Vragen en antwoorden: Gezamenlijke mededeling: Elementen voor een EU-strategie voor Syrië

Elementen voor een EU-strategie voor Syrië

Vragen en antwoorden: Gezamenlijke mededeling: Elementen voor een EU-strategie voor Syrië

Waarom wordt deze gezamenlijke mededeling nu gepresenteerd?

Vooreerst heeft de situatie in Syrië zich ontwikkeld sinds de laatste herziening van de regionale EU-strategie voor Syrië en Irak, evenals de dreiging die uitgaat van IS/Da‘esh. Het deel van de regionale strategie dat betrekking heeft op Syrië, moest worden aangepast aan de nieuwe realiteit en de verschillende situatie van het conflict, die ook de politieke en humanitaire inzet van de EU in Syrië bepalen.

Daarnaast beschrijft de gezamenlijke mededeling de grotere rol van de EU in Syrië, door bij te dragen tot een duurzame politieke oplossing binnen het bestaande VN-kader, tot het opbouwen van weerbaarheid en stabiliteit in het land, en tot steun voor de wederopbouw na een akkoord, zodra een geloofwaardig proces van politieke overgang gaande is. Dit is tevens in overeenstemming met de oproep van voorzitter Juncker voor een grotere rol van de Europese Unie inzake Syrië in zijn State-of-the-Union-speech van september 2016.

De EU doet al veel, zowel in politiek opzicht als wat betreft humanitaire en niet-humanitaire hulp, en zal dit blijven doen, om levens te redden, om de meest hulpbehoevenden bij te staan en zodat de vrede in Syrië kan terugkeren.

Is het einde van het conflict in zicht?

Een van de belangrijkste doelstellingen van de EU is om een einde te maken aan dit conflict. Een permanente en duurzame uitweg is alleen mogelijk in de vorm van een politieke oplossing op basis van Resolutie 2254 van de VN-Veiligheidsraad, die tot stand komt via het onderhandelingsproces van Genève tussen de Syrische partijen onder leiding van speciaal VN-gezant Staffan de Mistura.

Wij kunnen niet voorspellen wanneer er een akkoord zal worden bereikt, maar wij kunnen wel het VN-proces ondersteunen dat gericht is op de bevordering daarvan. Dit is wat de gezamenlijke mededeling voorstelt, ter versterking van de lopende diplomatieke en politieke werkzaamheden van de EU, met name de lopende politieke dialoog met de regionale actoren in het kader van het regionale EU-initiatief inzake de toekomst van Syrië, die gericht is op rechtstreekse steun aan en input voor de door de VN geleide politieke besprekingen.

Wij moeten ons voorbereiden op de fase na het bereiken van een akkoord, zodat wij paraat staan om concrete resultaten te boeken wanneer het moment daar is.

Hoe ziet de toekomst in Syrië eruit?

Wij kunnen niet vooruitlopen op de toekomst voor Syrië of deze vooraf bepalen. Die toekomst kan alleen door de Syriërs zelf worden bepaald en dit vormt momenteel het voorwerp van de besprekingen tussen de Syrische partijen in Genève onder leiding van speciaal VN-gezant Staffan de Mistura.

Wij kunnen niet anders dan deze door de VN geleide besprekingen ondersteunen met het oog op een duurzame oplossing die aanvaardbaar is voor de internationale gemeenschap en die in overeenstemming moet zijn met Resolutie 2254 van de VN-Veiligheidsraad en het communiqué van Genève. In Resolutie 2254 van de VN-Veiligheidsraad zijn parameters vastgelegd die als leidraad moeten dienen voor de besprekingen in Genève. De vierde ronde van de besprekingen tussen de Syrische partijen in Genève in februari 2017 heeft drie pakketten vastgesteld voor toekomstige onderhandelingen, in overeenstemming met Resolutie 2254 van de VN-Veiligheidsraad, nl. over goed bestuur, de grondwet en verkiezingen, naast een bijkomend pakket waarin terrorismebestrijding kan worden besproken.

De politieke dialoog met de belangrijkste regionale actoren in het kader van het regionale EU-initiatief inzake de toekomst van Syrië is ook bedoeld om een consensus te bereiken over het uiteindelijke streefdoel voor Syrië en de voorwaarden voor verzoening en wederopbouw. Dit werk beoogt verder bij te dragen tot een akkoord binnen het vredesproces tussen de Syrische partijen.

