J. (Jan) Schilthuis
Sympathieke Groningse graanhandelaar die vóór 1945 de VDB in de Tweede Kamer vertegenwoordigde en nadien PvdA-Tweede Kamerlid was. Werkte enige jaren in het buitenland en was daarna mededirecteur van een handelscompagnie in Rotterdam. Was als Kamerlid woordvoerder vervoersaangelegenheden en economische zaken, leidde twee jaar de parlementaire enquêtecommissie regeringsbeleid 1940-1945 en was ondervoorzitter van de Tweede Kamer. Beschikte over een grote werkkracht. Als consul-generaal had hij een speciale band met Zuid-Afrika.
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-lid graanhandelsfirma N.V. "Schilthuis' Handelsvereeniging", van 1916 tot 1922 (firma geliquideerd)
-
-mededirecteur graanhandelsfirma c.v. "Schilthuis' Amerikaansche Handelscompagnie" te Rotterdam, van 1922 tot 1936 (firma geliquideerd)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 13 juni 1933 tot 3 juli 1956
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
-
-lid Raad voor de Emigratie, vanaf 6 november 1952
-
-lid Commissie Vergunningen Goederenvervoer, omstreeks 1956
afgeleide functies, presidia etc. (2/8)
-
-eerste ondervoorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 5 november 1952 tot 21 september 1954
-
-voorzitter parlementaire enquêtecommissie regeringsbeleid 1940-1945 (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 18 september 1952 tot 8 juli 1954
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
-
-Sprak in de Tweede Kamer vooral over economische aangelegenheden (onder meer Winkelsluitingswet, kinderbijslag kleine zelfstandigen) en aangelegenheden betreffende vervoer (binnenvaart, wegvervoer, scheepvaart). Daarnaast sprak hij over financiën en emigratie. Vóór 1940 was hij defensie-woordvoerder van de VDB-fractie.
-
-In de jaren 1946-1948 woordvoerder van de PvdA over het 'Duitse vraagstuk' (herstelbetalingen, grenscorrecties etc.)
opvallend stemgedrag (0/2)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
-
-Werd in november 1952 tot eerste ondervoorzitter gekozen, nadat A.M. Joekes de Kamer had verlaten
-
-Werd in september 1953 als tweede op de voordracht voor het Tweede Kamervoorzitterschap gezet
-
-Moest het voorzitterschap van de enquêtecommissie opgeven door ziekte
uit de privésfeer (3/4)
-
-Medeoprichter van het tijdschrift "Economisch-Statistische Berichten"
-
-Zijn vader was lid van Gedeputeerde Staten van Groningen (1909-1935)
-
-Zijn eerste echtgenote was een Amerikaanse
niet-aanvaarde politieke functies
-
-lid Eerste Kamer, september 1935
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
In het digitale biografisch archief van PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie van deze pagina aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, opleiding en wetenswaardigheden. Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.