Dominee Van der Heide. Eén van de rode dominees in de SDAP. Was predikant op het Friese platteland en kwam daar in aanraking met enorme armoede. Sloot zich in 1896 aan bij de SDAP. IJverig pleitbezorger voor geheelonthouding. Van 1925 tot en met 1937 Tweede Kamerlid. Als justitie-woordvoerder zette hij zich vooral in voor de reklassering.
SDAP
functie(s) in de periode 1925-1937: lid Tweede Kamer
SDAP (Sociaal-Democratische Arbeiderspartij), vanaf 1896
Hoofdfuncties/beroepen
kandidaat-predikant, Nederlandse Hervormde Kerk te Leeuwarden, van juli 1895 tot november 1895
predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Scherpenzeel (Frl.), van 10 november 1895 tot 10 juli 1898
predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Engelum (Frl.), van 17 juli 1898 tot juni 1906
predikant Nederlandse Hervormde Kerk te Britswerd-Wieuwerd (Frl.), van juni 1906 tot september 1925
lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 15 september 1925 tot 8 juni 1937
Partijpolitieke functies
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
Nevenfuncties (4/15)
voorzitter commissie "Hulp aan Spanje" (tijdens Burgeroorlog)
lid hoofdbestuur beweging "Eenheid door democratie", omstreeks 1939
lid Centrale Commissie voor de keuring van films, omstreeks 1938
lid Rijkscommissie van advies inzake het bibliotheekwezen, omstreeks 1946
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër
Hield zich in de Tweede Kamer vooral bezig met justitiële onderwerpen, binnenlandse zaken en onderwijs
opvallend stemgedrag
Behoorde in 1931 tot de minderheid van zijn fractie die vóór de protectionistische ontwerp-Tarwewet stemde
Wetenswaardigheden
algemeen
In 1903 leider van de Aprilstaking in Friesland
uit de privésfeer
Was geheelonthouder
Zette zich in voor revisie van het vonnis in de rechtszaak tegen de broers Hogerhuis, die waren veroordeeld voor een mislukte roofoverval. Sociaaldemocraten vermoedden dat er sprake was van klassenjustitie.
Zijn vader werd pas 'gewettigd' in 1846 bij het huwelijk van zijn ouders. Bij de geboorte was zijn achternaam 'Groothelm'.
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
W.H. Vliegen, "Die onze kracht ontwaken deed", deel II, 188
O. Noordenbos en J.J. Kalma, "Heide, Albertinus van der", in: Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland, deel II, 53
J.J. Kalma, "Heide, Albertinus van der", in: Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands protestantisme, deel 3, 171
M.A. de Harder, "Albertinus van der Heide (1872-1953). Rode dominee tussen pastoraat en parlement" (2011)
M.A. de Harder, "Albertinus van der Heide (1872-1953). Rode dominee in Friesland", in: P.E. Werkman en R.E. van der Woude (red.), "Bevlogen theologen. Geëngageerde predikanten in de negentiende en twintigste eeuw" (2012)
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands Protestantisme
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidersbeweging in Nederland
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.