Luchtvaart: de Commissie maant België en Griekenland om de Overeenkomst met de Westelijke Balkan over een gemeenschappelijke luchtvaartruimte te ratificeren

Europese Commissie

Persbericht

Brussel, 30 mei 2013

Luchtvaart: de Commissie maant België en Griekenland aan de Overeenkomst met de Westelijke Balkan over een gemeenschappelijke luchtvaartruimte te ratificeren

De Europese Commissie maakt zich zorgen over het feit dat België en Griekenland de Overeenkomst tussen de Europese Unie, haar lidstaten en de Westelijke Balkan over de totstandbrenging van een Europese Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte (de "ECAA-overeenkomst") 7 jaar na de ondertekening nog steeds niet hebben geratificeerd. Door het uitblijven van de ratificatie van de ECAA-overeenkomst door België en Griekenland komt de cruciale openstelling van de luchtvaartmarkten met de Westelijke Balkan in het gedrang. Indien de Belgische en Griekse autoriteiten de ratificatieakte van de ECAA-overeenkomst niet binnen twee maanden overeenkomstig de EU-regelgeving neerleggen, kan de Commissie beide landen voor het Hof van Justitie van de Europese Unie dagen.

In de multilaterale overeenkomst tussen de Europese Unie, haar lidstaten en de Westelijke Balkan over de totstandbrenging van een gemeenschappelijke Europese luchtvaartruimte worden voorwaarden gekoppeld aan de geleidelijke integratie van de partijen in de interne luchtvaartmarkt van de Unie. Deze overeenkomst is op 9 juni 2006 ondertekend en de ondertekening is goedgekeurd bij Besluit 2006/682/EG van de Raad van de Europese Unie en de vertegenwoordigers van de lidstaten. In artikel 29, lid 1, van de overeenkomst is bepaald dat de overeenkomst door de ondertekenaars moet worden bekrachtigd of goedgekeurd overeenkomstig hun onderscheiden procedures, terwijl in lid 2 van hetzelfde artikel is bepaald wanneer de overeenkomst na de ratificatie door alle partijen in werking treedt.

Op grond van artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie zijn de lidstaten verplicht tot loyale samenwerking en dienen zij alle passende maatregelen dienen te treffen om de nakoming van de uit de Verdragen of uit de handelingen van de instellingen van de Unie voortvloeiende verplichtingen te verzekeren.

België en Griekenland hebben hun akte betreffende de ratificatie van de ECAA-overeenkomst nog niet neergelegd. Derhalve hebben zij niet het nodige gedaan om de uit de voornoemde overeenkomst, als goedgekeurd bij Besluit 2006/682/EG, voortvloeiende verplichtingen na te komen. Bovendien hebben zij niet gehandeld overeenkomstig het in het Verdrag vastgestelde beginsel van loyale samenwerking. Het uitblijven van de ratificatie van de ECAA-overeenkomst door België en Griekenland staat de sluiting van de overeenkomst en de correcte handhaving ervan in de weg. Het vormt een belemmering voor de opening van de markten tussen de betrokken partijen en creëert onnodige belemmeringen van de vrijheid om luchtvaartdiensten te verrichten. Voorts bemoeilijkt de houding van België en Griekenland de uitvoering van de taken van de Unie en het bereiken van de doelstellingen inzake luchtvaart en handelen zij bijgevolg in strijd met hun plicht tot loyale samenwerking uit hoofde van het Verdrag.

België en Griekenland krijgen twee maanden de tijd om op dit met redenen omkleed advies van de Commissie te antwoorden. Indien zij dat niet doen, kan de Commissie de zaak aanhangig maken bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.

Meer informatie

Over het pakket inbreukbesluiten van mei: zie MEMO/13/470 .

Vaak gestelde vragen over inbreukprocedures, zie MEMO/12/12 .

Toelichting over inbreukprocedures:

http://ec.europa.eu/eu_law/infringements/infringements_nl.htm

 

Contact:

Helen Kearns (+32 2 298 76 38)

Dale Kidd (+32 2 295 74 61)