Een politieke oplossing is de enige manier om IS/Da‘esh op termijn doeltreffend te bestrijden. Anders zullen zij altijd blijven profiteren van de oorlog en de oorlogseconomie.

Wat heeft de EU tot op heden gedaan om de Syrische bevolking te helpen?

De EU is de eerste en grootste donor van internationale hulp in verband met de Syrische crisis. De EU en de lidstaten hebben sinds 2011 samen meer dan 9,4 miljard euro gemobiliseerd voor humanitaire hulp, ontwikkeling, economische steun en stabilisering.

Via onze humanitaire hulp in Syrië bereiken wij miljoenen mensen overal in het land, te beginnen met eerstelijnsnoodhulp. Wij helpen onze humanitaire partners om hulp te verlenen vanaf het moment dat mensen op de vlucht slaan.

Dankzij de levensreddende humanitaire hulp van de Europese Commissie is sinds het begin van de crisis het volgende bereikt:

  • ongeveer 2 miljoen mensen kregen toegang tot schoon drinkwater, sanitaire voorzieningen en toiletartikelen;
  • meer dan 4 miljoen mensen kregen medische hulp;
  • 850 000 mensen kregen voedselhulp;
  • 1 miljoen mensen kregen essentiële hulpmiddelen en onderdak;
  • 350 000 kinderen kregen bescherming;
  • meer dan 2 miljoen kinderen onder de vijf jaar werden tegen polio gevaccineerd, en meer dan 500 000 kinderen onder de leeftijd van één jaar werden in het kader van reguliere inentingsprogramma's behandeld;
  • duizenden buitenschoolse kinderen hebben kunnen profiteren van onderwijs in het kader van noodprogramma's.

Onze prioriteit bij het verlenen van humanitaire hulp zijn de kwetsbaarste Syriërs in eigen land, maar ook in de buurlanden Jordanië, Libanon en Turkije.

In Jordanië heeft de EU in 2016 humanitaire hulp verleend aan 350 000 Syrische vluchtelingen.

Sinds het begin van de crisis heeft de Europese Commissie meer dan 251 miljoen euro alleen al aan humanitaire hulp verstrekt, in de vorm van gezondheidszorg, voedsel, basisbehoeften, voorbereiding op de winter, onderdak, onderwijs, water en sanitaire voorzieningen, psychologische ondersteuning en bescherming van vluchtelingen in kampen en steden. De verstrekking van basisdiensten in dorpen en steden in het hele land komt ook ten goede aan kwetsbare Jordaanse families.

Een voorbeeld: Sinds 2012 heeft Unicef in totaal 24 miljoen euro van de Europese Commissie gekregen voor de bescherming van kinderen, water en sanitaire voorzieningen en het cashprogramma. Sinds februari 2015 betaalt Unicef voor ongeveer 56 000 kinderen uit 15 750 van de kwetsbaarste Syrische vluchtelingengezinnen in gastgemeenschappen 20 Jordaanse dinar per kind per maand.

In Libanon bereikte de humanitaire hulp van de EU via haar partners in 2016 ongeveer 665 000 Syrische vluchtelingen.

Sinds 2012 heeft de Europese Commissie 356,1 miljoen euro aan humanitaire financiering aan Libanon verstrekt, vooral voor de kwetsbaarste vluchtelingen. Dit bedrag omvat 87 miljoen euro voor 2016.

De humanitaire financiering van de EU is gebruikt voor informeel onderwijs, cashprogramma's, levensreddende tweedelijnsgezondheidszorg, onderdak, water en sanitaire voorzieningen, om de leefomstandigheden van gezinnen te verbeteren. Bescherming blijft een cruciale sector, met de verlening van advies, juridische bijstand en hulp aan slachtoffers van geweld.

In totaal heeft de EU meer dan 2.4 miljard euro gemobiliseerd voor niet-humanitaire steun om in te spelen op de Syrische crisis in Syrië en in de regio sinds 2011.

Binnen Syrië verstrekt de EU 327 miljoen euro aan niet-humanitaire bijstand via verschillende instrumenten ter versterking van de weerbaarheid van de Syrische bevolking. In het kader van het Europees nabuurschapsinstrument[1] zijn binnen Syrië maatregelen in verschillende sectoren gefinancierd, zoals onderwijs, bestaansmiddelen, lokaal bestuur, gezondheidszorg en maatschappelijk middenveld.

