Akkoord over oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen beschermt alle Europese landbouwers

Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie hebben vandaag een politiek akkoord bereikt over een pakket nieuwe voorschriften dat alle Europese landbouwers en de overgrote meerderheid van de Europese bedrijven uit de agrovoedingsindustrie zal beschermen tegen praktijken die in strijd zijn met de goede trouw en een eerlijke behandeling.

De nieuwe Europese wetgeving zal betrekking hebben op landbouwproducten en levensmiddelen die in de voedselvoorzieningsketen worden verhandeld, waarbij voor het eerst tot 16 oneerlijke handelspraktijken die eenzijdig door de ene aan de andere handelspartner worden opgelegd, worden verboden. Andere praktijken zijn enkel toegestaan als de betrokken partijen daarover vooraf een duidelijke en ondubbelzinnige overeenkomst hebben gesloten.

De Europese Commissie heeft haar wetsvoorstel in april 2018 ingediend om te zorgen voor meer billijkheid in de voedselketen en voor een minimumbescherming in de hele EU. Het is voor het eerst dat op dit gebied wetgeving op EU-niveau zal worden uitgevoerd. Met het nieuwe kader krijgen de lidstaten de bevoegdheid om de nieuwe regels te handhaven en sancties op te leggen om inbreuken te bestraffen.

Commissaris voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling Phil Hogan na de laatste onderhandelingsvergadering met vertegenwoordigers van het Europees Parlement en de Raad: "Het akkoord van vandaag effent de weg voor een eerste EU-wetgeving die alle Europese landbouwers, landbouworganisaties en kleine en middelgrote bedrijven aanzienlijke bescherming biedt. Zij zullen nu worden beschermd tegen alle grotere marktdeelnemers die oneerlijke handelspraktijken uitoefenen of zich niet aan de regels houden. Ik wil mijn waardering betuigen voor alle onderhandelaars. Hun constructieve benadering en hun harde werk hebben het politiek akkoord van vandaag opgeleverd. Ik verheug mij er met name over dat het akkoord opvallend snel is bereikt, slechts acht maanden nadat de Commissie haar voorstel heeft gepresenteerd."

Het vandaag bereikte akkoord zal gelden voor iedereen in de voedselvoorzieningsketen met een omzet tot €350 miljoen, waarbij aan iedereen die zich onder die drempel bevindt, verschillende niveaus van bescherming worden geboden. De nieuwe regels zullen betrekking hebben op kleinhandelaren, levensmiddelenverwerkers, groothandelaren, coöperaties en producentenorganisaties, en ook op individuele producenten die zich met de betrokken oneerlijke handelspraktijken inlaten.

Onder meer de volgende oneerlijke handelspraktijken worden verboden: laat betalen voor bederfelijke voedingsproducten; te elfder ure annuleren van bestellingen; eenzijdig of met terugwerkende kracht wijzigen van overeenkomsten; de leverancier laten betalen voor verspilde producten en een schriftelijke overeenkomst weigeren.

Andere praktijken zijn enkel toegestaan als de partijen daarover vooraf een duidelijke en ondubbelzinnige overeenkomst hebben gesloten: een afnemer stuurt onverkochte levensmiddelen terug naar de leverancier; een afnemer doet een leverancier die een leveringscontract voor levensmiddelen in de wacht wil slepen of wil behouden, daarvoor betalen; een leverancier betaalt voor een promotie-, reclame- of marketingcampagne van de koper.

De uitvoering van dit verbod zal niet leiden tot hogere prijzen voor de consument. In het kader van de openbare raadpleging door de Commissie voordat het voorstel werd gepresenteerd, waren consumentenorganisaties voorstander van de regulering van deze praktijken, omdat die volgens hen op de langere termijn negatieve gevolgen voor de consument hebben.

Een belangrijk onderdeel van de richtlijn is de mogelijkheid voor de lidstaten om in hun nationale wetgeving te voorzien in een ruimere grenswaarde voor de omzet dan €350 miljoen of om desgewenst verdere maatregelen te nemen. Het akkoord voorziet ook in een herziening van de wetgeving na vier jaar. Dat betekent dat de bepalingen ervan zullen worden geëvalueerd en eventueel zullen worden herzien in de loop van het volgende parlementaire mandaat.

In de lidstaten zullen autoriteiten worden aangewezen die belast zijn met de handhaving van de nieuwe voorschriften, onder meer door boetes op te leggen of door op basis van een klacht een onderzoek te openen. Wie een klacht indient en vreest voor represailles, zal om vertrouwelijkheid kunnen verzoeken. De Commissie zal een mechanisme voor coördinatie tussen de handhavingsinstanties opzetten met het oog op de uitwisseling van beste praktijken.

Na het akkoord van vandaag zal in het Europees Parlement en de Raad worden gestemd om de tekst formeel te bekrachtigen. Vervolgens zullen de lidstaten de nieuwe wetgevingstekst moeten omzetten in nationaal recht.

Achtergrond

Volgens het werkprogramma 2018 van de Commissie "zal de Commissie maatregelen voorstellen tot verbetering van de werking van de voedselvoorzieningsketen. Die maatregelen helpen boeren om hun positie op de markt te versterken en dragen ertoe bij hen te beschermen tegen toekomstige schokken".

Dit initiatief ligt in het verlengde van de verwijzingen naar de voedselketen door voorzitter Juncker in zijn toespraken over de Staat van de Unie in 2015 en 2016, en is een politiek antwoord op de in juni 2016 door het Europees Parlement aangenomen resolutie waarin de Commissie wordt opgeroepen een voorstel voor een EU-kader inzake oneerlijke handelspraktijken in te dienen. Voorts heeft de Raad in december 2016 de Commissie verzocht een effectbeoordeling te verrichten met de bedoeling een EU-wetgevingskader of andere niet-wetgevende maatregelen ter bestrijding van oneerlijke handelspraktijken voor te stellen.

De Commissie heeft vanaf haar aantreden toegewerkt naar een rechtvaardiger en evenwichtiger voedselvoorzieningsketen. In 2016 heeft de Commissie de taskforce landbouwmarkten (AMTF) opgericht om de rol van de landbouwers in de ruimere voedselvoorzieningsketen te onderzoeken en aanbevelingen te doen over hoe die kan worden versterkt. Op basis van deze aanbevelingen is de Commissie in 2017 met een aanvangseffectbe­oordeling en een openbare raadpleging over de verbetering van de voedselvoorzieningsketen gekomen, die op hun beurt hebben geholpen bij het aanwijzen van de specifieke oneerlijke handelspraktijken waarmee marktdeelnemers naar eigen zeggen geregeld te maken krijgen.

Uit een recente opiniepeiling in de hele EU, die in februari 2018 is gepubliceerd, blijkt dat een grote meerderheid van de respondenten (88%) van mening is dat het belangrijk is de rol van de landbouwers in de voedselvoorzieningsketen te versterken. 96% van de respondenten op de openbare raadpleging van 2017 over de modernisering van het GLB was het eens met de stelling dat het verbeteren van de positie van landbouwers in de waardeketen, onder meer door oneerlijke handelspraktijken aan te pakken, een doelstelling van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de EU zou moeten zijn.

Meer informatie

De Europese Commissie komt met een verbod op oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen

Commissievoorstel ter bestrijding van oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen

MEMO: Bestrijding van oneerlijke handelspraktijken in de voedselvoorzieningsketen

IP/18/6790

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail