Eén van de meest oppositionele Tweede Kamerleden uit de tijd van Willem I. Rechter in Amsterdam en zoon van een prinsgezinde Amsterdamse regent. Als voorstander van ministeriële verantwoordelijkheid, openbaarheid van financiën en vrijhandel een politiek medestander van Van Hogendorp, met wiens dochter hij was getrouwd. Werd in 1820 tot Kamerlid gekozen. Stemde samen met de Zuid-Nederlanders tegen heffing van accijns op meel. Werd daarna niet herkozen, maar keerde drie jaar later terug. Speelde enkele keren een belangrijke rol bij parlementaire nederlagen van de regering.
Jhr.Mr. A. Warin
financiële oppositie, moderaat of gematigd liberaal
functie(s) in de periode 1820-1844: lid Tweede Kamer
Inhoud
Personalia
voornamen (roepnaam)
Antoine
geboorteplaats en -datum
Amsterdam, december 1772
doopplaats en -datum
Amsterdam, 31 december 1772
Partij/stroming
stroming(en)
- "financiële oppositie" (ten tijde van Willem I en Willem II)
- gematigd liberaal
Hoofdfuncties/beroepen (6/10)
- lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 15 maart 1820 tot 21 oktober 1822 (voor Holland)
- lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 21 oktober 1823 tot 21 oktober 1844 (1823-1840 voor Holland, 1840-1844 voor Noord-Holland)
- rechter ter instructie, rechtbank te Amsterdam, van januari 1827 tot mei 1834
- vicepresident rechtbank van eerste aanleg te Amsterdam, van 21 mei 1834 tot 1 oktober 1838
- rechter Arrondissementsrechtbank te Amsterdam, vanaf 1 oktober 1838
- vicepresident Arrondissementsrechtbank te Amsterdam, tot 1846
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër (5/14)
- Behoorde in 1837 tot de 21 leden die tegen de begroting 1838/1839 stemden. Stemde tevens tegen de ontwerp-Wet op de middelen.
- Behoorde in 1839 tot de 14 leden die tegen de voorlopige begroting 1840 stemden
- Stemde bij de Grondwetsherziening van 1840 tegen de hoofdstukken inzake het inkomen van de koning en inzake de koloniën
- Behoorde in 1843 tot de 24 leden die tegen hoofdstuk I van de begroting voor 1844 en 1845 stemden. De begroting werd met 33 tegen 24 stemmen aangenomen.
- Behoorde in 1844 tot de 25 leden die tegen de ontwerp-wet inzake de (vrijwillige) geldlening en buitengewone belasting op bezittingen stemden. Het voorstel werd met 32 tegen 25 stemmen aangenomen.
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
Wetenswaardigheden
algemeen
- Werd in 1820 gekozen als Tweede Kamerlid, nadat eerder (in juli 1819) W.F. Mogge Muilman en W. Willink voor eem benoeming hadden bedankt
- Trad min of meer op als leider van de financiële oppositie
- Voorstander van vrijhandel
- Zijn zwager D. van Hogendorp werd vanwege die familiebetrekking in 1840 niet toegelaten als (buitengewoon) Tweede Kamerlid
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel IX, 1277
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.