Dag van de verantwoording

Vanaf 2000 worden jaarlijks op de derde woensdag in mei de jaarverslagen van de diverse ministeries door de minister van Financiën aan de Staten-Generaal aangeboden. In die rapporten leggen de ministers verantwoording af over het gevoerde financieel beleid. Ook de president van de Algemene Rekenkamer biedt een rapport aan, waarin de jaarverslagen kritisch onder de loep worden genomen. Sinds 2008 worden de verslagen direct openbaar gemaakt.

Kort na deze zogenaamde Verantwoordingsdag (die ook wel als 'gehaktdag' bekend staat) houdt de Tweede Kamer een plenair verantwoordingsdebat, waarbij de jaarverslagen en het rapport van de Algemene Rekenkamer besproken worden. Daarbij is weliswaar het voltallige kabinet aanwezig, maar voeren de minister-president en de minister van Financiën het woord. Eventuele openstaande vragen kunnen, na afloop van het plenair debat, met de vakministers in commissieverband besproken worden.

Na afloop van deze debatten, en nadat ook de Eerste Kamer de jaarverslagen heeft behandeld, worden alle ministers afzonderlijk ontheven van de verantwoordelijkheid over het gevoerde financieel beleid over dat jaar.

In de commissievergaderingen bespreken de Kamerleden met de ministers de uitvoering van de beleidsplannen, de resultaten en de kosten daarvan. De debatten gaan dus niet alleen over de financiën; ook beleidsvragen komen aan de orde. Daarbij kan gedacht worden aan vragen als: is het beloofde aantal extra agenten er inderdaad gekomen en hoe staat het met het oplossen van het lerarentekort?

Zo nodig kan het beleid worden bijgestuurd. Na het debat stelt het kabinet de begroting voor het komende jaar op. Die begroting wordt aangeboden op de derde dinsdag van september, beter bekend als Prinsjesdag.


Meer over