Vermogende landeigenaar, rentmeester, kolenhandelaar en bankier uit Goes, die zestien jaar Eerste Kamerlid voor Zeeland was. Vader van de liberale voorman I.D. Fransen van de Putte. Als Eerste Kamerlid steunde hij de koloniale voorstellen van zijn zoon en koos hij vaak de zijde van de liberalen, al gold hij als tamelijk onafhankelijk. Voerde veelvuldig het woord, met name over economische onderwerpen.
'pragmatisch' liberaal
functie(s) in de periode 1859-1875: lid Eerste Kamer
landeigenaar en rentmeester te Goes (onder meer rentmeester ambtsheerlijkheid van Cortgene)
eigenaar bierbrouwerij "De Fortuijn", firma "Van de Putte en Zoon", tot 1834
bankier, commissionair, kolenhandelaar en eigenaar loterijkantoor te Goes
lid Provinciale Staten van Zeeland, van 24 september 1850 tot 20 september 1859 (voor het kiesdistrict Goes)
lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 20 september 1859 tot 9 november 1875 (voor Zeeland)
Nevenfuncties (4/6)
commissaris Koninklijke Nederlandsche Yachtclub te Goes
commissaris voor Beurszaken te Goes, vanaf juli 1841
voorzitter bestuur Vereeniging der Algemeene Armenwerk-Inrigting te Goes, omstreeks 1844
penningmeester Landbouwkundig Congres te Leiden, juni 1850
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Opleiding
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
Activiteiten
als parlementariër (5/8)
Stemde in 1862 tegen de ontwerp-wetten tot opheffing van de slavernij in Suriname en tot afschaffing der slavernij in Nederlands West-Indië
Behoorde in 1863 tot de 14 leden die vóór de (verworpen) begroting van Buitenlandse Zaken voor 1864 stemden. De verwerping leidde tot het aftreden van minister Van der Maesen de Sombreff.
Stemde in 1869 vóór het voorstel tot afschaffing van het dagbladzegel
Stemde in 1870 vóór het voorstel tot afschaffing van de doodstraf
Stemde in 1872 vóór het wetsvoorstel waardoor werkstakingen niet langer strafbaar werden gesteld
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
Wetenswaardigheden
algemeen
Hield op 12 mei 1874 - bij afwezigheid van de voorzitter - als waarnemend Eerste Kamervoorzitter in de Nieuwe Kerk te Amsterdam de speech ter gelegenheid van de viering van het 25-jarig regeringsjubileum van de koning
Leidde in september 1874 als oudste lid in jaren het eerste deel van de eerste vergadering van het nieuwe zittingsjaar, omdat de geloofsbrieven van de voorzitter nog moesten worden onderzocht
uit de privésfeer
Zijn oudste zoon was wethouder van Goes en gedeputeerde van Zeeland
verkiezingen
Versloeg in 1859 bij de verkiezing van een Eerste Kamerlid in Provinciale Staten van Zeeland in een vierde stemronde jhr. W.C.M. de Jonge van Ellemeet en W.Ph. Vis
Werd in 1868 bij de periodieke verkiezing van een Eerste Kamerlid in Provinciale Staten van Zeeland met 27 van de 37 stemmen herkozen
Publicaties van/over
literatuur/documentatie
Ned. Patriciaat, 1974
Familie/gezin
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.