Mr. J.P.H. (Piet Hein) Donner

foto Mr. J.P.H. (Piet Hein) Donner
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
Fotopersburo Dijkstra

Piet Hein Donner (1948) was van 1 februari 2012 tot 1 november 2018 vicepresident van de Raad van State. Hij was van 22 juli 2002 tot 21 september 2006 minister van Justitie, van 22 februari 2007 tot 14 oktober 2010 minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van 14 oktober 2010 tot 16 december 2011 minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Daarvoor was de heer Donner onder meer voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en lid van de Raad van State (1998-2002). In 2001-2002 leidde hij een commissie die adviseerde over de WAO-problematiek en in 2002 en 2003 trad hij op als informateur. In de periode november 2006-februari 2007 was hij Tweede Kamerlid voor het CDA. Sinds december 2018 is hij minister van staat.

CDA
in de periode 1997-2018: lid Tweede Kamer, minister, lid Raad van State, vicepresident Raad van State

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Jan Pieter Hendrik (Piet Hein)

geboorteplaats en -datum
Amsterdam, 20 oktober 1948

2.

Partij/stroming

partij(en)
CDA (Christen-Democratisch Appèl)

3.

Hoofdfuncties/beroepen (8/12)

  • voorzitter WRR (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid), van 1 januari 1993 tot 22 december 1997
  • lid Raad van State, van 22 december 1997 tot 22 juli 2002 (benoemd bij K.B. van 6 februari 1997)
  • minister van Justitie, van 22 juli 2002 tot 21 september 2006
  • lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 30 november 2006 tot 22 februari 2007
  • minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 22 februari 2007 tot 14 oktober 2010
  • minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 14 oktober 2010 tot 16 december 2011
  • vicepresident Raad van State, van 1 februari 2012 tot 1 november 2018 (benoemd bij K.B. van 16 december 2011)
  • bijzonder hoogleraar vraagstukken op het gebied van recht, vrijheid en verantwoordelijkheid (Cleveringa-leerstoel), Universiteit Leiden, van 1 september 2015 tot 1 september 2016

ambtstitel
  • minister van staat, vanaf 21 december 2018

(in)formateurschap(pen)
  • informateur, van 17 mei 2002 tot 4 juli 2002
  • informateur, van 24 januari 2003 tot 12 april 2003 (vanaf 5 februari 2003 samen met F. Leijnse)

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties

huidige (2/4)
  • voorzitter bestuur Carnegie Stichting Vredespaleis, vanaf 1 maart 2019
  • voorzitter Academie voor Internationaal Recht te 's-Gravenhage, vanaf 1 maart 2019

vorige (2/24)
  • covoorzitter Vlaams-Nederlandse bestuurlijke werkgroep grensregio's, van juli 2020 tot mei 2021
  • adviseur collegevorming gemeente Den Haag, van mei 2022 tot september 2022

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

6.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activiteiten

als parlementariër
  • Voerde in de periode dat hij Tweede Kamerlid was (november 2006-februari 2007) het woord bij de behandeling van een wetsvoorstel tot wijziging van de Wet bodembescherming

als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/29)
  • Bracht in 2011 een nota uit over integratie, binding en burgerschap. In het integratiebeleid horen de Nederlandse samenleving en de waarden waarop deze berust, centraal te staan. Van mensen die zich in Nederland willen vestigen, wordt verwacht dat zij hun bijdrage leveren aan versterking van de maatschappelijke samenhang en betrokkenheid en burgerschap tonen. Er wordt afstand genomen van het relativisme dat besloten ligt in het model van de multiculturele samenleving. De samenleving verandert wel onder invloed van migranten, maar is niet uitwisselbaar voor welke andere samenleving dan ook. De Wet inburgering zal worden aangescherpt en subsidies en maatregelen voor integratie van specifieke groepen worden beëindigd. Het kabinet komt een verbodsverbod op gezichtsbedekkende kleding in openbare ruimte. (32.824)
  • Bracht in 2011 samen met minister Schultz van Haegen de Visienota bestuur en bestuurlijke inrichting ('Bestuur in samenhang') uit over het bestuur van de Randstad, de afschaffing van de Wgr-plus en de opbouw van twee infrastructuurautoriteiten in de Noord- en Zuidvleugel. Uitgangspunt van de nota is het streven om te komen tot een compacte en efficiënte overheid. Onder meer samenvoeging van de provincies Noord-Holland, Utrecht en Flevoland moet leiden tot versterking van het bestuur in de Randstad. Naast de Wgr-plus (stadsgewesten) worden ook de deelgemeenten opgeheven en wordt het aantal volksvertegenwoordigers verminderd. Er wordt gezocht naar nieuwe vormen van betrokkenheid en burgerschap door zelfbeheer in wijken en dorpen van publieke voorzieningen of zelfbestuur bij het inrichten van de openbare ruimte. (33.047)
  • Bracht in 2011 de notitie Beleidskader gemeentelijke herindeling uit. Centrale uitgangspunt daarin is dat gemeentelijke herindeling van 'onderop' tot stand moet komen. De gemeenten zelf zijn leidend, de provincie speelt alleen in uitzonderingsgevallen een rol, bijvoorbeeld als zich bestuurlijke knelpunten voordoen en/of bij complexe regionale maatschappelijke opgaven. (28.750)

