A.M.A. (Agnes) van Ardenne-van der Hoeven
Katholieke tuindersdochter uit het Westland die in 2003 minister voor Ontwikkelingssamenwerking werd in het kabinet-Balkenende II. Daarvoor was zij als staatssecretaris al met dat beleidsterrein belast. Toonde zich als energieke bewindsvrouw zeer betrokken bij de problemen in de Derde Wereld, in het bijzonder met de armoede in Afrika en zette zich onder meer in voor oplossing van de humanitaire problemen in Darfur. Afkomstig uit de vrouwenorganisatie van het CDA en wethouder in Vlaardingen. Was acht jaar Tweede Kamerlid voor het CDA. Aanvankelijk woordvoerster land- en tuinbouw en daarna, als woordvoerster ontwikkelingssamenwerking, tegenspeelster van PvdA-minister Herfkens. Werkte bij de Wereldvoedselorganisatie, was voorzitter van het Productschap Tuinbouw en waarnemend burgemeester van de gemeente Westland.
CDA
in de periode 1994-2007: lid Tweede Kamer, staatssecretaris, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 17 mei 1994 tot 22 juli 2002
-
-staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (belast met ontwikkelingssamenwerking), van 22 juli 2002 tot 27 mei 2003
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 30 januari 2003 tot 27 mei 2003
-
-minister zonder portefeuille, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, van 27 mei 2003 tot 22 februari 2007
-
-voorzitter PT (Productschap Tuinbouw), van 1 juli 2011 tot 1 januari 2015 (vanaf 1 januari 2014 2 dagen per week)
-
-waarnemend burgemeester van Westland, van 28 september 2017 tot 18 december 2018
-
-voorzitter bestuur Naktuinbouw, vanaf 1 januari 2017 (bewaken en bevorderen kwaliteit van producten, processen en ketens in de tuinbouw)
takenpakket (bewindspersoon)
-
-Was als staatssecretaris belast met aangelegenheden betreffende 1. de ontwikkelingssamenwerking en de OS-coherentie; 2. de coördinatie van de ODA; 3. het internationaal milieubeleid; 4. andere onderwerpen, voor zover de minister de behandeling daarvan niet aan zichzelf voorbehield. In de contacten met buitenlanders bij de behartiging van de onder 1, 2 en 3 genoemde aangelegenheden had zij de titel 'Minister voor Ontwikkelingssamenwerking'.
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-lid Raad van Advies Responsible Investments PGGM, vanaf juni 2017
-
-voorzitter Levenslang Leren, SER regio Rotterdam, vanaf 2020
vorige (2/22)
-
-lid Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur
-
-voorzitter Raad van Commissarissen Argos Zorggroep, van 2013 tot 2020
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
afgeleide functies, presidia etc.
lid Tijdelijke Commissie Besluitvorming Uitzendingen (voor vredesoperaties) (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 14 april 1999 tot 17 oktober 2000
-
-Diende in april 1999 met haar fractiegenoot Maxime Verhagen een motie in waarin om een parlementaire enquête werd gevraagd naar de gebeurtenissen rond de val van Srebrenica. Deze motie werd verworpen, met CDA, GroenLinks en SP vóór. (26.454)
-
-Interpelleerde op 27 april 1999 minister Van Aartsen (minister voor ontwikkelingssamenwerking a.i.) over bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking (26.497)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig)
-
-Bracht in oktober 2003 de beleidsnotitie "Aan elkaar verplicht. 'Ontwikkelingssamenwerkingsbeleid voor de komende jaren" uit. Het uitgangspunt dat Nederland 0,8% van het BNP aan ontwikkelingssamenwerking zal besteden, blijft gehandhaafd. Het beleid zal wel meer resultaatsgericht worden, waarvoor een nieuw waarderingssysteem en beoordelingskader wordt ingevoerd. Burgers, bedrijven, instellingen, organisaties en overheden worden meer betrokken bij ontwikkelingssamenwerking. Er komt één lijst met 36 partnerlanden waarmee langjarig bilateraal wordt samengewerkt. Er komt een stabiliteitsfonds om snel te kunnen besluiten tot activiteiten ter bevordering van vrede, veiligheid en ontwikkeling. (29.234)
als bewindspersoon (wetgeving)
-
-Bracht in 2002 als staatssecretaris een wet (Stb. 546) tot stand ter Goedkeuring van de op 22 juni 2000 te Cotonou tot stand gekomen Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen) en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten. Centraal doel van de overeenkomst is de uiteindelijke uitbanning van armoede door middel van duurzame ontwikkeling en de geleidelijke integratie van de ACS-landen in de wereldeconomie. Het akkoord heeft een looptijd van twintig jaar, met aanvangsdatum 1 maart 2000. (27.672)
In het digitale biografisch archief van PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie van deze pagina aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, opleiding en wetenswaardigheden. Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.