Periode 1848-1872: het tijdperk van Thorbecke

In 1848 komt een belangrijke grondwetsherziening tot stand, waardoor het regeringsstelsel drastisch verandert. Voortaan is niet langer de koning, maar zijn de ministers verantwoordelijk voor het beleid. De jaren na 1848 zijn er afwisselend gematigd liberale kabinetten (1848-1849, 1858-1862), conservatieve kabinetten (1853-1858 en 1866-1868) en liberale kabinetten (1849-1853, 1862-1866 en 1868-1872). Zowel in de liberale kabinetten als in de Tweede Kamer is Thorbecke de grote man.

Periode 1939-1945: Oorlogskabinetten

Deze periode wordt geheel beheerst door de internationale toestand. De herbewapening en annexatiedrift van Nazi-Duitsland mondden in 1939 uit in de Tweede Wereldoorlog. Na de val van het vijfde kabinet-Colijn was dat jaar een kabinet-De Geer aangetreden waarin voor het eerst sociaaldemocraten waren opgenomen. Kort na het aantreden van het kabinet werd het Nederlandse leger gemobiliseerd. Een paar dagen later brak, met de inval van Duitsland in Polen, de oorlog uit.

Periode 1888-1918: Antithese

Deze periode wordt beheerst door de zogenaamde Antithese. Deze leer van Abraham Kuyper gaat ervan uit dat er een politieke scheiding bestaat tussen gelovigen en niet-gelovigen. De protestant-christelijken (antirevolutionairen en christelijk-historischen) en katholieken vormen de rechterzijde (ook wel Coalitie), en de liberalen de linkerzijde. Afwisselend treden kabinetten op van 'rechts' of 'links'. Alleen in de periode 1894-1897 is sprake van enige samenwerking tussen beide.

Opiniepeilingen

Opiniepeilingen geven een indicatie voor de vraag: hoe zullen de verkiezingen verlopen? Wie staan er op winst en wie zijn mogelijke verliezers? Tevens geven ze een beeld van de politieke krachtsverhoudingen op het moment van de peiling: hoe staan de partijen er op dat moment voor en welke veranderingen zijn er?

Ze spelen in toenemende mate een rol bij de verkiezingen, omdat partijen zich afhankelijk van de stand in de peilingen anders kunnen gaan gedragen. Sommige partijen zullen zich gedeisd houden, andere doen er nog een schepje bovenop.

Voorkeurstemmen

Voorkeurstemmen zijn stemmen die niet op de nummer 1 van de kandidatenlijst (de lijsttrekker) worden uitgebracht, maar op een andere kandidaat van dezelfde lijst. Dit komt vaak voor. Zo zijn er bijvoorbeeld altijd veel kiezers die op de (hoogstgeplaatste) vrouwelijke kandidaat stemmen. Ook bekendheid van een kandidaat in een bepaalde regio speelt soms een rol.

Labels

Nieuwe partijen in de Tweede Kamer

Wat zijn eigenlijk de kansen van een nieuwe partij op blijvend succes? De ouderenpartijen, die in 1994 ineens opkwamen, verdwenen immers al weer snel. En dat gold ook voor Leefbaar Nederland en de LPF. Er zijn echter zowel voorbeelden van partijen die zich wisten te handhaven, als van partijen die slechts eenmaal zetels behaalden bij verkiezingen. Succesvol was zeker D66, dat zich, weliswaar met wisselend succes, steeds heeft weten te handhaven en zelfs meermalen regeringspartij was.

Loont kabinetsdeelname?

Het is opvallend dat de regeringscoalitie haast altijd zetels verliest, waarbij overigens de tweede of kleinere partijen in een coalitie vaak harde klappen kregen. In 2017, 2023 en 2025 was het verlies zelfs dramatisch. In 2021 boekte het kabinet-Rutte III twee zetels winst als coalitie. Daarvoor konden sinds 1959 enkel het kabinet-Kok I in 1998 en het kabinet-Den Uyl in 1977 winst boeken als coalitie.

Abonneer op