Baron uit Den Haag, die werkzaam was bij de Staatsspoorwegen en op Java directeur van een spoorwegmaatschappij. Na zijn repatriėring twee jaar Tweede Kamerlid voor het district Den Haag. De Staten van Zuid-Holland kozen hem in 1888 tot Eerste Kamerlid. Bracht als Kamerlid volgens het Handelsblad spaarzaam 'heldere' adviezen uit. Schoonzoon van Fransen van de Putte en zoon van een minister van Buitenlandse Zaken.
liberaal
functie(s) in de periode 1886-1890: lid Tweede Kamer, lid Eerste Kamer
beambte, Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen ("S.S."), van 1868 tot 1869
chef van algemene dienst, Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen ("S.S."), van 1869 tot 1881
chef van mouvement, Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen ("S.S."), van 1870 tot 1881
directeur Semarang-Joana Stoomtram (Java, Nederlands-Indië), van 1881 tot 1884
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 juli 1886 tot 17 augustus 1887 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 september 1887 tot 27 maart 1888 (voor het kiesdistrict 's-Gravenhage)
lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 1 mei 1888 tot 29 januari 1890 (voor Zuid-Holland)
Nevenfuncties
lid bestuur Indisch Genootschap, omstreeks 1888
voorzitter Maatschappij van fabrieks- en handwerksnijverheid, januari 1890
afgeleide functies, presidia etc.
voorzitter Commissie van Rapporteurs voor hoofdstuk IX (Waterstaat, Handel en Nijverheid) 1888 (Tweede Kamer der Staten-Generaal)
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër
Sprak in Tweede en Eerste Kamer met name over Indische zaken en waterstaat (m.n. spoorwegaangelegenheden)
Wetenswaardigheden
uit de privésfeer
Gehuwd met een kleindochter van W.J. Junius van Hemert, Kamerlid en staatsraad
verkiezingen
Werd in 1886 bij de algemene verkiezingen in het district 's-Gravenhage samen met L.G. Greeve in de eerste stemmingsronde gekozen. Zij versloegen o.a. de conservatieven W. Wintgens en jhr. C.A. van Sypesteyn.
Werd in 1887 bij de algemene verkiezingen in het district 's-Gravenhage samen met L.G. Greeve in de eerste stemmingsronde gekozen. Versloeg o.a. J. Canter Visscher.
Werd in 1888 verslagen door de conservatief R.J. graaf Schimmelpenninck van Nijenhuis en na herstemming door de antirevolutionair L.J.S. van Kempen en de liberaal L.G. Greeve
Versloeg in 1888 bij de verkiezing van Eerste Kamerleden in Provinciale Staten van Zuid-Holland met 45 tegen 20 stemmen W. Hovy (arp)
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.