Erasmus: recordaantallen studenten ontvangen steun van de EU voor studie of opleiding in het buitenland

In 2008-2009 hebben meer studenten dan ooit met steun van de EU in het kader van het Erasmusprogramma in een ander land gestudeerd of een stage gevolgd. Volgens vandaag bekendgemaakte nieuwe cijfers ontvingen bijna 200 000 studenten in het hoger onderwijs beurzen om in het buitenland te studeren of een opleiding te volgen. Dat is een toename van 8,7% ten opzichte van het voorafgaande academische jaar en betekent dat meer dan twee miljoen jonge Europeanen steun van Erasmus ontvangen hebben sinds de start van het programma in 1987. Met name het aantal studenten dat een stage bij een bedrijf volgt, is sterk gestegen: met meer dan 50% ten opzichte van het voorafgaande jaar. Daarnaast hebben vorig jaar meer dan 36 000 medewerkers van instellingen van hoger onderwijs cursussen gegeven of gevolgd in een van de 31 Europese landen die deelnemen aan Erasmus.

Androulla Vassiliou , de Europese Commissaris voor Onderwijs, cultuur, meertaligheid en jeugdzaken, verklaarde: "Steeds meer jonge Europeanen profiteren in de loop van hun studie van een leerervaring in het buitenland. De leden van de "Erasmusgeneratie" zullen bevestigen dat deze ervaring hen geholpen heeft in hun academische en persoonlijke ontwikkeling, en ook bij het vinden van werk na hun studie. Met het nieuwe "Jeugd in beweging"-initiatief willen we dit Europese succesverhaal verder uitbreiden en alle jongeren vergelijkbare mogelijkheden bieden."

In het academisch jaar 2008-2009 bezochten in totaal 198 600 studenten een van de 31 landen die deelnemen aan het Erasmusprogramma (de EU-lidstaten, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Turkije).

De recordaantallen studenten die profiteren van Erasmus weerspiegelen een verhoging met 12% van het in 2008-2009 beschikbare budget voor studie, stages en andere mobiliteitsacties in het kader van Erasmus. Deze verhoging maakte ook een verhoging van het maandelijkse bedrag van de EU-studiebeurs voor dat jaar mogelijk, namelijk van 255 tot 272 euro. Slechts twee landen, IJsland en Liechtenstein, hebben minder Erasmusstudenten uitgezonden dan voorheen.

Dergelijke verhogingen van het budget zijn voor de komende jaren niet te verwachten, zodat het programma waarschijnlijk niet in hetzelfde tempo uitgebreid zal kunnen worden als er geen aanvullende middelen gevonden kunnen worden.

Studeren met Erasmus

168 200 studenten, die gemiddeld zes maanden in het gastland verbleven, ontvingen steun van Erasmus om in het buitenland te gaan studeren, een toename van 3,4% vergeleken met de aantallen in het voorafgaande jaar. In twee landen (Duitsland en Polen) nam het aantal studenten dat voor deze mogelijkheid koos niet toe, en in acht landen werd een daling geconstateerd (Cyprus, Denemarken, Estland, Ierland, IJsland, Liechtenstein, Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk). Als mogelijke verklaringen voor deze daling worden genoemd: relatief meer belangstelling voor stages, concurrentie van niet-Europese gastlanden, het begin van de economische crisis en ontoereikende studiebeurzen.

Erasmusstages in bedrijven

Sinds 2007 biedt Erasmus studenten de mogelijkheid om stages in bedrijven of andere organisaties in het buitenland te volgen. In 2008-2009 volgden 30 400 studenten een dergelijke stage, een toename van 50% ten opzichte van het voorafgaande jaar. De reden voor deze sterk groeiende belangstelling voor Erasmusstages is waarschijnlijk dat studenten hun kansen op de arbeidsmarkt willen vergroten door praktijkervaring op te doen, een wens die overigens ook naar voren kwam uit een Eurobarometerenquête in 2009.

Hoogste aantal Erasmusstudenten

De landen die de grootste aantallen Erasmusstudenten uitzonden waren Frankrijk (28 300 studenten), Duitsland (27 900) en Spanje (27 400). In verhouding tot hun studentenpopulatie waren Luxemburg (15,5%), Liechtenstein (3%), Oostenrijk (1,9%) en Tsjechië (1,7%) de best presterende landen.

De meest populaire bestemmingen voor Erasmusstudenten waren Spanje (33 200 studenten), Frankrijk (24 600) en Duitsland (22 000).

Mobiliteit van universitaire medewerkers

In de loop van het academisch jaar 2008-2009 heeft Erasmus meer dan 36 000 uitwisselingen van docenten van instellingen van hoger onderwijs ondersteund (een toename van 13,6%). In 28 600 gevallen ontvingen docenten beurzen om in het buitenland onderwijs te geven, en in 7 700 gevallen volgden medewerkers opleidingen in bedrijven of partnerinstellingen in het buitenland.

Achtergrond

Momenteel ontvangt naar schatting 4% van de Europese studenten op enig moment gedurende hun studie een beurs van Erasmus. Erasmus ondersteunt niet alleen studenten en wetenschappelijke medewerkers, maar ook samenwerking tussen instellingen van hoger onderwijs door middel van netwerken, multilaterale projecten en andere maatregelen. Ook wordt meer aandacht besteed aan contacten met het bedrijfsleven en de samenleving in het algemeen.

In 2009 hebben Kroatië en de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zich bij het Erasmusprogramma aangesloten, waardoor het aantal deelnemende landen gestegen is tot 33.

Volgens onafhankelijke onderzoeken heeft het Erasmusprogramma een substantieel effect gehad op verschillende niveaus: de deelnemers verwerven vaardigheden die hun toekomstige kansen op de arbeidsmarkt - of, voor universitaire medewerkers, hun carrièrevooruitzichten - verbeteren. Instellingen voor hoger onderwijs kunnen hun campus een internationaal flair geven, nieuwe onderwijsmethoden en diensten invoeren, hun managementcapaciteiten verbeteren, onderzoeksactiviteiten versterken en contacten aanknopen met het bedrijfsleven.

De Commissie meent dat het Erasmusprogramma kan bijdragen tot de "Europa 2020"-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei, door jonge mensen te voorzien van de flexibele vaardigheden die nodig zijn voor een concurrerende, op kennis gebaseerde samenleving.

Meer informatie:

Memo met meer statistische informatie, waaronder opsplitsing van de meest recente cijfers per land: "Erasmus programme in 2008/-09: the figures explained" MEMO/10/267, 21 juni 2010.

Europese Commissie: The Erasmus programme