Door Turkije geboekte vooruitgang met het oog op de toetreding

woensdag 27 september 2006

Uitbreiding - 27-09-2006 - 01:09

update

Het Parlement betreurt het feit dat het hervormingsproces in Turkije het afgelopen jaar is vertraagd. Als Turkije tot de EU wil kunnen toetreden, zal het meer werk moeten maken van de hervormingen.

Het hervormingsproces: een stand van zaken

Het Parlement spreekt van aanhoudende tekortkomingen of ontoereikende vooruitgang op het gebied van met name de vrijheid van meningsuiting, godsdienstige rechten en rechten van minderheden, de civiel-militaire betrekkingen, de rechtshandhaving, de rechten van vrouwen, vakbondsrechten, culturele rechten en de snelle en correcte uitvoering van rechterlijke uitspraken. Het EP dringt er bij Turkije op aan het hervormingsproces nieuw leven in te blazen.

Het EP verwacht dat het Turkse parlement een nieuwe impuls aan het hervormingsproces zal kunnen geven door het negende pakket wetshervormingen te amenderen. Het Parlement neemt enkele suggesties van rapporteur Camiel EURLINGS (EVP-ED, NL) aan:

  • alle beperkingen worden opgeheven die tot dusver voor religieuze minderheden golden op het vlak van rechtspersoonlijkheid, de opleiding van geestelijken, werkvergunningen, scholen en intern beheer. Er wordt een passende regeling getroffen voor zaken zoals geconfisqueerde eigendommen en de instelling van vorderingen tot schadevergoeding tegen de staat wegens niet-uitvoering van rechterlijke uitspraken. Er wordt volledige vrijheid van vereniging gewaarborgd;
  • alle nog resterende bevoegdheden van de militaire rechtbanken voor de berechting van burgers worden daadwerkelijk afgeschaft.

Foltering en rechten van de vrouw

Het Parlement prijst de verbeteringen in de wetgeving die voortvloeien uit de wil van de Turkse regering om foltering uit te bannen. Daarnaast constateert het EP dat er sedert de inwerkingtreding van het nieuwe Wetboek van Strafrecht een zekere vooruitgang is geboekt op het gebied van de rechten van de vrouw. De EP-leden benadrukken echter dat de niet-eerbiediging van de vrouwenrechten in Turkije ernstige zorgen blijft baren. Er moeten verdere inspanningen worden geleverd om discriminerende praktijken en geweld tegen vrouwen uit te bannen en in meer opvanghuizen voor vrouwen in nood te voorzien. Voorts merkt het Parlement op dat er weliswaar sprake is van enige vooruitgang in de strijd tegen eergerelateerde misdrijven, aangezien de straf in dergelijke gevallen is opgevoerd tot levenslang, maar is het EP verontrust over de snelle toename van het aantal zogenaamde zelfmoorden onder vrouwen in Zuidoost-Turkije.

Rol van het leger

Het Parlement is ernstig bezorgd over de aanhoudende - om niet te zeggen weer oplevende - rol van de strijdkrachten in de Turkse samenleving. Het EP noemt een duidelijke constitutionele scheiding tussen de taken van de civiele en militaire overheid in Turkije een conditio sine qua non voor serieuze onderhandelingen over de Turkse toetreding tot de EU.

Vluchtelingenproblematiek

Het EP is bezorgd over het aantal asielzoekers uit Turkije dat in 2005 zijn toevlucht heeft gezocht in de geïndustrialiseerde landen. Volgens het Parlement heeft Turkije ofwel wat betreft de bewaking van zijn grenzen, ofwel op het gebied van justitie en de bescherming van de mensenrechten zwak gepresteerd. Het EP erkent desalniettemin dat er in de jaren 2001-2005 ook vooruitgang is geboekt, aangezien het aantal asielzoekers uit Turkije over die periode met 65% is teruggelopen tot iets meer dan 10.000 in 2005.

