Mr. W. (Winnie) Sorgdrager

foto Mr. W. (Winnie) Sorgdrager
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Fotobureau Dijkstra

D66-minister tijdens Paars I, die als bekwaam juriste en wetgever optrad, maar desondanks later aan politiek gezag inboette. Was officier van justitie en procureur-generaal en daarna minister van Justitie in het kabinet-Kok I. Wist belangrijke wetgeving tot stand te brengen, zoals de reorganisatie van het Openbaar Ministerie en een nieuwe regeling voor TBS. Kreeg te maken met de nasleep van de IRT-affaire. Een ruime 'gouden handdruk' aan de Amsterdamse procureur-generaal Van Randwijck bracht haar in politieke problemen. Kwam in 1998 bovendien in conflict met de top van het OM. Moest na haar ministerschap afzien van een benoeming tot Nationale Ombudsman en verliet al na enkele maanden de Eerste Kamer om voorzitter te worden van de Raad voor Cultuur. Was daarna 12 jaar lid van de Raad van State. Sinds 2018 is zij minister van staat.

D66
in de periode 1994-2018: lid Eerste Kamer, minister, lid Raad van State

Inhoudsopgave van deze pagina:


1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Winnifred (Winnie)

geboorteplaats en -datum
's-Gravenhage, 6 april 1948

2.

Partij/stroming

partij(en)
  • D'66 (Democraten 1966), van 1968 tot 1971
  • VVD (Volkspartij voor Vrijheid en Democratie), van 1973 tot 1983
  • D66 (Democraten 66), vanaf april 1994

3.

Hoofdfuncties/beroepen (6/11)

  • procureur-generaal Gerechtshof te Arnhem, van 15 juni 1991 tot 1 januari 1994 (benoemd per 1 september, maar trad al eerder in functie)
  • procureur-generaal Gerechtshof te 's-Gravenhage, van 1 januari 1994 tot 22 augustus 1994
  • minister van Justitie, van 22 augustus 1994 tot 3 augustus 1998
  • lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 8 juni 1999 tot 1 oktober 1999
  • voorzitter Raad voor Cultuur, van 1 januari 2000 tot 1 januari 2006 (benoemd in september 1999)
  • lid Raad van State, van 1 januari 2006 tot 1 mei 2018

ambtstitel
  • minister van staat, vanaf 22 juni 2018

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Partijpolitieke functies

In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.

5.

Nevenfuncties

huidige (2/10)
  • voorzitter Commissie Monitoring waarborgen heimlijk werk, vanaf maart 2024
  • vertrouwensfunctionaris voor bewindspersonen, vanaf maart 2024

vorige (2/59)
  • voorzitter Vluchtelingenwerk Nederland, van april 2019 tot 1 januari 2022
  • voorzitter Commissie Waarborgen werken onder dekmantel, van maart 2022 tot september 2023

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.


afgeleide functies, presidia etc.
voorzitter bijzondere commissie voor de JBZ-raad (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 15 juni 1999 tot 1 oktober 1999

6.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

7.

Activiteiten

als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/17)
  • Op 11 november 1997 verwierp de Eerste Kamer een door haar en staatssecretaris Terpstra verdedigd wetsvoorstel over waarborging van de toegankelijkheid en beschikbaarheid van geestelijke verzorging naar keuze in zorg- en justitiële instellingen. Alleen CDA, D66 en Wöltgens (PvdA) stemden voor. Het wetsvoorstel was in 1994 ingediend door minister Hirsch Ballin. (23.720)
  • Bracht in 1998 de Nota wetgeving inzake de elektronische snelweg uit. Dit is een oriënterende nota over de gevolgen op wetgevend gebied van 'de digitale snelweg'. De overgang naar de informatiesamenleving brengt volgens de nota verregaande veranderingen met zich mee. Uitgangspunt is: wat 'off line' geldt, moet ook 'on line' gelden. Als bijkomend probleem wordt gezien dat het internationale karakter van de elektronische snelweg zich niet goed verhoudt met territoriaal georganiseerde overheden. (25.880)
  • Diende in 1998 het wetsvoorstel Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen in. Dit voorstel werd in 2000 door haar opvolger in het Staatsblad gebracht. (26.016)

