Mr.Drs. L.C. (Elco) Brinkman

foto Mr.Drs. L.C. (Elco) Brinkman
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
© Hans Kouwenhoven

Vooraanstaand en ambitieus CDA-politicus en partijleider. Zoon van een antirevolutionaire burgemeester. Maakte als ambtenaar snel carrière en werd op jeugdige leeftijd minister in het kabinet-Lubbers I. Voerde op nogal zakelijke wijze een bezuinigingsbeleid op het gebied van welzijn, jeugdwerk en cultuur. Bedacht de term 'zorgzame samenleving'. Bracht een nieuwe Mediawet tot stand. Werd in 1989 fractieleider van het CDA en was een kritisch volger van het kabinet-Lubbers/Kok. In 1993 aangewezen als opvolger van Lubbers en voorbestemd om premier te worden. Lubbers nam tijdens de verkiezingscampagne echter afstand van hem, er kwam kritiek op zijn manier van campagnevoeren en het CDA verloor. Verliet toen de politiek. Na 1995 een invloedrijk bestuurder, onder meer als voorzitter van de belangenorganisaties van bouwondernemingen. Was in 2011-2019 CDA-fractievoorzitter in de Eerste Kamer.

CDA
in de periode 1982-2019: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, lid Eerste Kamer, fractievoorzitter EK, minister, politiek leider

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Leendert Cornelis (Elco)

geboorteplaats en -datum
Dirksland (Z.H.), 5 februari 1948

2.

Partij/stroming

partij(en)
CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 1973 (rechtstreeks lid)

3.

Hoofdfuncties/beroepen (10/15)

  • plaatsvervangend secretaris-generaal, ministerie van Binnenlandse Zaken, van 1 januari 1979 tot 1 januari 1980
  • directeur-generaal Binnenlands Bestuur, ministerie van Binnenlandse Zaken, van 1 januari 1980 tot 4 november 1982
  • minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, van 4 november 1982 tot 7 november 1989
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 3 juni 1986 tot 14 juli 1986
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 september 1989 tot 26 april 1995
  • fractievoorzitter CDA Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 7 november 1989 tot 16 augustus 1994
  • voorzitter Bouwend Nederland (tot 1 januari 2005 AVBB, Algemeen Verbond Bouwbedrijf), van 1 mei 1995 tot 1 juli 2013
  • voorzitter bestuur ABP (Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds), van 1 september 2001 tot 1 april 2009 (parttime, gemiddeld 1 dag per week)
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 7 juni 2011 tot 11 juni 2019
  • fractievoorzitter CDA Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 7 juni 2011 tot 11 juni 2019

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties

vorige (2/71)
  • lid Raad van Commissarissen "Dasym Emesa" (internetveilingen), tot 24 november 2017
  • voorzitter Raad van Toezicht Museum Naturalis te Leiden

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.


afgeleide functies, presidia etc. (2/3)
  • voorzitter vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van oktober 1994 tot 25 april 1995
  • lid College van Senioren (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 7 juni 2011 tot 11 juni 2019

comités van aanbeveling, erefuncties etc.
beschermheer Christelijke Muziekvereniging "Kunst en Genoegen" te Leiden, vanaf 1 oktober 1994

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

6.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activiteiten

als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/22)
  • Vocht in 1988 tevergeefs een uitspraak van het Commissariaat van de Media en de Raad van State aan, waarbij de commerciële zender RTL Véronique als buitenlandse zender werd erkend. Deze omroep zond via de Luxemburgse satelliet Astra op de Nederlandse kabelnetten gerichte programma's uit.
  • Bracht in maart 1989 een brief uit over uitbreiding van de reclamezendtijd en het onder voorwaarden toestaan van commerciële televisie. Hiermee werd tegemoet gekomen aan de EG-richtlijn over grensoverschrijdend omroepverkeer.
  • Legde zich in oktober 1989 neer bij de uitspraak van de Raad van State over het toelaten van de Luxemburgse tv-zender RTL-Veronique tot de Nederlandse kabel $O ook De NOS, Nederlandse Dagbladpers en STER hadden een beslissing van het Commissariaat van de Media om dat toe te staan, aangevochten