als bewindspersoon (wetgeving) (3/34)
  • Bracht in 2011 een wet in het Staatsblad tot regeling van de tijdelijke vervanging van wethouders en gedeputeerden wegens zwangerschap en bevalling of ziekte. Het wetsvoorstel was in 2009 ingediend door minister Ter Horst. (32.209)
  • Bracht in 2011 een wet tot stand tot samenvoeging van de gemeenten Anna Paulowna, Niedorp, Wieringen en Wieringermeer en vorming van de nieuwe gemeente Hollands Kroon $C 32.677
  • Bracht in 2011 de Wet College voor de rechten van de mens tot stand. Met deze wet wordt een nationaal mensenrechteninstituut opgericht, dat zich bezighoudt met de bescherming, bewustwording en de naleving van mensenrechten. De instelling volgt uit door de VN opgestelde criteria. (32.467)

als (in)formateur
  • Kreeg op 17 mei 2002 het verzoek de mogelijkheden te onderzoeken van de spoedige vorming van een kabinet dat mocht rekenen op een vruchtbare samenwerking met de volksvertegenwoordiging en de weg aan te geven waarlangs dat kabinet tot stand kon komen. Op 23 mei deelde VVD-fractievoorzitter Zalm mee dat zijn partij - ondanks het grote verlies bij de verkiezingen - wilde praten over regeringsdeelname. De onderhandelaars van CDA (Balkenende), LPF (Herben) en VVD (Zalm) bereikten op 1 juli overeenstemming over een ontwerp-regeerakkoord. Op 4 juli bracht hij zijn eindverslag uit.
  • Kreeg op 24 januari 2003 het verzoek op zo kort mogelijke termijn na te gaan welke mogelijkheden er waren voor de vorming van een nieuw kabinet, dat kon rekenen op een vruchtbare samenwerking met de Staten-Generaal. Op 3 februari adviseerde hij een verder onderzoek van de vorming van een kabinet van CDA en PvdA. Tevens gaf hij een overzicht van de thema's (waaronder de begroting, de WAO, veiligheid en integratie) die tijdens de formatie verder aan bod moesten komen.
  • Kreeg op 5 februari 2003 het verzoek om, samen met prof.dr. F. Leijnse, in lijn met zijn eindverslag onderzoek te doen naar de spoedige totstandkoming van een kabinet van CDA en PvdA. Op 26 februari stelden zij een gemeenschappelijk kader op waarbinnen de beleidsthema's verder moesten worden uitgediept. Een geschil over de steun aan de militaire operatie (buiten de VN om) in Irak werd op 25 maart opgelost. Op 11 april bleek er echter geen overeenstemming mogelijk over extra bezuinigingen.

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Wetenswaardigheden

algemeen (3/6)
  • Trad af na het verschijnen op 21 september 2006 van het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid, waarin een brand elf met dodelijke slachtoffers in het Detentie- en Uitzettingscentrum Schiphol-Oost mede werd verweten aan de Dienst Justitiële Inrichtingen. Deze onder zijn verantwoordelijkheid vallende instelling was belast met de veiligheid van de gedetineerden.
  • Was in maart 2009 namens het CDA-smaldeel in het kabinet deelnemer aan de onderhandelingen met PvdA en ChristenUnie over de aanpak van de economische recessie
  • 'Bemiddelde' op 1 september 2010 toen er een conflict was ontstaan in de CDA-fractie over (voortgang van) de formatieonderhandelingen met de PVV. Hij zette de Kamerleden Klink, Ferrier en Koppejan onder druk om zich neer te leggen bij een eventueel meerderheidsbesluit om samen te gaan werken met de PVV. De drie Kamerleden weigerden echter een verklaring daarover te ondertekenen.

uit de privésfeer
  • Neef (oomzegger) van de schaakgrootmeester Jan (Hein) Donner

anekdotes en citaten
  • Zei na het voor de regering negatief uitgevallen referendum over de Europese Grondwet - het eerste referendum sinds omstreeks 200 jaar -: "Zo'n referendum, dat moesten we vaker doen. Misschien maar weer eens over 100 jaar."

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie (6/7)
  • Jan Hoedeman en Bert Wagendorp, "De wereld van Donner", De Volkskrant, 17 september 2005
  • Interview: "'Leuk' hoort niet bij vak van minister", De Volkskrant, 4 februari 2006
  • Cyntha van Gorp, "Hijzelf is klaar voor de kroon op zijn carrière", Trouw, 16 december 2011
  • Klaas Broekhuizen, "Donner kan alleen beticht worden van gulzigheid", Het Financieele Dagblad, 16 december 2011
  • B.J. van Ettekoven e.a. (red.), "Donner und Blitz. Lezingen en toespraken van Piet Hein Donner" (2018)
  • B.J. van Ettekoven e.a. (red.), "Rechtsorde en bestuur. Liber amicorum aangeboden aan Piet Hein Donner" (2018)

In de uitgebreide versie is een overzicht van publicaties opgenomen.

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.