Mr. T.J. Verschuur
Scherpzinnige en geestige katholieke minister in het derde kabinet-Ruijs de Beerenbrouck en het tweede kabinet-Colijn, die zijn zaken goed kende. Had soms de neiging collega's voor voldongen feiten te stellen. Wijsgerig en goed classicus, die nog al eens strooide met Latijnse zegswijzen. Was aanvankelijk journalist bij 'De Maasbode' en daarna voorzitter van de Raad van Arbeid in Breda. Bracht belangrijke wetgeving tot stand, zoals de Winkelsluitingswet en de Bedrijfsradenwet, alsmede crisiswetten ter ondersteuning van met name de agrarische sector. Na zijn aftreden partijvoorzitter. Overleed in Duitse gevangenschap.
RKSP
functie(s) in de periode 1929-1934: lid Tweede Kamer, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-redacteur, dagblad "De Maasbode" te Rotterdam, van 1910 tot 1913
-
-parlementair redacteur, dagblad "De Maasbode" te Rotterdam, van 1913 tot april 1919
-
-voorzitter Raad van Arbeid te Breda, van 1 mei 1919 tot 10 augustus 1929
-
-minister van Arbeid, Handel en Nijverheid, van 10 augustus 1929 tot 1 mei 1932 (naam departement gewijzigd)
-
-minister van Economische Zaken en Arbeid, van 1 mei 1932 tot 26 mei 1933 (naam departement gewijzigd)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 9 mei 1933 tot 29 mei 1933
-
-minister van Economische Zaken, van 26 mei 1933 tot 17 april 1934
-
-lid Provinciale Staten van Zuid-Holland, van 4 juli 1939 tot 1 september 1941
-
-lid Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, van 5 juli 1939 tot 1 september 1941
gevangenschap/internering
-
-gevangenschap strafgevangenis te Scheveningen, van 2 april 1943 tot 31 augustus 1943 (werd op 1 april 1943 in Ellecom gearresteerd)
-
-geïnterneerd gijzelaarskamp te Haaren (N.Br.), van 31 augustus 1943 tot 26 april 1944
-
-geïnterneerd concentratiekamp Sachsenhausen, van 26 april 1944 tot 16 april 1945
takenpakket (bewindspersoon)
-
-Was tot 1 mei 1932 tevens belast met werklozensteun en volksgezondheid
-
-contactcommissaris regering bij de Nederlandse Particuliere Rijnvaart
-
-secretaris/lid Staatscommissie inzake de bezoldiging van burgemeesters en gemeente-ambtenaren (Staatscommissie-Raaijmakers), vanaf 9 december 1918
-
-voorzitter Vereniging van Raden van Arbeid, van 26 november 1926 tot 10 augustus 1929
-
-lid Radioraad, van 1 januari 1929 tot 16 september 1929
-
-lid Raad van Beheer Nederlandsch-Indische Aardoliemaatschappij, vanaf juli 1934 (regeringsgedelegeerde)
-
-lid College van Curatoren Nederlandsche Handels-Hoogeschool te Rotterdam, van september 1934 tot 1942
-
-regeringscommissaris Algemeen Mijnwerkersfonds, vanaf juni 1936
-
-voorzitter Nationale Raad "Wit-Gele Kruis", van 8 juni 1936 tot 17 april 1945
-
-rijksbemiddelaar, vierde district (Limburg, Noord-Brabant, Zeeland, zuidelijk deel Gelderland), van 1 juli 1936 tot 17 april 1945
-
-voorzitter commissie ex art.12 Wet op het algemeen verbindend en onverbindend verklaren van ondernemersovereenkomsten 1935, vanaf oktober 1936
-
-voorzitter Katholieke Raad van Overleg inzake volksgezondheid en ziekenverpleging, vanaf juni 1937
-
-voorzitter adviescommissie voorontwerp van wet beperkende bepalingen inzake arbeid van gehuwde vrouwen (Hoge Raad van Arbeid), vanaf december 1937
-
-lid Politiek Convent, van 1 juli 1940 tot 1 april 1943
-
-lid Grootburgercomité, van december 1941 tot 1 april 1943
-
-lid Nationaal Comité, van januari 1942 tot 1 april 1943
-
-Ondersteunde vanaf 1932 via diverse steun-, krediet- en garantieregelingen diverse door de economische crisis getroffen sectoren, zoals de fruitteelt, griend- en rietbewerking, haringvisserij, vlasverbouw en bloemenkweek
als bewindspersoon (wetgeving) (10/14)
-
-Bracht in 1931 een wijziging van de Stuwadoorswet tot stand, waardoor het zgn. havenboekje verplicht werd gesteld. Daardoor kon beter toezicht worden gehouden op de werktijden van het havenpersoneel.