Hiermee wordt beoogd het Syrische menselijke kapitaal te behouden, de toegang tot basisdiensten te verbeteren en de capaciteit van lokale maatschappelijke organisaties te vergroten. In het kader van het instrument voor vrede en stabiliteit [2] en het Europees instrument voor democratie en mensenrechten[3] verleent de EU steun aan het maatschappelijk middenveld en mensenrechtenactivisten in Syrië. Via het instrument voor ontwikkelingssamenwerking[4] worden ook projecten in Syrië ondersteund om de voedselzekerheid van de Syrische bevolking te vergroten.

De EU heeft een Faciliteit voor vluchtelingen in Turkije opgezet, met in totaal een budget van 3 miljard euro voor 2016-2017, ter bevordering van de bestaansmiddelen, de sociaal-economische perspectieven en de onderwijsmogelijkheden van vluchtelingen in Turkije op langere termijn.

De EU heeft ook een regionaal trustfonds voor de Syrische crisis[5] opgericht, met 932 miljoen euro aan bijdragen van 22 lidstaten en Turkije. Dit komt bovenop de rechtstreekse financiering uit de EU-begroting die tot dusver wordt gebruikt voor Syriërs en gastgemeenschappen in de regio.

Dankzij de EU-financiering konden de leefomstandigheden van Syriërs worden verbeterd, met name op het gebied van onderwijs. Zo kregen 663 000 kinderen en jongeren uit vluchtelingen- en gastgemeenschappen in Turkije, Libanon en Jordanië toegang tot degelijk basisonderwijs, bescherming en psychosociale ondersteuning. Op het gebied van hoger onderwijs biedt het "HOPES"-project beurzen, advies en taaltraining aan ongeveer 250 000 Syrische jongeren uit vluchtelingen- en gastgemeenschappen in Jordanië, Libanon, Egypte, Irak en Turkije. In Turkije zijn 70 nieuwe scholen gebouwd en ingericht.

Wat houdt de "whole of Syria"-benadering in?

De "whole of Syria"-benadering betekent dat de problemen van mensen in het hele land worden aangepakt, zonder te kijken tot welke politieke, etnische of religieuze groep mensen behoren. Dit concept is door de VN ontwikkeld en wordt gevolgd door alle humanitaire hulpverleners in Syrië om ervoor te zorgen dat eerst en vooral wordt voorzien in de reële en dringendste behoeften van de bevolking. In het kader van de “whole of Syria”-benadering wordt ook niet-humanitaire hulp van de EU aan de burgerbevolking verstrekt, in overeenstemming met de politieke richtsnoeren van de conclusies van de Raad van mei 2016[6].

Hoe denkt de EU te kunnen bijdragen aan de wederopbouw terwijl het conflict nog in volle gang is?

De EU heeft altijd duidelijk gesteld dat zij niet kan bijdragen aan de wederopbouw van het land totdat een brede, echte en inclusieve politieke overgang in gang is gezet. De betrokkenheid van de EU bij de wederopbouw is dus gekoppeld aan een politieke oplossing van het conflict op basis van Resolutie 2254 van de VN-Veiligheidsraad en het communiqué van Genève. In de gezamenlijke mededeling wordt echter uiteengezet op welke terreinen de EU samen met andere internationale instellingen zoals het IMF en de Wereldbank alvast kan beginnen met de voorbereiding van steun voor wederopbouw na een akkoord, die geleidelijk zou worden verstrekt en uitsluitend wanneer concrete, meetbare vooruitgang wordt geboekt. Hierbij gaat het onder meer om:

  • Opheffen van beperkende maatregelen: De EU zou de beperkende maatregelen tegen Syrië kunnen herzien om snel herstel en wederopbouw te bevorderen.
  • Hervatten van de samenwerking: De EU zou de bilaterale samenwerkingsbetrekkingen met de Syrische regering kunnen hervatten en de passende instrumenten in het kader van het EU-nabuurschapsbeleid en andere programma's kunnen mobiliseren om de economie te stimuleren en de problemen op het gebied van goed bestuur en verantwoordingsplicht aan te pakken.
  • Mobilisering van financiering: Wanneer een reële en brede politieke overgang in gang is gezet, is de EU bereid om bij te dragen aan de wederopbouw van Syrië en om middelen van andere internationale donoren te mobiliseren en aan te trekken. Het regionale EU-trustfonds voor de Syrische crisis zou een belangrijke rol moeten spelen in het bundelen en kanaliseren van de financiering van de EU, de lidstaten en andere donoren.