als bewindspersoon (wetgeving) (3/8)
  • Bracht in 1987 samen met minister Smit-Kroes de Mediawet (Stb. 249) tot stand, die regels bevat over de verzorging van radio- en tv-programma's, de omroepbijdrage en de steunverlening aan persorganen. Het facilitair bedrijf van de omroep wordt verzelfstandigd, er komt een regeling voor lokale en regionale omroepen, en er komt een Commissariaat voor de Media dat een aantal bevoegdheden van de rijksoverheid overneemt. Er blijft sprake van een duaal bestel, dat deels door de overheid en deels door reclamegelden wordt gefinancierd. Buitenlandse commerciële omroepen krijgen toegang tot de Nederlandse kabel mits ze zich aan de Nederlandse omroepreclameregels houden. De Omroepraad, Persraad en Reclameraad worden samengevoegd tot Mediaraad. Op basis van het uit de wet voortvloeiende Mediabesluit moeten omroepen 20% aan cultuur, 25% aan informatie en 5% aan informatie besteden. (19.136)
  • Bracht in 1988 een nieuwe Monumentenwet (Stb. 638) tot stand, die een minder centralistische opzet had dan de wet uit 1961. (19.881)
  • Bracht in 1989 een wijziging (Stb. 62) van de Welzijnswet tot stand inzake de vereenvoudiging van financiële en bestuurlijke betrekkingen tussen overheden op terreinen van welzijn, volksgezondheid en cultuur. Hiermee wordt een verdere stap gezet naar decentralisatie op deze beleidsterreinen. De brede, specifieke uitkering wordt vervangen door een toevoeging van middelen aan het Gemeentefonds en het Provinciefonds. Verder wordt het algemeen maatschappelijk werk onder de werking van de Welzijnswet gebracht. (20.853)

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Wetenswaardigheden

algemeen (3/10)
  • De door hem gebruikte techniek om niet van achter een spreekgestoelte, maar lopende, met een zender-microfoon een zaal toe te spreken, werd de 'Brinkman-shuffle' genoemd. Kreeg in 1994 in eigen CDA-kring kritiek op de wijze waarop hij zichzelf profileerde als opvolger van Lubbers en op de rol die voorlichter en campagneleider (en persoonlijk adviseur van Brinkman), Frits Wester, daarbij speelde.
  • Kwam in 1994 als lijsttrekker van het CDA in opspraak door een uitzending van het televisieprogramma "Reporter", waarin onthuld werd dat hij commissaris was bij een bedrijf van zijn oom (Arscop) dat verdacht werd van belastingfraude
  • Trad af als fractieleider nadat het partijbestuur had laten weten geen vertrouwen meer te hebben in herstel van zijn politiek leiderschap

uit de privésfeer
  • Begin 2002 een half jaar uitgeschakeld vanwege een medische behandeling
  • Zijn vader was burgemeester van Stad aan 't Haringvliet (1946-1957) en van Hardinxveld-Giessendam (1957-1980)

anekdotes en citaten
  • Stond in de kring van parlementaire journalisten bekend als 'de man met de laserogen'

verkiezingen
  • Was in 1989 nummer 7 op de CDA-kandidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie (6/8)
  • "Elco op campagne", Fotografie Roel Rozenburg, tekst Maria Henneman, illustratie Jos Collignon e.a. (1994)
  • M. Metze, "De stranding" ((1995)
  • NRC Handelsblad, 17 oktober 1992
  • "Het Financieele Dagblad", 18 augustus 2001
  • Thijs Niemantsverdriet, "Boosheid zit niet in me", NRC Weekend, 19 en 20 december 2015
  • Ariejan Korteweg, "Met om hulp roepen kom je niet ver in Den Haag", de Volkskrant, 4 mei 2019

In de uitgebreide versie is een overzicht van publicaties opgenomen.

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.