delen van projecten die geselecteerd zijn naar aanleiding van de oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van het meerjarenwerkprogramma of de jaarlijkse werkprogramma's als bedoeld in artikel 17 van de Connecting Europe Facility-verordening. De Commissie wijst erop dat zij deze procedure in geen enkele van de sectoriële MFK-besluiten heeft voorgesteld. Het doel was de MFK-programma's te vereenvoudigen ten voordele van de ontvangers van EU-financiering. De goedkeuring van subsidiebesluiten zonder toetsing door het comité zou de procedure versnellen, de termijn voor subsidietoekenning voor initiatiefnemers van projecten verkorten en onnodige administratieve lasten en kosten vermijden. Voorts wijst de Commissie erop dat het nemen van subsidiebesluiten deel uitmaakt van haar institutioneel voorrecht met betrekking tot de uitvoering van de begroting en daarom niet via de comitéprocedure moet worden vastgesteld. De Commissie is ook van mening dat de opneming niet kan dienen als een precedent voor andere financieringsinstrumenten, wegens het bijzondere karakter van de infrastructuurprojecten in termen van impact op het grondgebied van de lidstaten.”

 

3.

„De Commissie betreurt dat in artikel 2, lid 5, en artikel 5, lid 2, verwijzingen zijn opgenomen naar de uitgaven van het uitvoerend agentschap waaraan de Commissie de uitvoering van specifieke onderdelen van de Connecting Europe Facility heeft toevertrouwd in het kader van programmaondersteunende acties. De Commissie wijst erop dat het de bevoegdheid van de Commissie zelf is om na een voorafgaande kosten-batenanalyse te beslissen of er een uitvoerend agentschap wordt opgericht teneinde daaraan bepaalde taken toe te vertrouwen in verband met het beheer van een programma, in overeenstemming met de bepalingen van Verordening (EG) nr. 58/2003 van de Raad. De uitvoering van de kosten-batenanalyse voor de toewijzing van taken aan een uitvoerend agentschap voor de tenuitvoerlegging van de Connecting Europe Facility mag niet overbodig worden gemaakt door de tekst van de CEF-verordening. De Commissie is ook van mening dat de bovengrens geen precedent voor andere financieringsinstrumenten kan worden, wegens het bijzondere karakter van de infrastructuurprojecten onder het beheer van het agentschap”.


 

10.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

11.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.