Mr. E.R.H. (Robert) Regout
Katholieke Limburgse politicus en advocaat, later officier van justitie. Tweede Kamerlid voor het district Helmond en minister van Justitie in het kabinet-Heemskerk. Bracht in die functie in 1911 de Zedelijkheidswet tot stand, waarbij onder andere pornografie, homoseksuele relaties en zwangerschapsonderbreking strenger werden bestraft, en gokken werd verboden. Schreef verder de nieuwe Auteurswet op zijn naam. Tegelijkertijd minister met zijn broer Louis. Was een vlotte spreker, maar feller en scherper dan zijn broer en minder vlot in de omgang met de Kamer. Overleed voor zijn vijftigste.
Algemeene Bond (RKSP)
in de periode 1905-1913: lid Tweede Kamer, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-substituut-officier van justitie, rechtbank arrondissement Amsterdam, van 1 november 1893 tot 1 december 1903
-
-officier van justitie te Roermond, van 1 december 1903 tot 19 september 1905
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 september 1905 tot 7 juni 1910 (voor het kiesdistrict Helmond)
-
-minister van Justitie, van 7 juni 1910 tot 18 januari 1913 (benoemd bij K.B. van 14 mei 1910)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-commissaris-generaal Nederlandse afdeling op de Brusselse wereldtentoonstelling, van april 1910 tot juni 1910
-
-lid Staatscommissie voor de herziening van het Wetboek van Strafvordering (Staatscommissie-Ort), van 7 mei 1910 tot 17 juni 1910
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Sprak in de Tweede Kamer hoofdzakelijk over justitiële onderwerpen (o.a. gevangeniswezen en organisatie rechterlijke macht)
als bewindspersoon (wetgeving) (2/5)
-
-Bracht in 1912 samen met minister Talma de Octrooiwet tot stand. Hierdoor werd het mogelijk op een uitvinding octrooi te verlenen, ter bescherming van het eigendomsrecht
-
-Bracht in 1912 samen met minister Colijn de Wet inzake het militair procesrecht tot stand, waardoor dat recht werd gemoderniseerd. De krijgsraad kreeg een permanent karakter, goede omschrijving van de aanklacht was vereist, er kwam een betere regeling van het voorlopig arrest en de terechtzittingen van de krijgsraad werden openbaar. Het horen van getuigen ter zitting werd mogelijk en op alle vonnissen kwam een mogelijkheid van appèl.
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
-
-Promoveerde bij prof. T.M.C. Asser
-
-Medeoprichter van het Thijmgenootschap, de Haarlemse "Hanze" en R.K. Middenstandsbond in het bisdom Haarlem
-
-Zijn echtgenote was een kleindochter van H. van Sonsbeeck, minister
verkiezingen
-
-Werd in 1905 en 1909 bij enkelvoudige kandidaatstelling gekozen
In het digitale biografisch archief van PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie van deze pagina aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, opleiding en wetenswaardigheden. Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.