Mr. S.J. baron van Tuyll van Serooskerken
Telg uit een oud-adellijk geslacht, die als 35-jarige ambtenaar van Economische Zaken in 1940 uitweek naar Londen en bij de Prinses Irenebrigade een officiersopleiding kreeg. In Oost-Azië vanaf eind 1942 actief bij de strijd tegen de Japanners en in september 1945 betrokken bij onderzoek naar de politieke toestand op Java. Maakte na de oorlog snel carrière in de buitenlandse dienst. Was dertien jaar SG van Buitenlandse Zaken en zorgde in het derde Kabinet-Drees op het departement voor de communicatie tussen de ministers Beyen en Luns. Eindigde zijn loopbaan als lid van de Raad van State. Moedige sterke persoonlijkheid met grote culturele belangstelling.
functie(s) in de periode 1952-1980: lid Raad van State, secretaris-generaal
Personalia
voornamen (roepnaam)
Samuel John
geboorteplaats en -datum
Arnhem, 16 november 1905
overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 3 februari 1994
Hoofdfuncties/beroepen (5/7)
- ambtenaar ministerie van Buitenlandse Zaken, van 1946 tot 1948
- sous-chef directie Economische Zaken (rang: administrateur), ministerie van Buitenlandse Zaken, van 1948 tot 1 juli 1949
- hoofd Nederlandse Missie bij de OEES (Organisatie voor Europese Economische Samenwerking) te Parijs, van 1 juli 1949 tot 1 november 1952
- secretaris-generaal ministerie van Buitenlandse Zaken, van 1 november 1952 tot 16 april 1965
- lid Raad van State, van 16 april 1965 tot 1 december 1980 (benoemd bij K.B. van 18 februari 1965)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
Nevenfuncties
- voorzitter Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten
- voorzitter Nederlands Historisch-Archeologisch Instituut te Istanboel
- lid bestuur Carnegie-Stichting, van 1953 tot 1981
- lid Raad van Beheer Haagsche Academie voor Internationaal Recht, van 1953 tot 1981
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Wetenswaardigheden
algemeen
- Stuurde in december 1952 een brandbrief naar minister-president Drees, omdat er op het departement van Buitenlandse Zaken een onhoudbare toestand was ontstaan als gevolg van de slechte relatie tussen de ministers Beijen en Luns. De ministerraad stelde daarna een gedetailleerde werkverdeling voor de beide bewindslieden op. Van Tuyll zorgde verder voor de communicatie tussen de bewindslieden.
uit de privésfeer
- Maakte eind 1942 in Oost-Azië als vrijwilliger deel uit van het Korps Insulinde, dat later onderdeel werd van de Britse inlichtingendienst Force 136.
- Organiseerde op Ceylon infiltraties in het door de Japanners bezette Sumatra en nam daar in het begin ook zelf wel aan deel.
- Was in september 1945 ondercommandant van een kleine Brits-Nederlandse groep militairen die als eersten op Java een onderzoek instelde naar de politieke toestand en naar de gezondheid van de nog niet bevrijde Europeanen.
- Zijn vader was rentmeester kroondomein, wethouder van Arnhem en burgemeester van Zeist
- Zijn moeder overleed in 1908
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
- F. Bergman, "Luns' steun en toeverlaat", in: B. van der Zwan e.a. (red.), "In dienst van Buitenlandse Zaken. Achttien portretten van ambtenaren en diplomaten in de twintigste eeuw" (2008), 105
- Nederlands-Indonesische betrekkingen 1945-1950, deel I, 133
- Verslagen Parlementaire Enquête Commissie, deel VIIIc, 1495
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
