A.J. (Ad) Hermes
Katholieke onderwijsdeskundige die zich in de Tweede Kamer ontpopte als een vurig verdediger van het bijzonder onderwijs. Was opgeleid tot wiskundeleraar, maar werd na bij de Hoogovens werkzaam te zijn geweest wethouder voor onderwijs en cultuur van Beverwijk. In 1971 Tweede Kamerlid voor de KVP. Kruiste regelmatig de degens met minister Van Kemenade over de middenschool. Als staatssecretaris van Onderwijs in de kabinetten-Van Agt had hij een belangrijk aandeel in de totstandkoming en invoering van de Wet op het basisonderwijs. Had ook grote bestuurlijke verdiensten voor het jeugdwerk. Keerde na zijn staatssecretariaat nog twaalf jaar terug in de Kamer. Liep vaak met grote stapels dossiers onder zijn arm door de Kamer.
KVP, CDA
in de periode 1971-1994: lid Tweede Kamer, staatssecretaris
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-lid gemeenteraad van Beverwijk, van 2 september 1958 tot 3 september 1974
-
-wethouder (van onderwijs en culturele zaken) van Beverwijk, van 2 september 1958 tot januari 1972 (vanaf 1966 tevens locoburgemeester)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 11 mei 1971 tot 9 januari 1978
-
-staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen (belast met basisonderwijs en de verzorgingsstructuur), van 9 januari 1978 tot 9 september 1981
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 10 juni 1981 tot 11 september 1981
-
-staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen (belast met basisonderwijs en de verzorgingsstructuur), van 11 september 1981 tot 4 november 1982
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 16 september 1982 tot 17 mei 1994
takenpakket (bewindspersoon)
-
-Was als staatssecretaris in het eerste kabinet-Van Agt belast met zaken welke liggen op het terrein van 1. het directoraat-generaal voor het basisonderwijs; 2. de directie Verzorging, met dien verstande dat onder zijn taak niet werd gerekend de coördinatie van en de eindverantwoordelijkheid voor de innovatie.
-
-Was als staatssecretaris in het tweede kabinet-Van Agt belast met aangelegenheden op het terrein van 1. het directoraat-generaal voor het basisonderwijs; 2. de directie Verzorging, met dien verstande dat onder zijn taak niet werd gerekend de coördinatie van het beleid met betrekking tot achterstandsgroepen.
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-adviseur Doveninstituut Sint-Michielsgestel, omstreeks april 1989 en nog in maart 1993
-
-voorzitter bestuur Technische Hogeschool Rijswijk, van 1 april 1993 tot 31 januari 2002
afgeleide functies, presidia etc.
voorzitter bijzondere commissie voor de Nota Hoger Onderwijs in de Toekomst (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 30 maart 1976 tot 9 januari 1978
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Een in 1991 door hem en Tineke Netelenbos (PvdA) ingediende en aangenomen motie gaf de aanzet tot de vervanging van mavo en vbo door het vmbo
-
-Was in 1991 woordvoerder van zijn fractie bij de behandeling van het wetsvoorstel inzake de basisvorming
opvallend stemgedrag (0/4)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig)
-
-Verdedigde in 1982 met succes het wetsvoorstel Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs (ISOVSO) in de Tweede Kamer. De wet werd later door staatssecretaris Van Leijenhorst in het Staatsblad gebracht. (16.811)
-
-Kwam in 1982 met een notitie over instandhoudingsnormen voor kleinere plattelandsscholen. Lagere scholen die een koepel vormen met een kleuterschool moeten minstens 15 leerlingen hebben om te mogen blijven bestaan.
als bewindspersoon (wetgeving) (2/3)
-
-Bracht in 1981 een wet (Stb. 383) over beheersing van de huisvestingsvoorzieningen in het kleuter- en lager-onderwijs tot stand. De wet stelt met terugwerkende kracht regels voor nieuw- en vernieuwbouw van scholen vast, vanwege de verwachte leegstand van scholen door verminderde leerlingenaantallen en de komst van het basisonderwijs. Het ministerie krijgt een centrale rol bij de planvorming. (15.803)
-
-Bracht in 1981 samen met minister Pais de Wet op het basisonderwijs (Stb. 468) tot stand, waardoor kleuter- en lager onderwijs worden samengevoegd. De duur van het basisonderwijs wordt acht jaar (van (ongeveer) het vierde tot en met het twaalfde jaar). De nieuwe wet moet meer mogelijkheden bieden voor individualisering van het onderwijs en voor verbreding van de ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen. Het eigendom van bijzondere scholen gaat over van de gemeenten naar de schoolbesturen. Het wetsvoorstel was in 1977 ingediend door minister Van Kemenade. (14.428)
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
In het digitale biografisch archief van PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie van deze pagina aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, opleiding en wetenswaardigheden. Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.