De positie van minderheden

Het Parlement roept op tot de bescherming en erkenning van de Alevieten, met inbegrip van de erkenning van Cem-huizen als religieuze centra. Het EP roept ook op tot de bescherming van de fundamentele rechten van alle christelijke minderheden en gemeenschappen in Turkije. Het Parlement hoopt dat het komende bezoek van paus Benedictus XVI aan Turkije zal bijdragen tot de versterking van de interreligieuze en interculturele dialoog tussen christendom en islam. Wat de Koerden betreft, is het Parlement verheugd over de start van uitzendingen in het Koerdisch, hetgeen kan worden beschouwd als een belangrijke stap, mits alle beperkingen worden opgeheven en er speciale, door en voor de Koerdische gemeenschappen geproduceerde programma's komen, teneinde de Koerden in staat te stellen hun culturele en onderwijsrechten vrij uit te oefenen.

Het EP veroordeelt met klem het opnieuw oplaaien van het terroristische geweld van de kant van de PKK. Volgens het Parlement is er geen enkele rechtvaardiging voor het geweld dat in verschillende delen van het land tegen Turkse burgers is gebruikt. De EP-leden betuigen hun solidariteit met Turkije in zijn strijd tegen het terrorisme en verzoeken de PKK een onmiddellijk staakt-het-vuren af te kondigen. De leden doen een beroep op de Turkse regering om te laten zien dat zij een politieke oplossing voor de Koerdische kwestie wil vinden door besprekingen te beginnen met de legale, pro-Koerdische Partij voor een democratische samenleving, die heeft opgeroepen tot een staakt-het-vuren en een politieke dialoog.

De Armeense genocide

Het Parlement noemt de erkenning door Turkije van de Armeense genocide niet langer een voorwaarde voor toetreding tot de Europese Unie. Volgens het EP behoort erkenning van de Armeense genocide als zodanig formeel niet tot de criteria van Kopenhagen, maar is het onontbeerlijk dat een land dat op weg is naar het lidmaatschap, zijn geschiedenis onder ogen ziet. Het EP dringt er bij Turkije en Armenië op aan hun verzoeningsproces voort te zetten en in een voor beide kanten aanvaardbaar voorstel te laten uitmonden. Het EP is blij dat in Turkije ten minste een begin is gemaakt met de discussie over de pijnlijke geschiedenis met Armenië.

Cyprus

De europarlementariërs zijn teleurgesteld over het feit dat Turkije ondanks zijn contractuele verplichtingen nog steeds beperkingen handhaaft ten aanzien van onder Cypriotische vlag varende schepen, waaraan de toegang tot Turkse havens wordt geweigerd. Dit geldt ook voor Cypriotische vliegtuigen, waaraan de toegang tot het Turkse luchtruim en landingsrechten op Turkse luchthavens worden geweigerd. Het Parlement herinnert Turkije eraan dat de erkenning van alle lidstaten, met inbegrip van de Republiek Cyprus, een noodzakelijk onderdeel van het associatieproces vormt. Volgens het EP zou de terugtrekking van de Turkse soldaten uit Noord-Cyprus de hervatting van inhoudelijke onderhandelingen kunnen bevorderen. Het Parlement roept de Turkse regering er dan ook toe op in overeenstemming met de resoluties van de VN de Turkse troepen spoedig terug te trekken.

Opschorten onderhandelingen bij onvoldoende vooruitgang mensenrechten

De Assemblee betreurt de veroordeling van Hrant Dink op 12 juli 2006 door het Hof van Cassatie op grond van artikel 301 van het Turkse wetboek van Strafrecht. Het Parlement herinnert Turkije eraan dat de Europese Commissie nog in 2006 verslag zal doen van de volledige tenuitvoerlegging door Turkije van het Protocol van Ankara en dat een gebrek aan vooruitgang in dit verband ernstige gevolgen zal hebben voor het onderhandelingsproces en dit zelfs tot stilstand zou kunnen brengen. Het EP wijst er nogmaals op dat de Commissie in geval van een ernstige en voortdurende schending van de beginselen van democratie, de inachtneming van mensenrechten en fundamentele vrijheden, de beginselen van de rechtsstaat en de beginselen van het internationaal recht, de Raad kan aanbevelen de onderhandelingen op te schorten, waarna de Raad met een gekwalificeerde meerderheid een besluit neemt.

