Proefschrift: Nieuwe machten ontleden in de Europese democratie

De aanwezigheid van belangengroepen in beleidsvorming is een cruciaal onderdeel geworden van westerse democratieën. Deze groepen vormen de schakel tussen de samenleving en de beleidsmakers, en beïnvloeden de beleidskeuzes van de overheid. Hun functie wordt echter vaak als vanzelfsprekend beschouwd en is nog niet goed onderzocht. Adriá Albareda Sanz is daarop ingesprongen en heeft de groepen die op EU-niveau opereren, ontleed. Hij verdedigt zijn proefschrift dinsdag 21 september.

Albareda Sanz, een in Barcelona geboren politicoloog, woont nu zeven jaar in Nederland. ‘Ik kwam hier om te promoveren. Nou ja, en om samen te wonen met mijn partner. We hebben twee kinderen, een jongen van 5 en een meisje van 1,5 jaar oud.’ Als voetbalfan is hij supporter van Barcelona. ‘Ik volgde een onderzoeksmasterprogramma in Leiden, waar ik mijn promotor Caelesta Braun leerde kennen. Caelesta kreeg een Vidi-subsidie en kon twee promovendi aannemen. Ik had het geluk dat ik de positie kreeg. Van september 2016 tot en met augustus 2020 was ik werkzaam bij het instituut Bestuurskunde. Sinds september 2020 werk ik als assistant professor bij de vakgroep Bestuurskunde en Sociologie van de Erasmus Universiteit.’

Interesse in hoe belangengroepen werken

De belangenorganisaties trokken de aandacht van de Spanjaard al voordat zijn scriptiewerk begon. ‘Ik heb een achtergrond in politicologie, bestuurskunde en internationale betrekkingen, dus ik heb een intrinsieke interesse in hoe belangengroepen opereren en proberen onze politieke systemen te beïnvloeden, in het bijzonder in de Europese Unie, en de gevolgen voor de wetgevingen en de legitimiteit van onze democratieën.’

Het was niet zozeer het aura van lobbyen en beïnvloeding 'achter de schermen' dat soms aan het werk van deze groepen kleeft dat Albareda Sanz interesseerde. ‘Ik geef toe dat de 'donkere kant' van het lobbyen mijn aandacht aanvankelijk ook trok, maar uiteindelijk wilde ik meer weten over de rol van belangengroepen als maatschappelijke organisaties die verschillende perspectieven in de publieke beleidsvorming bundelen en vertegenwoordigen.’

‘Het gaat om de vraag wie gehoord wordt en wie niet, wat zeer belangrijke gevolgen heeft voor de kwaliteit van onze bestuurssystemen. In dat opzicht denk ik dat de conceptualisering van belangengroepen als doorgeefluiken die ik in het proefschrift heb ontwikkeld, helpt om groepen in democratische samenlevingen te beoordelen. We kunnen zo onderzoeken of en hoe goed belangengroepen hun leden vertegenwoordigen in hun interactie met overheidsfunctionarissen.’

Rol van belangengroepen neemt toe

Hun rol mag niet worden onderschat: veel ambtenaren van de Europese Commissie die voor dit onderzoeksproject werden geïnterviewd, zeiden dat belangengroepen belangrijk zijn om te weten te komen hoe verschillende sectoren van de samenleving denken over beleidsvoorstellen.

‘De rol en het belang van belangengroepen in westerse democratieën nemen toe’, zegt Albareda Sanz. ‘Dit moet niet worden gezien als een slechte ontwikkeling. Overheden vragen om informatie, kennis, expertise en legitimiteit van belangengroepen. Om complexe beleidsproblemen goed aan te pakken, is het nodig om de actoren die ermee te maken hebben erbij te betrekken. Het opnemen van belangengroepen in het beleidsvormingssysteem is dus een natuurlijke ontwikkeling.’

Tegelijkertijd moet de ‘donkere kant’ van deze ontwikkeling niet worden overschat. ‘Onze systemen zijn sterk verbeterd als het gaat om transparantie van de bestuursprocessen. Beleidsmakers moeten rapporteren met wie ze vergaderen en om welke redenen. Maar er is altijd ruimte voor verbetering, en ik denk dat mijn proefschrift daar een bijdrage aan levert. Het onderzoekt verder hoe de groepen waarmee beleidsmakers interacteren, intern georganiseerd zijn. In welke mate hebben belangengroepen de nodige organisatorische kenmerken om hun leden te betrekken en hun positie te vertegenwoordigen? Welke organisatorische structuren hebben zij opgezet om efficiënt en effectief met beleidsmakers om te gaan? Door uit te zoeken hoe belangengroepen intern georganiseerd zijn, kunnen we een betere inschatting maken van hun democratische bijdragen.’

Meer aandacht voor organisatiestructuur

Er zijn ook praktische lessen te leren voor iedereen die betrokken is bij Europese beleidsvorming, denkt hij. ‘EU-beleidsmakers zouden meer aandacht kunnen hebben voor de organisatiestructuur van de groepen. Uit de gegevens blijkt dat groepen die investeren in geprofessionaliseerde structuren, meer toegang krijgen tot beleidsmakers. Maar dat zijn niet noodzakelijk de groepen die de wil van hun leden goed vertegenwoordigen.’

‘Leiders van belangengroepen moeten tijd en moeite investeren in het onderzoeken van de verschillende standpunten en perspectieven binnen de groep, en dat gebeurt niet altijd. Burgers moeten zich op hun beurt bewust zijn van de belangrijke rol die belangengroepen in onze democratieën spelen. En we hebben meer regelgeving nodig om de transparantie te vergroten in de besluitvormingsprocessen waarbij belangengroepen betrokken zijn.’