Commissie eist dat Griekenland, Italië, Polen, Portugal, Slovenië en Spanje voldoen aan regels voor financiële buffers van banken (en)

De Europese Commissie heeft Griekenland, Italië, Polen, Portugal, Slovenië en Spanje verzocht binnen twee maanden mee te delen welke maatregelen zij hebben getroffen ter uitvoering van belangrijke voorschriften betreffende de kapitaaltoereikendheid en het beloningsbeleid van financiële instellingen, die zijn vastgesteld in de derde richtlijn kapitaalvereisten of RKV III (2010/76/EU). Deze voorschriften moesten uiterlijk op 1 januari 2011 zijn uitgevoerd. Voorts heeft de Commissie België, Luxemburg, Slowakije en Zweden verzocht werk te maken van de delen van de richtlijn die zij nog niet hebben uitgevoerd. De richtlijn is erop gericht de financiële soliditeit van banken en beleggingsondernemingen te garanderen en het onvoorzichtig nemen van buitensporige risico's in de banksector tegen te gaan. Deze risiconeming werd gestimuleerd door slecht uitgedachte beloningspraktijken die tot het faillissement van bepaalde instellingen hebben geleid en problemen voor de hele samenleving hebben opgeleverd. Om deze punten van zorg aan te pakken, moet de richtlijn tijdig en correct worden uitgevoerd. De Commissie richt zijn verzoeken tot de betrokken lidstaten in de vorm van "met redenen omklede adviezen". Als de nationale autoriteiten de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen niet binnen twee maanden meedelen, kan de Commissie de betrokken lidstaten voor het Hof van Justitie dagen.

Wat is de bedoeling van deze EU-voorschriften?

De richtlijn in kwestie wijzigt de richtlijnen inzake kapitaalvereisten (2006/48/EG en 2006/49/EG). Deze richtlijnen zijn erop gericht de financiële soliditeit van banken en beleggingsondernemingen te garanderen. Samen bepalen zij hoeveel eigen financiële middelen banken en beleggingsondernemingen moeten aanhouden om hun risico's te dekken en hun deposanten te beschermen. Dit wettelijke kader moet regelmatig worden bijgewerkt en verfijnd om in te spelen op de behoeften van het financiële stelsel als geheel.

De belangrijkste wijzigingen die Richtlijn 2010/76/EU heeft aangebracht, zijn de volgende.

Beloningsbeleid en -praktijken van banken

Met de richtlijn worden verkeerde beloningsprikkels aangepakt door banken en beleggingsondernemingen te verplichten een verantwoord beloningsbeleid te voeren dat het nemen van buitensporige risico's niet aanmoedigt of beloont. Banktoezichthouders kunnen sancties opleggen aan banken wier beloningsbeleid niet aan de nieuwe voorschriften voldoet. De richtlijn stelt echter geen salaris- of bonusplafonds vast.

Kapitaalvereisten voor hersecuritisaties

Hersecuritisaties zijn complexe financiële producten die een rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van de recente financiële crisis. In bepaalde omstandigheden kunnen banken die dergelijke producten aanhouden, aan aanzienlijke verliezen blootgesteld zijn. De richtlijn schrijft voor hersecuritisaties hogere kapitaalvereisten voor om ervoor te zorgen dat banken naar behoren rekening houden met de risico's die aan het beleggen in dergelijke complexe financiële producten verbonden zijn.

Openbaarmaking van securitisatierisico's

Voor het marktvertrouwen is het noodzakelijk dat het risicopeil waaraan banken onderhevig zijn, naar behoren openbaar wordt gemaakt. Er is meer marktvertrouwen nodig om banken aan te moedigen elkaar weer krediet te gaan verlenen. Daarom voorzien de nieuwe voorschriften in scherpere openbaarmakingsvereisten.

Kapitaalvereisten voor de handelsportefeuille

De handelsportefeuille bestaat uit alle financiële instrumenten die een bank aanhoudt met de bedoeling deze op korte termijn door te verkopen of ter afdekking van andere instrumenten in de handelsportefeuille. De richtlijn verandert de manier waarop banken de aan hun handelsportefeuilles verbonden risico's inschatten. Zo moeten zij ten volle rekening houden met de potentiële verliezen vanwege ongunstige marktontwikkelingen in het soort stressomstandigheden dat zich recent heeft voorgedaan.

Niet al deze voorschriften moesten uiterlijk op 1 januari 2011 zijn uitgevoerd. Richtlijn 2010/76/EU moet namelijk in twee fasen ten uitvoer worden gelegd. De eerste fase heeft betrekking op de bepalingen inzake beloning alsook op een aantal andere bepalingen inzake de verlenging van sommige reeds bestaande minimumkapitaalvereisten. Deze moesten uiterlijk op 1 januari 2011 zijn uitgevoerd. De overige bepalingen moeten uiterlijk op 31 december 2011 ten uitvoer worden gelegd.

In hoeverre blijven de lidstaten in gebreke?

De meerderheid van de lidstaten heeft de richtlijn al volledig ten uitvoer gelegd. Tien lidstaten (België, Griekenland, Italië, Luxemburg, Polen, Portugal, Slovenië, Spanje, Slowakije en Zweden) blijven echter nog geheel of gedeeltelijk in gebreke. In Griekenland, Italië, Polen, Portugal, Slovenië en Spanje moeten alle bepalingen van de richtlijn nog ten uitvoer worden gelegd. In vier lidstaten is nog aanvullende of secundaire wetgeving nodig om een aantal bepalingen ten uitvoer te leggen, vooral met betrekking tot de reeds bestaande minimumkapitaalvereisten (België, Luxemburg, Zweden en Slowakije) en de bepalingen inzake beloning (Slowakije).

Wat zijn de gevolgen voor consumenten en bedrijven in de EU?

De richtlijn is erop gericht de financiële soliditeit van banken en beleggingsondernemingen te garanderen en het onvoorzichtig nemen van buitensporige risico's terug te dringen, dat mogelijk wordt gestimuleerd door slecht uitgedachte beloningspraktijken. De huidige financiële crisis toont aan hoe belangrijk het voor burgers, bedrijven en de hele samenleving is dat deze twee aspecten worden aangepakt. Als gemeenschappelijke voorschriften in de hele EU niet in dezelfde mate worden gehandhaafd, zouden bestaande leemten kunnen worden uitgebuit.

Meer informatie

http://ec.europa.eu/internal_market/bank/regcapital/index_en.htm

Voor het laatste nieuws over lopende inbreukprocedures tegen de lidstaten, zie:

http://ec.europa.eu/community_law/index_nl.htm.

Voor nadere informatie over inbreukprocedures: MEMO/11/312