Links en rechts

Om een indeling van de politieke partijen in Nederland te maken worden meestal de termen 'links' en 'rechts' gehanteerd. Als aanvulling op (en in mindere mate alternatief voor) deze indeling worden de termen 'progressief' en 'conservatief' vaak gebruikt. De gronden waarop die indeling wordt gemaakt en dus ook de indeling zelf staan echter vaak ter discussie. Bovendien is er een 'grijzer' gebied in het centrum.

Plaatsvervanging (vervullen vacature)

Wanneer een Eerste of Tweede Kamerlid een andere functie krijgt of om een andere reden zijn of haar functie neerlegt, komt die zetel vrij. In de Kieswet staat beschreven wie in aanmerking komt voor de opvolging van deze zetel.

Hierbij wordt uitgegaan van de kandidatenlijst van de partij van het vertrekkende Kamerlid. Deze kandidatenlijst is de lijst zoals deze na de laatste verkiezingen is vastgesteld, wat betekent dat er rekening is gehouden met voorkeursstemmen.

Procedure benoeming tot Kamerlid

Als de stemmen zijn geteld en de zetels over de lijsten zijn verdeeld, worden de kandidaten op de hoogte gesteld van hun benoeming. Nadat de kandidaat zijn benoeming aanvaardt, wordt er een onderzoek ingesteld naar de geloofsbrieven van de kandidaat. Wanneer er geen bezwaren zijn tegen het lidmaatschap van de kandidaat, wordt hij na aflegging van de eed beëdigd.

Kabinetscrisis 2002: Srebrenica

Op 16 april 2002 boden de ministers en staatssecretarissen van het tweede kabinet-Kok hun ontslag aan naar aanleiding van het rapport van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD) over het bloedbad bij Srebrenica. In dit rapport werden de gebeurtenissen uiteengezet die in juli 1995 tot de moord door Serviërs op 7000 Bosnische mannen hadden geleid. Daarbij werd vooral ingegaan op de rol van het Nederlandse VN-bataljon (Dutchbat), dat de bevolking had moeten beschermen.

Economische situatie 1945

Nederland stond er in 1945 uiterst slecht voor. Het land was leeggeroofd, veel huizen verwoest of zwaar beschadigd, de gezondheid van de bevolking (met name in het Westen) was slecht, er was schaarste aan allerlei producten (allereerst voedsel en kleding, maar ook papier en glas) en de vervoersmogelijkheden waren beperkt.

In de oorlog waren 230.000 Nederlanders omgekomen. Daarnaast waren velen gewond of invalide geworden, dan wel geestelijk zwaar getroffen door geleden ontberingen.

Abonneer op