Eerste Kamerfractie Partij van de Arbeid (PvdA)

De Partij van de Arbeid was van 1946 tot 2023 vertegenwoordigd in de Eerste Kamer. Na de verkiezingen van 2023, waarbij de partij zeven zetels behaalde, ging de fractie van de PvdA samen met de fractie van GroenLinks. De gemeenschappelijke fractie heeft 14 zetels. De fractie telde in de periode 2019-2023 zes leden. In 2015-2019 waren dat acht zetels, in 2011-2015 14 zetels.

De fractie telde lange tijd veel (oud-)vakbondsbestuurders, zoals de NVV- en FNV-voormannen Oosterhuis, Van Wingerden en Kloos en later Stekelenburg en Noten. Daarnaast zaten in de fracties vooraanstaande bestuurders zoals de burgemeesters Thomassen (Rotterdam) en Van Hall (Amsterdam) en diverse (oud-)gedeputeerden. Na 1970 nam hun aantal echter af. Bekende Kamervoorzitters uit de PvdA-fractie waren Jonkman, De Niet en Tjeenk Willink.

Behalve hoogleraren (De Rijk, Jurgens, Wolfson, Van den Berg, Witteveen en Koole) waren voormalige politieke kopstukken lang goed vertegenwoordigd. Genoemd kunnen worden de oud-ministers Jonkman, Burger, Vos, Schermerhorn en Samkalden. Vanaf de jaren zeventig nam hun aantal af, met Van Thijn als bekendste uitzondering. Oud-Tweede Kamerleden in de PvdA-fractie waren onder Lamberts, Anne Vermeer, Kees Zijlstra, Wöltgens, Leijnse en Middel. Bekende vrouwelijke PvdA-Eerste Kamerleden waren Martina Tjeenk Willink, Irene Vorrink, Jaarsma, Marian van der Meer en Ter Veld.