Opnamevermogen van de Unie

Het EP herinnert er ten slotte aan dat het vermogen van de Unie om Turkije op te nemen en tegelijk de dynamiek van de Europese integratie te behouden, ook een belangrijke overweging is in het algemeen belang van zowel de Unie als Turkije. Het Parlement ziet in dit verband uit naar het verslag dat de Europese Commissie voor de bijeenkomst van de Europese Raad in december 2006 zal indienen over de opnamecapaciteit van de Unie.

DEBAT

De rapporteur

Camiel EURLINGS (EVP-ED, NL) wil billijk en eerlijk, maar ook streng zijn. Er is nog reden tot kritiek. De conclusie van Eurlings' verslag is, dat het EP betreurt dat het hervormingstempo is vertraagd. Er is de laatste paar jaar eigenlijk niets meer gebeurd. Wat de vrijheid van meningsuiting betreft: artikel 301 van het nieuwe Wetboek van Strafrecht is een probleem, het moet worden gewijzigd of geschrapt. Ook op het gebied van godsdienstvrijheid moet nog veel gebeuren. Nog steeds worden eigendommen van kloosters en kerken afgenomen. Deze bezittingen moeten worden teruggegeven en er moeten weer opleidingen komen voor geestelijken van minderheidskerken.

Eurlings veroordeelt terroristische daden van de zijde van de PKK, maar dringt er bij Turkije op aan initiatieven te nemen voor de economische ontwikkeling van het zuid-oosten. Met betrekking tot Cyprus merkt de rapporteur op dat Turkije vóór 2006 uitvoering dient te geven aan het douaneprotocol met de EU. Turkije moet zich niet tevreden stellen met hier of daar een handtekening, maar moet het akkoord daadwerkelijk uitvoeren. Wat de Armeense genocide betreft, heeft Eurlings in paragraaf 50 een beoordeling opgenomen die eerlijk en kritisch is. Eurlings begrijpt dat de erkenning van de genocide geen officiële voorwaarde voor toetreding is, maar zegt dat het wel mogelijk moet zijn om onderzoek naar de genocide te doen.

Namens de commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid

Emine BOZKURT (PES, NL)

Helaas is het rapport Eurlings door toedoen van diegenen die tegen toetreding van Turkije zijn, een teleurstelling geworden, niet in de laatste plaats voor de vrouwen in Turkije. Turkije heeft op het gebied van vrouwenrechten vorderingen geboekt. Het verslag Eurlings is echter negatief, naar inhoud en naar vorm en helpt de hervormingen in Turkije niet verder. Neem ook succesvolle hervormingen in het rapport op, alsmede de eerste stappen van Turkije om in het reine te komen met zijn verleden. Schrap alle verwijzingen naar een gepriviligieerd partnerschap.

Fractiewoordvoerders

Elmar BROK (EVP-ED, DE) roemt Eurlings' evenwichtige verslag. De onderhandelingen zijn gaande en verlopen constructief. Maar, het tempo van de hervormingen is vertraagd. Turkije moet meer doen aan godsdienstvrijheid, vrijheid van meningsuiting, mensenrechten en de bescherming van minderheden. De feiten moeten op tafel worden gelegd. Als niet voldaan is aan de voorwaarden, dan is er een groot probleem. Aan de politieke criteria moet worden voldaan. Dit jaar nog moeten deze problemen worden opgelost, anders is de EU niet langer geloofwaardig.

Jan Marinus WIERSMA (PES, NL) vindt dat Turkije aan de EU moet worden gebonden en de hervormers in het land moeten worden ondersteund. Het onderhandelingsproces is de beste manier om het proces van hervormingen te begeleiden. Het einddoel, EU-lidmaatschap, mag niet uit het oog worden verloren. De PES heeft amendementen ingediend om het rapport evenwichtiger te maken. Speculatie over alternatieve associëringsvormen doen het proces geen goed. Wiersma merkt op dat de huidige institutionele kaders niet toereikend zijn voor verdere uitbreidingen van de Unie na Roemenië en Bulgarije. Wiersma is het eens met de opmerkingen van Eurlings over de Armeense genocide: de Turkse regering moet worden aangespoord om de genocide te erkennen, maar erkenning is geen onderdeel van de Kopenhagencriteria.

