Machtige vrouwen

29 oktober 2010, column Bert van den Braak

In het feministische maandblad Opzij werd recentelijk koningin Beatrix uitgeroepen tot machtigste vrouw van Nederland. Hoewel dit soort lijstjes vooral een amusementswaarde hebben, besteedde de pers - blijkbaar bij gebrek aan echt nieuws - er relatief veel aandacht aan. Als publiciteitsstunt was de 'verkiezing' dus goed geslaagd.

Voor wat de inhoudelijke kant betreft zijn er evenwel de nodige kanttekeningen te maken. Ten eerste is niet geheel duidelijk om welke macht het nu precies gaat. Uit de motivering zou kunnen worden afgeleid dat het om 'politieke' macht gaat, maar vorig jaar won de voorzitter van de grootste vakcentrale de 'verkiezing', en die speelt toch hoogstens een bijrol in de politiek. Het gaat dan vermoedelijk niet zozeer om een machtige vrouw, maar om een vrouw die een 'machtige' positie bekleedt.

Als krachtig argument voor de 'politieke' macht van de koningin werd haar rol in de formatie genoemd, meer in het bijzonder de benoeming van Ruud Lubbers tot informateur. Na het mislukken van 'Paars plus', een optreden van Tjeenk Willink als informateur en de eerdere rol die een liberaal (Rosenthal) en een sociaaldemocraat (Wallage) in de formatie speelden, lag aanwijzing van een christendemocraat voor de hand. Van de huidige ministers van staat komt Lubbers (die ook in 2006 informateur was) dan al snel in beeld. Hoezo was dat opmerkelijk? In het verdere verloop leek de koningin bovendien eerder voor voldongen feiten te zijn geplaatst, dan leidend te zijn. Er is voor het staatshoofd hoogstens sprake van enige invloed, maar zeker niet van macht.

De conclusie die vooral uit het lijstje kan worden getrokken, is dat vrouwen in Nederland in het geheel geen machtige politieke functies bekleden. Onder het vorige kabinet werd de tweede regeringsfractie (van de PvdA) geleid door een vrouw (Mariëtte Hamer) en haar kon enige macht worden toebedacht. De huidige vrouwelijke fractievoorzitters in de Tweede Kamer, Femke Halsema en Marianne Thieme, kunnen moeilijk als 'machtig' worden getypeerd. Dat geldt evenmin voor Tweede Kamervoorzitter Gerdi Verbeet, die wel een belangrijke functie bekleedt, maar daaraan toch weinig 'macht' ontleent.

Als je het over machtige vrouwen hebt, dan denk je dan eerder aan Angela Merkel, Iveta Radicová of Mari Kiviniemi (premier van Finland). Met 11 van de 20 ministersposten vormen vrouwen sowieso een machtsfactor van betekenis in het Finse kabinet. Overigens zijn ook in het Zwitserse kabinet momenteel vrouwen in de meerderheid.

De drie vrouwen in het kabinet-Rutte bekleden de posten Onderwijs, Volksgezondheid en 'Infrastructuur en Milieu' die in andere EU-landen ook vaak aan vrouwen worden toebedeeld. Zo zijn 12 van de 27 EU-ministers van Onderwijs vrouw en zijn er 8 vrouwelijke ministers van Volksgezondheid. In andere sectoren (buitenland, financieel-economisch) komen vrouwen minder aan bod. Alleen Spanje heeft (zeer recent) een vrouwelijke minister van Buitenlandse Zaken gekregen en dat land heeft ook (net als Denemarken en Litouwen) een vrouwelijke minister van Defensie. Vrouwelijke ministers van Financiën zijn er alleen in Frankrijk, Spanje en Litouwen. In Nederland werden de posten Buitenlandse Zaken, Defensie, Financiën (en Sociale Zaken) nog nimmer door een vrouw bekleed, en dat geldt eveneens voor het minister-presidentschap.

In de 27 landen van de EU gezamenlijk zijn van de 451 ministers er 107 vrouw. Naast Finland 'scoren' ook België (5 van de 14), Zweden (11 van de 23), Denemarken (9 van de 19) en Spanje (7 van de 17) goed qua aantallen vrouwen. Hongarije, Tsjechië en Estland hebben in het geheel geen vrouwelijke ministers. Opvallend is het geringe aantal vrouwelijke ministers (slechts 3 van de 25) in het Verenigd Koninkrijk. Verder hebben Finland, Ierland, Litouwen een vrouwelijke president. Hun macht is, evenals die van de koninginnen Margaretha, Elizabeth II en - zoals eerder aangegeven - onze eigen Beatrix, evenwel beperkt.

Als volgend jaar opnieuw een 'verkiezing' plaatsvindt, kan de jury het beste de dames Edith Schippers, Marja van Bijsterveldt en Melanie Schultz van Haegen gezamenlijk op nummer één zetten. Zij maken immers deel uit van het machtigste politieke lichaam van ons land: de ministerraad. Dat zij samen in het nieuwe kabinet slechts een vierde van de zetels bezetten - een duidelijke trendbreuk -, geeft wel goed aan hoe het momenteel (of beter: nog altijd) staat met de politieke 'macht'



Andere recente columns