als bewindspersoon (wetgeving) (3/18)
  • Bracht in 1998 wetten (Stb. 31 en 33) tot stand inzake de dagvaardingstermijn bij de politierechter, de oproeping in kantongerechtszaken, alsmede het instellen van hoger beroep, tot herziening van het onderzoek ter terechtzitting en met betrekking tot het rechtsgeding voor de politierechter. De uitreiking van een gerechtelijke mededeling aan een verdachte moet zo veel mogelijk in persoon plaatsvinden op het moment dat deze contact heeft met de opsporingsambtenaar, de strafgriffie of het parket. Daardoor wordt gegarandeerd dat de verdachte het stuk op krijgt en op de hoogte is van de datum van de terechtzitting. (24.510, 24.692)
  • Bracht in 1998 samen met minister Jorritsma de Wet bestraffing ernstige snelheidsovertredingen (Stb. 375) tot stand, waardoor bij overschrijding van de maximum snelheid met meer dan 50 km als bijkomende straf ontzegging van de rijbevoegdheid mogelijk wordt. (24.112)
  • Bracht in 1998 de Penitentiaire beginselenwet (Stb. 430) tot stand, die regels bevat over het beheer en regime van inrichtingen, de selectie van gedetineerden, de inbreuk op grondrechten en het klacht- en beroepsrecht. De verschillende afdelingen van een strafinrichting kunnen een eigen regime voeren, dat afhankelijk is van de mate van beveiliging, het type inrichting en de bewegingsvrijheid. Inrichtingen krijgen als zorgplicht onder meer medische, geestelijke en sociale verzorging. Gedetineerden kunnen een deel van de straf buiten de inrichting ondergaan. De Beginselenwet gevangeniswezen wordt ingetrokken. (24.263)

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

8.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • Haar besluit in oktober 1995 om de Amsterdamse procureur-generaal Van Randwijck een royale 'gouden handdruk' te geven, werd door de Tweede Kamer afgekeurd. De Kamer sprak wel, op haar uitdrukkelijke verzoek, het vertrouwen in haar uit. (24.470, nr. 1)
  • Kwam in februari 1998 in conflict met het College van procureurs-generaal vanwege eventuele openbaarmaking van het rapport van staatsraad Dolman over nevenfuncties van procureur-generaal D. Steenhuis. De voorzitter van het college, A. Doctors van Leeuwen, had zich daarbij volgens Sorgdrager te veel opgesteld als belangenbehartiger van Steenhuis en zich zodoende deloyaal aan haar betoond. Gaf naar aanleiding van de affaire de heer Docters van Leeuwen eervol ontslag als voorzitter van het college van procureurs-generaal. De heer Steenhuis werd overgeplaatst van het ressort Leeuwarden naar het ressort Arnhem en kreeg een berisping. Kreeg in de Tweede Kamer op 28 februari 1998 steun voor de door haar gekozen lijn. Een motie-Marijnissen over het opzeggen van het vertrouwen kreeg alleen steun van de SP-fractie. (25852)
  • Vond de functie van voorzitter van de Raad voor de Cultuur onverenigbaar met het Eerste Kamerlidmaatschap en nam daarom ontslag uit laatstgenoemde functie. Voerde in de korte periode van haar Kamerlidmaatschap niet het woord.

uit de privésfeer
  • Haar zus Joke was gemeenteraadslid in Leiden (1994-2002)
  • In de tijd van de grote anti-Urenco-demonstraties was zij persofficier van justitie in Almelo
  • Haar vader was gemeenteraadslid in Arnhem (1954-1962)

niet-aanvaarde politieke functies
  • Nationale Ombudsman, 21 juni 1999 (stond als eerste op de voordracht, maar trok zich terug nadat de oppositiepartijen in de Tweede Kamer bezwaar maakten tegen haar benoeming)

pseudoniemen, bij-, koos- en schuilnamen
Victor ten Hove (schreef onder dit pseudoniem de roman "Ongeschreven wetten")

9.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • Toof Brader en Marja Vuijsje, "Haagse portretten. Tweede-Kamerleden, ministers, staatssecretarissen" (1995)
  • W. Bos, "Winnie Sorgdrager: 'Ik kan heel slecht toneelspelen'", in: "VB Magazine", 11, (1996), 3

10.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

11.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.