Om klaar te staan om snel en doeltreffend op te treden wanneer het geschikte moment komt, moeten de voorbereidingen van tevoren beginnen.

Welke rol kan de EU spelen zodra er een politiek akkoord wordt bereikt?

Wanneer een omvattende, reële en inclusieve politieke overgang gaande is, zal de EU het voortouw nemen bij de collectieve inspanningen voor wederopbouw, samen met andere partners, zoals de Verenigde Naties, het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank.

De EU blijft betrokken bij en bijdragen tot de planningsactiviteiten van de overkoepelende VN-taskforce, die inventariseert welke multisectorale steunmaatregelen tijdens de eerste zes maanden na een vredesakkoord nodig zullen zijn ter ondersteuning van het politieke proces en de structuren van de overgangsregering. Ook worden de bestaande EU-VN-beoordelingen van de schade en de behoeften in een aantal Syrische steden momenteel geactualiseerd om ervoor te zorgen dat de behoeften van de bevolking worden geïntegreerd in de wederopbouwactiviteiten. De EU streeft ook naar integratie met gelijkaardige parallelle inspanningen van de Wereldbank. Deze werkzaamheden effenen de weg voor de fase na een akkoord en verminderen de tijd die nodig is voor de uitvoering van een gezamenlijke evaluatie van herstel en vredesopbouw tussen de EU, de Wereldbank en de Verenigde Naties, ter ondersteuning van de plannen voor herstel en wederopbouw op de langere termijn van de structuren van de overgangsregering.

De EU kan zich met talrijke gebieden bezighouden: van goed bestuur en het opstellen van een nieuwe grondwet, tot de hervorming van de veiligheidssector, werkgelegenheid, de vrijwillige, veilige en waardige terugkeer van vluchtelingen en intern ontheemden, de bevordering van Syrisch menselijk kapitaal door dienstverlening en onderwijs, maar ook andere gebieden zoals ontmijning, samenwerking met de nieuwe autoriteiten op verschillende gebieden, en de bescherming van cultureel erfgoed. De gezamenlijke mededeling bevat een korte beschrijving van de belangrijkste terreinen waarop de EU actief zou kunnen zijn.

Hoe wordt gezorgd voor overgangsjustitie en vervolging van oorlogsmisdaden?

Tijdens en na het conflict zal de EU steun blijven verlenen voor initiatieven voor overgangsjustitie om ervoor te zorgen dat verantwoording wordt afgelegd over oorlogsmisdaden en schendingen van de mensenrechten en het internationale humanitaire recht. Dit omvat ook het bevestigde gebruik van chemische wapens en steun voor het onderzoeken van oorlogsmisdaden op nationaal en internationaal niveau. Deze inspanningen gaan gepaard met steun voor psychosociale hulp en een proces van verzoening in het hele land.

Wat gebeurt er met de sancties?

De EU handhaaft haar beperkende maatregelen tegen Syrische individuen en entiteiten die het regime steunen zolang de repressie tegen burgers doorgaat. Ook de maatregelen tegen bepaalde sectoren van de Syrische economie worden zo lang als nodig gehandhaafd. De bestaande sancties worden indien nodig verder uitgebreid. De EU toetst het effect van de sancties voortdurend en overweegt regelmatig opties om eventuele ongewenste consequenties te verzachten.

[1] http://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/HTML/?uri=CELEX:32014R02 32&from=EN

[2] http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32014R0230&rid=1

[3] http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32014R0235&rid=1

[4] http://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/HTML/?uri=CELEX:32014R02 33&from=EN

[5] https://ec.europa.eu/neighbourhood-enlargement/sites/near/files/20161220-eutf-syria_0.pdf

[6] Daarin wordt met name verklaard (§6) dat de EU haar collectieve werkzaamheden zal versterken met het oog op […] meer bijstand, in de vorm van grensoverschrijdende bijstand gecombineerd met steun vanuit Syrië zelf, met als doel de hulpverlening in te passen in een grotere inspanning om de noden van de bevolking in geheel Syrië te lenigen en plaatselijke weerbaarheid op te bouwen.

MEMO/17/560