Nieuwe regels voor betalingsdiensten ten gunste van consumenten en detailhandelaren

Om de EU-betaalmarkt aan te passen aan de kansen die de eengemaakte markt te bieden heeft en om de groei van de EU-economie te ondersteunen, heeft de Europese Commissie vandaag haar goedkeuring gehecht aan een pakket bestaande uit de volgende maatregelen:

  • een voorstel voor een verordening betreffende interbancaire vergoedingen voor kaartbetalingstransacties.

Michel Barnier, commissaris voor Interne Markt en Diensten, heeft in dit verband het volgende verklaard: "Vandaag is de betaalmarkt in de EU versnipperd en duur, met een kostenplaatje van ruim 1 % van het bbp van de EU of 130 miljard EUR per jaar. Dit zijn kosten die onze economie zich niet kan veroorloven. Ons voorstel zal bevorderlijk zijn voor de digitale eengemaakte markt door internetbetalingen goedkoper en veiliger te maken, zowel voor detailhandelaren als voor consumenten. Daarnaast zullen de voorgestelde wijzigingen in interbancaire vergoedingen een belangrijke barrière tussen de nationale betaalmarkten wegnemen en eindelijk een einde maken aan het ongerechtvaardigd hoge niveau van deze vergoedingen."

Vicevoorzitter Joaquín Almunia voegde daaraan toe: "De interbancaire vergoedingen die detailhandelaren betalen, komen uiteindelijk op het bord van de consumenten terecht. Niet alleen zijn consumenten zich daarvan doorgaans niet bewust, zij worden er zelfs via allerhande beloningssystemen toe aangezet die kaarten te gebruiken die hun banken de hoogste inkomsten opleveren. De verordening vormt een aanvulling op de handhaving van de antitrustregels en stelt maxima vast voor interbancaire vergoedingen, waardoor over de gehele linie wordt voorkomen dat dergelijke vergoedingen de pan uit rijzen. Voor betalingsdienstaanbieders zullen gelijke concurrentieverhoudingen tot stand worden gebracht, nieuwkomers zullen in staat worden gesteld de markt te betreden en innovatieve diensten aan te bieden, detailhandelaren zullen grote kostenbesparingen realiseren doordat zij lagere vergoedingen aan hun banken moeten betalen, en ook consumenten zullen profiteren omdat de detailhandelsprijzen lager zullen komen te liggen."

De herziene Richtlijn Betalingsdiensten brengt een aantal nieuwe, belangrijke elementen en verbeteringen aan in de EU-betaalmarkt:

  • Zij maakt het makkelijker en veiliger om van goedkope internetbetalingsdiensten gebruik te maken doordat het toepassingsgebied ervan wordt uitgebreid tot nieuwe zogeheten betalingsinitiatiediensten. Dit zijn diensten die op een niveau tussen de handelaar en de bank van de koper worden aangeboden en goedkope en efficiënte elektronische betalingen mogelijk maken zonder dat er een kredietkaart aan te pas komt. Voor de aanbieders van dergelijke diensten zullen voortaan dezelfde hoogwaardige toezicht- en regelgevingsnormen gelden als voor alle andere betalingsinstellingen. Tegelijkertijd zullen banken en alle overige betalingsdienstaanbieders onlinetransacties veiliger moeten maken door in een sterke cliëntauthenticatie voor betalingen te voorzien.
  • Consumenten zullen beter beschermd zijn tegen fraude, mogelijke misbruiken en betalingsincidenten (bv. bij betwiste en niet correct uitgevoerde betalingstransacties). Consumenten zouden voortaan slechts in zeer beperkte mate - maximaal 50 EUR (tegen thans 150 EUR) - voor verliezen moeten opdraaien bij kaartbetalingen waarvoor geen toestemming is verleend.
  • Dankzij het voorstel zullen consumenten ook meer rechten hebben bij overmakingen en geldtransfers buiten Europa of bij betalingen in munteenheden van derde landen.
  • Het voorstel zal tevens de opkomst van nieuwe marktdeelnemers en de ontwikkeling van innovatieve mobiele en internetbetalingen in Europa stimuleren, met alle gunstige gevolgen van dien voor het concurrentievermogen van de EU in de wereld.

In combinatie met de herziene RBD zal de verordening betreffende interbancaire vergoedingen maxima vaststellen voor interbancaire vergoedingen voor transacties met debet- en kredietkaarten van consumenten en verbieden dat er toeslagen voor het gebruik van dergelijke soorten kaarten worden aangerekend. Toeslagen zijn extra vergoedingen die sommige handelaren in rekening brengen voor kaartbetalingen. Dergelijke vergoedingen zijn met name gebruikelijk bij aankopen van vliegtuigtickets. Als voor consumentenkaarten maxima worden vastgesteld, zullen de aan kaarttransacties verbonden kosten voor detailhandelaren sterk verminderen en zal het aanrekenen van toeslagen dan ook niet langer gerechtvaardigd zijn.

