Dr. R.H. (Rob) Woltjer

R.H. Woltjer
bron: Beeldbank Stadsarchief Amsterdam

Antirevolutionair Eerste Kamerlid, dat tweemaal werd aangezocht als minister van Onderwijs. Was net als zijn vader hoogleraar aan de Vrije Universiteit; zeer belezen, arbeidzaam en geliefd bij de studenten. Vervulde diverse functies op onderwijskundig gebied, waarvan het voorzitterschap van de Onderwijsraad (drieëntwintig jaar) de belangrijkste was. In 1929 stond zijn naam al in de krant als nieuwe minister, maar er ontstond op het allerlaatste moment een probleem met de Vrije Universiteit. Was als Eerste Kamerlid een kampioen in het opsporen van fouten in wetsvoorstellen.

ARP
functie(s) in de periode 1937-1952: lid Eerste Kamer

Inhoud

  1. Personalia
  2. Partij/stroming
  3. Hoofdfuncties/beroepen
  4. Partijpolitieke functies
  5. Nevenfuncties (4/12)
  6. Opleiding
  7. Activiteiten
  8. Wetenswaardigheden
  9. Publicaties van/over
  10. Familie/gezin

Personalia

voornamen (roepnaam)

Robert Herman (Rob)

geboorteplaats en -datum

Groningen, 19 juli 1878

overlijdensplaats en -datum

's-Gravenhage, 23 april 1955

begraafplaats en -datum

Driehuis-Westerveld, 27 april 1955

Partij/stroming

partij(en)

ARP (Anti-Revolutionaire Partij)

Hoofdfuncties/beroepen

  • hoogleraar Latijn, Grieks en Oude Geschiedenis, Vrije Universiteit te Amsterdam, van 23 september 1904 tot 23 april 1955 (benoemd 18 augustus 1904)
  • lid gemeenteraad van Amsterdam, van 6 september 1927 tot 1 maart 1941
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 2 november 1937 tot 15 juli 1952

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

Nevenfuncties (4/12)

  • lid commissie tot voorbereiding van de aanwijzing van kandidaat-Indische ambtenaren
  • voorzitter Bond van Christelijke Schoolvereenigingen te Amsterdam
  • ondervoorzitter commissie huishoudelijke vakken op de lagere school, vanaf november 1937
  • lid Staatscommissie reorganisatie van het hoger onderwijs (Staatscommissie-Reinink), van 1 mei 1946 tot mei 1949

afgeleide functies, presidia etc.

  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 19 maart 1947 tot 17 juni 1947
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 17 december 1947 tot 21 september 1948
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 20 september 1949 tot 28 december 1949
  • lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 28 juni 1950 tot 18 september 1951

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

Activiteiten

als parlementariër

  • Was onderwijswoordvoerder van de ARP-Eerste Kamerfractie
  • Interpelleerde op 3 mei 1938 minister Slotemaker de Bruïne over het inzake de schrijfwijze van de Nederlandse taal gevoerde beleid

opvallend stemgedrag

  • Liet in 1947 met enkele fractiegenoten aantekenen tegen het wetsvoorstel over invoering van de nieuwe spelling te zijn. Trok een vergelijking met de mislukte invoering van het Ionische alphabet in Griekenland 500 v Chr.

Wetenswaardigheden

algemeen

  • Werd in november 1937 Eerste Kamerlid, nadat T. Nauta, P.S. Gerbrandy, H.W. van Marle en S. Sijtsma voor de benoeming hadden bedankt
  • Verving als oudste lid in jaren enkele malen de voorzitter van de Eerste Kamer

uit de privésfeer

  • Schoonvader van W.F. van Gunsteren, hoogleraar scheikunde
  • Overleed aan de gevolgen van een aanrijding door een auto, een dag eerder in Wassenaar

anekdotes en citaten

  • Hij had de gewoonte de stenogrammen van door hem gehouden redevoeringen in de Kamer niet alleen te corrigeren, maar zelfs geheel te herschrijven. Omdat dit veel tijd kostte, kwam het tijdig verschijnen van de Handelingen soms in de knel, waardoor hij de stenografische dienst wel eens tot wanhoop dreef.
  • Hij was zo'n druk bezet man, dat het verhaal de ronde deed dat hij tentamens zelfs in de tram afnam (wat overigens niet waar was)

verkiezingen

  • Was in 1937 kandidaat in en werd in 1946 en 1948 gekozen door Groep III: Noord-Holland en Friesland

niet-aanvaarde politieke functies

  • minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, augustus 1929 (kon geen zekerheid krijgen over het voorzetten van zijn hoogleraarschap)
  • minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, augustus 1939 (geen toestemming van zijn partij)

Publicaties van/over

literatuur/documentatie

  • P. Hofland, "Leden van de raad. De Amsterdamse gemeenteraad 1814-1941"
  • Dr. G. Wytzes, "In piam memoriam prof. R.H. Woltjer", in: Nieuwe Leidsche Courant, 25 april 1955
  • Wie is dat? 1948

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.


Bent u als journalist of wetenschapper op zoek naar statistische gegevens over personen uit het biografisch archief, bijvoorbeeld gemiddelde leeftijd, ervaring, herkomst, beroep, m/v of zittingsduur? De redactie van PDC kan deze gegevens onder voorwaarden beschikbaar stellen voor wetenschappelijk onderzoek en journalistieke publicaties. Neem voor meer informatie contact op.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.