Weinig opvallend antirevolutionair Tweede Kamerlid voor het district Haarlemmermeer. Telg van een Friese adellijke familie, zoon van een Tweede Kamerlid en broer van een minister en Kamerlid. Volgde in 1875 de militante liberaal Rutgers van Rozenburg op. Na zijn overlijden ondernam zijn zoon Schelto een vergeefse poging om hem op te volgen.
antirevolutionair
functie(s) in de periode 1875-1878: lid Tweede Kamer
grietman van Rauwerderhem, van 1 augustus 1838 tot 1 juli 1851
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 9 november 1875 tot 19 februari 1878 (voor het kiesdistrict Haarlemmermeer)
Nevenfuncties
lid Ridderschap van Friesland, vanaf 1842
rentmeester-generaal der Duitsche Orde, Balije Utrecht, van september 1861 tot 19 februari 1878
lid bestuur Comité tot het verleenen van hulp aan gewonde en zieke krijgslieden in tijd van oorlog, omstreeks 1869
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër
Sprak slechts enkele keren in de Tweede Kamer over kleine onderwerpen (tol Haagsche Schouw, kantongerecht Leiden en besmettelijke veeziekte)
Wetenswaardigheden
uit de privésfeer
Een zoon van hem was burgemeester van Jutphaas, van Vreeland en Nigtevecht, en van Driebergen-Rijsenburg
verkiezingen
Was in 1866 en 1868 in het district Dokkum verliezend kandidaat
Versloeg in 1875 bij de periodieke verkiezingen in het district Haarlemmermeer jhr. J.W.H. Rutgers van Rozenburg (lib.). Werd vanwege een onregelmatigheid bij de verkiezingen niet toegelaten. Versloeg bij een nieuwe verkiezing op 3 november 1875 wederom jhr. J.W.H. Rutgers van Rozenburg.
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel IX, 343
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.