Tijdens een overgangsperiode van 22 maanden zullen de maxima voor interbancaire vergoedingen voor debet- en kredietkaarten alleen gelden bij grensoverschrijdende transacties, d.w.z. wanneer een consument zijn kaart in een ander land gebruikt of wanneer een detailhandelaar een bank in een ander land gebruikt. Daarna zullen deze maxima ook voor binnenlandse transacties gelden. De maxima zijn vastgesteld op 0,2 % van de waarde van de transactie voor debetkaarten en op 0,3 % voor kredietkaarten. Sommige mededingingsautoriteiten hebben deze maxima reeds aanvaard voor een aantal transacties met kaarten van het merk MasterCard, Visa en Cartes Bancaires. Voor sommige kaarten zullen de maxima niet gelden (vooral commerciële kaarten die aan bedrijven worden uitgegeven en driepartijensystemen zoals American Express of Diners). Detailhandelaren zullen voor dergelijke kaarten een toeslag kunnen vragen of zullen kunnen weigeren deze kaarten te aanvaarden. Op die manier zullen de kosten van deze dure kaarten rechtstreeks kunnen worden doorberekend aan degenen die ervan profiteren en niet langer door alle consumenten worden gedragen.

De interbancaire vergoedingen maken deel uit van de kosten die detailhandelaren maken bij het ontvangen van kaartbetalingen en worden uiteindelijk door de consumenten betaald in de vorm van hogere detailhandelsprijzen. Deze vergoedingen zijn niet zichtbaar voor consumenten maar kosten de detailhandelaren, en uiteindelijk dus de consumenten, jaarlijks tientallen miljarden euro's. Het niveau van de interbancaire vergoedingen loopt sterk uiteen van lidstaat tot lidstaat, wat laat vermoeden dat een duidelijke rechtvaardiging voor dergelijke vergoedingen ontbreekt en dat zij een belangrijke barrière vormen tussen de nationale betaalmarkten. Het begrenzen van de interbancaire vergoedingen zal tot minder kosten voor detailhandelaren en consumenten leiden en zal bijdragen tot de totstandkoming van een EU-brede betaalmarkt. Het zou ook de innovatie moeten aanmoedigen en betalingsdienstaanbieders meer armslag moeten geven om nieuwe diensten aan te bieden.

Achtergrond

De evaluatie van het EU-betalingskader, en met name van de Richtlijn Betalingsdiensten (RBD), alsook de reacties op het groenboek van de Commissie van 2012 met als titel "Naar een geïntegreerde markt voor kaart-, internet- en mobiele betalingen" (zie IP/12/11 ), hebben tot de conclusie geleid dat verdere maatregelen en actualiseringen van regelgeving (zoals onder meer aanpassingen aan de RBD) zijn vereist. Dit zou er mede voor zorgen dat het betalingskader beter toegesneden is op de behoeften van een effectieve Europese betaalmarkt en aldus ten volle bijdraagt aan het ontstaan van een betalingsomgeving die concurrentie, innovatie en veiligheid in de hand werkt. Modernisering van het wetgevingskader voor kleine betalingen was ook een van de essentiële onderdelen van de "Single Market Act II" (tweede wetgevingspakket eengemaakte markt) van de Commissie.

Met dit pakket wordt ingespeeld op ingrijpende veranderingen in de wijze waarop Europeanen winkelen en betalen. Bijna elke rekeninghouder in de EU bezit een debetbetaalkaart en 40 % is ook eigenaar van een kredietkaart. 34 % van de EU-burgers winkelt via internet en meer dan 50 % heeft een smartphone 1 , waardoor zij toegang hebben tot de wereld van mobiele betalingen. Sommige economische sectoren - zoals de reissector - realiseren zelfs het grootste deel van hun omzet via internet 2 .

Tegelijkertijd blijft de EU-markt voor kaart-, internet- en mobiele betalingen versnipperd; bovendien wordt deze markt met belangrijke uitdagingen geconfronteerd die de verdere ontwikkeling ervan belemmeren en negatieve gevolgen hebben voor het EU-groeipotentieel (zoals uiteenlopende kosten van betalingen voor consumenten en handelaren, verschillen in technische infrastructuren of het onvermogen van betalingsdienstaanbieders om overeenstemming te bereiken over de toepassing van gemeenschappelijke technische normen).

Hoewel kaartbetalingen alsmaar gebruikelijker worden, werkt het nog steeds gangbare, op "interbancaire vergoedingen" (vergoedingen die banken aan elkaar betalen voor elke kaartbetaling) gebaseerde bedrijfsmodel bovendien hoge dergelijke vergoedingen in de hand, met alle nadelige gevolgen van dien voor de kosten van detailhandelaren en, uiteindelijk, de prijzen die consumenten moeten betalen. Het model belet ook de opkomst van nieuwe spelers.

Meer informatie

Zie ook MEMO/13/719

http://ec.europa.eu/internal_market/payments/framework/index_en.htm

 

Contact:

Antoine Colombani (+32 2 297 45 13)

Chantal Hughes (+32 2 296 44 50)

Marisa Gonzalez Iglesias (+32 2 295 19 25)

Audrey Augier (+32 2 297 16 07)

1 :Bron sector

2 :Bron sector