Andrew DUFF (ALDE/ADLE, UK) is het eens met Bozkurt en Wiersma. De resolutie is nu uit balans. De Europese kritiek moet opbouwend zijn en moet hervormingen mogelijk maken en niet frustreren. De ontplooiing van Turkse soldaten onder Frans commando in Libanon zal hopelijk een keerpunt betekenen voor de toekomst van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid.

Joost LAGENDIJK (GROENEN/EVA, NL) heeft een groot probleem met het verslag Eurlings. Lagendijk steunt de kritiek aan het adres van de Turkse regering. Artikel 301 moet inderdaad uit het Wetboek van Strafrecht worden gehaald. Maar het verslag vliegt uit de bocht. Erkenning van de Armeense genocide wordt als een voorwaarde voor toetreding gepresenteerd. Ten aanzien van Cyprus wordt vergeten dat Cyprus zelf ook een verantwoordelijkheid heeft. Lagendijk is blij dat Eurlings bereid is om de pogingen te steunen om het rapport terug te brengen tot zijn oorspronkelijke vorm. Het is van groot belang de hervormingsgezinde krachten in Turkije te helpen. Het verslag is in zijn huidige vorm juist een duwtje in de rug van diegenen in Turkije die tegen de hervormingen en tegen EU-toetreding zijn.

Volgens Vittorio Emanuele AGNOLETTO (EVL/NGL, IT) moeten de mensenrechten centraal staan. Hierbij is van belang hoe Turkije omgaat met de Koerdische kwestie. Terrorisme moet worden veroordeeld, maar men kan toch niet zeggen dat een hele bevolking terroristisch is? Er zijn politieagenten die zelf een aanslag hebben gepleegd, maar die daar niet verantwoordelijk voor worden gehouden. Behalve Pamuk en Shafak zijn er nog tachtig schrijvers en journalisten die berecht worden wegens belediging van de Turkse identiteit.

Het verslag over Turkije doet Konrad SZYMA?SKI (UEN, PL) de rillingen over de rug lopen. Wat gebeurt er met de christelijke minderheden in Turkije? Ook de reactie op wat de paus heeft gezegd, geeft aan dat Turkije stappen terug zet. Het zou goed zijn voor beide partijen om andere opties dan het lidmaatschap te overwegen. Het zijn niet de Oekraïners, maar de Turken die asiel aanvragen in de EU.

Bas BELDER (IND/DEM, NL)

Zoals bekend ballen de anti-Europese krachten in Turkije zich samen in intransparante staatsstructuren (nationalistische kringen in leger, politie, gendarmerie, veiligheidsdiensten). In hoeverre blokkeren deze krachten, vraagt Belder aan de Raad en de Commissie, de huidige toetredingsonderhandelingen? Hardnekkige speculaties brengen de omineuze "diepe staat" in direct verband met de moord op de Italiaanse geestelijke Andrea Santoro in Trabzon februari dit jaar. Dat brengt Belder bij de ronduit vernederende positie van de christelijke kerken in Turkije. Hun voorgangers en leden worden als buitenlanders beschouwd, contacten tussen kerken en overheid verlopen via het ministerie van Buitenlandse Zaken. Belder wil op dit punt van de Raad en de Commissie actie zien. Of maakt de vrees voor een islamistische opmars in Turkije de Raad en de Commissie terughoudend ten aanzien van de insistering op volledige godsdienstvrijheid in het land?

Overige spreker

Philip CLAEYS (NI, BE)

De Europese Unie is een Europees project, de naam zegt het al. Turkije is een islamitisch land met een patriarchale structuur. De EU kan best zeggen wie de baas is in de onderhandelingen, maar Turkije stelt nu zelf voorwaarden. De regeringen van de lidstaten willen hun hoofd niet stoten. Over Cyprus wordt een gang naar het Hof van Justitie gemaakt en de gevoelige dossiers worden tot het laatst bewaard zodat men dan kan zeggen, dat we niet meer terug kunnen. Waar is de geloofwaardigheid van de EU?

Procedure: Initiatief / Debat: 26 september 2006 / Stemming: 27 september 2006 / Verslag aangenomen (429-71-125)

 

REF.: 20060922IPR10896