-
-Bracht in 1932 een wijziging van de Woningwet (Stb. 266) tot stand, waardoor er onder meer regels kwamen over uitbreidingsplannen en alle gebouwen onder werking van de wet gingen vallen
-
-Bracht in 1932 de Crisis-invoerwet tot stand. Deze wet maakte contigentering mogelijk, waardoor invoer van bepaalde producten tijdelijk kon worden beperkt. Dit werd geregeld op basis van afzonderlijke wetgeving per product, de zogenoemde bekrachtigingswetten.
-
-Bracht in 1932 de Crisis-zuivelwet tot stand, waarbij een crisis-zuivelfonds werd ingesteld. Dat werd gevoed door heffingen op boter en margarine. Voorts kwam er verplichte vermenging van boter bij de margarinebereiding. Doel is ondersteuning van door prijsdalingen getroffen veeboeren.
-
-Bracht in 1932 een Varkensteunwet tot stand ter ondersteuning van varkensboeren die met uitvoerbeperkingen en inkomensdaling te maken hadden gekregen
-
-Bracht in 1933 de Bedrijfsradenwet tot stand. Deze gaf de regering de mogelijkheid voor een bepaalde bedrijfstak een bedrijfsraad in te stellen, die als overleg-, advies- en uitvoeringsorgaan kon optreden. De bedrijfsraad kon bemiddelen in arbeidsgeschillen.
-
-Bracht in 1933 de Retorsiewet tot stand, waardoor de regering de bevoegdheid kreeg als vergelding invoerbeperkingen op te leggen aan landen die de Nederlandse import beperkten
-
-Bracht in 1933 de Landbouwcrisiswet tot stand. Deze stelde een landbouwcrisisfonds in, waaruit steunmaatregelen konden worden bekostigd. Het fonds werd gevoed door heffingen en uit de algemene middelen. De begroting ervan werd bij wet vastgesteld. Door aankoop van crisis-producten kon er voor worden gezorgd dat boeren de garantie hadden daarvoor een redelijke prijs te ontvangen.
-
-Bracht in 1933 de Wet tot verzekering van mijnarbeiders tegen geldelijke gevolgen van invaliditeit en ouderdom (Stb. 181). De pensioenuitkering via het al langer bestaande Algemeen Mijnwerkersfonds gold voortaan als aanvulling.
-
-Bracht in 1933 de wet Tijdelijke maatregelen bevordering van evenredige vrachtverdeling in de binnenscheepvaart tot stand
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
-
-Trad in 1934 af als minister in verband met langdurige afwezigheid vanwege behandeling van een niersteenaandoening en herstel daarvan. Voor dat laatste vertrok hij enige tijd naar Royat in Frankrijk.
uit de privésfeer
-
-Was tijdens de Bezetting onder andere actief in het Grootburgercomité en Nationaal Comité, dat plannen maakte voor een overgangsbewind na een Duitse nederlaag. Bij de contacten daarover met Londen werd hij in 1943 slachtoffer van het door Anton van der Waals uitgevoerde Englandspiel. Overleed in 1943 in het ziekenhuis van concentratiekamp Sachsenhausen. Mogelijk werd hij doodgeschoten.
niet-aanvaarde politieke functies
-
-lid gemeenteraad van 's-Gravenhage, 25 mei 1919 (gekozen, niet geïnstalleerd)
-
-P.E. de Hen, "Verschuur, Timotheus Josephus (1886-1945)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel II, 580
-
-Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1938)
-
-Wie is dat? 1938
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.